Hoofdstuk 8

100 4 0
                                    

'Ja, dat is al beter!' roept Dirk. 'Noem je dat polsstokspringen. Hou je benen iets hoger tijdens het lopen en dan is het perfect! Grotere passen, Katy! Allé Silka, jouw beurt weer! Ja, dat is goed! Kom dames, laat het wat sneller gaan! Het is te zien dat het vrijdag avond is! Iedereen nog twee keer springen en dan een rondje uitlopen!' 'Ik ben kapot', fluistert Lotte. 'Ja ik ook. Dirk zit ons hier zo af te matten, maar zelf doet hij niets', fluister ik terug. 'Dat kan je zien aan zijn bierbuik', we beginnen allebei te gniffelen om Lotte haar opmerking. 'Door daar te blijven staan gaan jullie niet beter worden hoor. Want zoals jullie nu bezig zijn, gaan jullie het niet ver schoppen. Zo zielig. Maar als jullie later thuis naar de tv staan kijken naar hoe ik al mijn trofeeën win, kom dan niet zagen hé', snauwt Hanne. Ze steekt haar neus in de lucht en maakt zich klaar voor nog een sprong. 'Wat een kreng', zegt Lotte wat geïrriteerd. 'Trek je er niks van aan. Ze is het niet waard om je erover druk te maken', en ik por Lotte om haar wat op te vrolijken. 'Kom we gaan al uitlopen, dan kunnen we na de training nog een filmpje pakken.' Lotte en ik beginnen aan onze uitloop. 'Wat ga jij dit weekend nog doen?' vraagt Lotte. 'Niks speciaals, en jij?' ik verzwijg maar dat ik naar Tim ga. Ik heb geen zin om Gitte haar liefdesleven aan haar te vertellen. Dan kan ik het ook evengoed op Facebook zetten. Daar komt alleen maar gedoe van. 'Ik ga morgenavond met een paar vrienden op stap, heb je zin om mee te gaan?' 'Euhm... Oké.' zeg ik met een flauw lachje. Ik heb eigenlijk totaal geen zin om zaterdagavond met Lotte en haar vrienden op stap te gaan. Maar omdat ik toch niks te doen heb, kan ik moeilijk weigeren. 'We komen je om 20u halen, dan is het maar een paar minuten stappen naar de disco', Lotte maakt een grappige dansbeweging, waardoor ik moet lachen. Misschien wordt het dan toch nog leuk.
'Silka zet jij deze twee polsstokken nog weg!' zegt/roept Dirk. Ik knik en pak de twee laatste polsstokken die tegen een balk leunde. Wat klungelig draag ik ze naar de opbergruimte.
'Moet ik helpen?' vraagt een stem. Ik draai me om en zie een bekend gezicht. Hij?! 'Nee, het lukt wel.' en ik stap verder. 'Dat heb ik gezien, je hebt bijna twee mensen omvergekegeld met die stokken.' grijnzend komt hij naast me staan. 'Kom geef me er maar één', en hij pakt de grootste polsstok uit mijn handen. Samen stappen we verder. Hij legt eerst die van hem in het rek en pakt daarna die van mij over. Zwijgend kijk ik hem aan. 'Zo simpel is dat. En nu eindelijk naar huis. Zie je volgende week, Silka', en hij stapt me voorbij naar buiten. 'Hé!' roep ik,'nog bedankt!' Hij kijkt me met een kleine glimlach aan en stapt dan verder.

HIJWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu