HIJ

Hoofdstuk 18

'Kom op! Waarom neemt ze niet op?!' denk ik bij mezelf. Ik heb Gitte al een paar keer proberen te bereiken, maar ik krijg geen antwoord. Ze neemt maar niet op. Er zal toch niets gebeurd zijn? 'Oké, dan doen we het anders', ik toets het nummer van Tim in en bel hem. Ook geen antwoord. Huisarrest of niet, ik ga mijn vriendin zoeken. Ik doe mijn schoenen en jas aan en wil zo snel mogelijk de deur uitlopen totdat ik door Simon betrapt wordt. 'Waar ga jij naartoe?' vraagt Simon. 'Ik ga naar een vriendin', zeg ik op een zelfzekere manier. 'Jij had toch huisarrest', pest Simon me nu. 'Jij gaat zwijgen tegen mam en pap!' beveel ik Simon. 'En wat krijg ik daarvoor in ruil?' Simon leunt tegen de muur en kijkt me grijnzend aan. 'Ik geef je 5 euro', ik zoek een briefje van 5 euro uit mijn handtas. '10 euro!' protesteert Simon. '7 euro en niet meer', ik geef hem het geld en doe teken dat hij weg moet gaan. 'Bedankt zus!' met een grijns loopt hij weg. Met een zucht loop ik de deur uit.
~
Ik sta weer voor Tim zijn kot. Ik aarzel even en klop dan toch aan. De deur wordt op een kier opengedaan. De persoon achter de deur kijkt me geïrriteerd aan. Nu doet hij helemaal open en laat me binnen. De jongen met de blonde krullen gaat aan de ronde tafel zitten. Zonder een woord te zeggen, neem ik ook plaats aan de tafel. Wat ongemakkelijk kijk ik rond, geen Tim te zien. 'Waar is Tim?' vraag ik uiteindelijk. 'Is dat het enige wat je kan zeggen?!' verveeld kijkt hij naar de beker cola, die daar waarschijnlijk al een paar dagen staat. 'Antwoord gewoon op mijn vraag', ik kijk recht in zijn ogen, maar hij ontwijkt mijn blik. Aan zijn houding kan je zien dat hij meer weet. 'Tim heeft afgesproken met een meisje. Daarom is hij er niet!' hij wrijft door zijn warrige haar en zucht. 'Het zal wel een onschuldig afspraakje zijn. Dus wees niet jaloers.' Ik kijk hem verward aan. 'Waarom zou ik jaloers zijn, ik ben Tim zijn vriendin toch niet.' De jongen trekt zijn wenkbrauw omhoog. 'Nee.... Ik dacht... Waarom ben je hier dan zo vaak en vraag je altijd achter Tim?' Hij kijkt me vragend aan. Ergens heeft hij wel gelijk. Misschien bemoei ik me een beetje te veel met Gitte haar relatie. Ik sta terug recht en wil de door uit gaan, tot me iets te binnen schiet. 'Zei je nou dat Tim een afspraak heeft met een meisje?' De jongen ondersteunt zijn hoofd met zijn arm en kijkt me verbaasd aan. 'Jij weet ook niet wat je wil, hé. Hij ging naar het parkje om de hoek.' Ik ren de deur uit en wil de trap naar beneden aflopen tot hij nog iets naar me roept. Ik draai me om en kijk in zijn ogen. 'Ik ben Nik, trouwens.' 'Silka', glimlach ik.