Hoofdstuk 24

66 3 0
                                    

'Wat doe jij hier?' vraag ik niet echt enthousiast. Zonder een woord te zeggen, verlaten Gitte en Lotte de kamer. Ik kijk ze boos aan, maar dan kruist mijn blik de zijne en kijk ik snel naar de grond. De grond voelt koud aan onder mijn blote voeten. 'Ik zie dat je geen zin hebt in dit gesprek, dus zal ik maar tot de essentie komen. Waarom sloeg je me vorige keer?' hij blijft staan waar hij staat, maar toch voel ik zijn warmte als een rilling door mijn lichaam gaan. Ik wil naar hem toe stappen en het hem allemaal uitleggen. Maar mijn voeten lijken wel aan de grond genageld. Hij staart me afwachtend aan. Ik raap al mijn moed bij elkaar en zet toch een stap vooruit. 'Ik ga niet op je blijven wachten. Ik ga niet blijven wachten op de dag dat je me zou mee uit vragen, want dat zou eeuwen duren. Dus het zou fijn zijn als je me met rust laat', ik doe de deur open en gebaar dat hij weg moet. Nu gaat hij recht voor me staan en doet de deur terug dicht. 'Ik ga nergens heen totdat dit helemaal uitgepraat is', hij kijkt me serieus aan. 'We zijn uitgepraat', met grote passen stap ik weg en sta met mijn rug naar hem toe. 'Waar doe jij toch zo moeilijk over? Ik zou boos moeten zijn. Jij sloeg mij', zegt hij geïrriteerd. 'Ja en dat spijt me heel erg!' schreeuw ik zo'n beetje. Ik hoor hem zuchten. 'Je weet niet wat je wilt, Silka.' 'Nee, jij weet niet wat je wilt. Het ene moment geef je me heel veel aandacht en het andere moment doe je alsof ik niet besta', snif ik. 'Dat denk jij. Ik doe heel erg mijn best om normaal te doen na... na je weet wel wat ik bedoel. Want geloof me, ik heb heel vaak op het moment gestaan om je mee uit te vragen, maar elke keer kwam er iets tussen of blokte jij af. Zoals... op de dag van die wedstrijd', hij staart me recht in mijn ogen aan. De wanhoop is van zijn blik af te lezen. Meende hij elk woord? Ik draai me naar hem om en kijk recht in zijn helder blauwe ogen. Je zou hem zo alles vergeven. En eigenlijk heeft hij gelijk. Hij doet al de hele tijd zijn best en ik wijs hem altijd af. 'Het spijt me', fluister ik. Hij legt zijn handen op mijn schouders en kijkt in mijn ogen. 'Het spijt mij ook. Ik had niet zo boos moeten worden. Misschien is het het best dat we elkaar even wat ruimte geven. Dan kunnen we allebei eens goed nadenken', zegt hij zachtjes. Ik knik kort. Hij wrijft door zijn haar en stapt dan de kamer uit. Het geluid van zijn voetstappen sterft stilaan weg. Uitgeput van verdriet laat ik me op de grond zakken. Lotte en Gitte komen ongerust aangerend. Wanneer ze me zo zien zitten, blijven ze even geschokt staan. Maar algauw komen ze naast me zitten en omhelzen ze me. 'Hebben jullie hem uitgenodigd?' vraag ik, terwijl ik mijn tranen wegveeg. 'Nee', antwoorden ze allebei in koor. 'Ik heb er een puinhoop van gemaakt', snif ik. 'Hoe kan dit ooit nog goed komen?' ik kijk mijn vriendinnen wanhopig aan. Hun blikken beantwoorden mijn vraag al. NIET!

HIJWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu