Hoofdstuk 54

226 18 3
                                    

Ik word wakker van een heldere stem. ' Wakker worden,' zegt Lars. Langzaam open ik mijn ogen en ik wil hem een kus geven. Hij houd me tegen en wijst naar Cato. O ja Cato ik was hem al vergeten. Ik sta op en geef Cato een kus. Hij schrikt wakker. ' Hey je laat me schrikken,' zegt hij vrolijk. Ik giechel een beetje en geef hem een knuffel. We wachten tot iedereen wakker is en eten wat. Ik eet een reep gedroogd fruit en staar een beetje voor me uit. Mijn aandacht word getrokken door een parachuutje. Hij beland voor mijn voeten. Ik pak het op. Na wat er in de vorige zat wil ik deze niet open maken. ' Hier,' zeg ik en ik geef de parachute aan Lars. Hij maakt hem op en er komt een klein broodje uit. ' Brood van mijn vader,' zeg ik. Het is mijn lievelingsbrood. Een crossiant. Ik pak het van Lars aan en hou het in mijn hand. ' Geweldig,' zeg ik. Er zat ook een boodschap bij. Lars heeft het kaartje in zijn hand. ' Wat staat er op?' vraag ik. ' Lars zeg eens wat,' ga ik veder. ' Hij is dood,' zegt hij. ' Wie?' vraag ik. ' Gale'

Na de revolutieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu