Hoofdstuk 2

210 16 0
                                    

Emma POV
Vandaag is het zover. Eindelijk na 2 maanden mag ik de stad van de engelen in van de koning. Ik moest zo min mogelijk opvallen dus heb ik een setje witte kleding geregeld. In de engelenwereld draagt iedereen lichte kleding. Alsof dat mooi is ofzo. Ik heb een lichtblauwe spijkerbroek met een simpel wit t-shirt aangedaan. Mijn haren heb ik los laten hangen. Ik stap mijn tent uit en rek mezelf uit. Ik zie nog wat bloedvlekken hier en daar op de grond liggen van gisterenavond. Ik grinnik. Dat zijn de leukste avonden. Ik zie dat bijna iedereen nog slaapt. Alleen Jonathan niet, die komt zojuist in zijn onderbroek naar buiten gestrompeld. "Zo jij ziet eruit alsof je een klap hebt gehad van Lucifer." Lucifer is de echte naam van de koning. Wij mogen hem nooit zo noemen in het bijzijn van belangrijke mensen. Anders hebben wij een groot probleem. We schieten allebei in de lach. "Ik wil je nog succes wensen voordat je vertrok." Hij scant heel mijn lichaam. "Wat zie je er toch... Kleurrijk uit... Walgelijk." Ik krijg de slappe lach. "Ja erg hé?" We moesten allebei weer lachen. Na een tijdje kijkt Jonathan me weer serieus aan. "Doe je voorzichtig?" "Altijd, als jij maar een broek aantrekt de volgende keer." Ik knipoog naar hem. Hij schud glimlachend zijn hoofd en trok me in een knuffel. "Succes Emma." Even later verdwijn ik door het bos, onderweg naar de stad.

Ik voel me een beetje ongemakkelijk. Ik loop door deze stad heen en iedereen denkt dat ik gewoon een engel ben. Ik kijk mijn ogen uit. Overal staan grote witte gebouwen met enorm veel ramen. Ik voel wel dat ik een beetje aangestaard word, maar dat negeer ik. Ik app Jonathan en de anderen dat het tot nu toe goed gaat en dat ik nu op zoek ben naar een wapenwinkel. Ik stop mijn telefoon weer in mijn broekzak en loop zo te zien een winkelstraat in. Echt waar, dit ziet er zo anders uit als de Hell. In de Hell is alles donker en winkels zijn er niet. Dit komt omdat wij vrij mogen reizen tussen Hell en Aarde. In tegenstelling tot de engelen natuurlijk, die zitten hier vast. Ik grinnik bij die gedachten. Blij dat ik hier niet meer leef. Ik zie eindelijk de winkel die ik zoek: de wapenwinkel. Ik loop ernaartoe en zie een andere jongen mijn kant op komen. Zijn haren zijn helemaal netjes gedaan met gel. Hij heeft wel iets leuks. Mooie ogen ook. Wauw. De eerste keer dat ik een engel knap vind. Ik loop voor hem de wapenwinkel binnen en kijk een beetje onopvallend rond. De jongen kwam kort daarna binnen en loopt meteen naar de balie. Hij zegt iets tegen de man wat ik helaas niet kan verstaan. Ik zie van alles hier aan de muur hangen. Zwaarden met Angelic runes. Die van ons zijn precies hetzelfde, alleen dan met de Demonic runes. Onze zwaarden zijn iets krachtiger doordat onze koning ze mee naar de aarde neemt. Daar worden ze door de heksen extra versterkt en kunnen we meer schade aanrichten aan de engelen. Tja, de demonen hebben het nadeel dat ze geen vleugels hebben. Ik geef ze groot gelijk. Ik zie een boog hangen die afgewerkt is met gouden lijnen. Hij ziet er erg mooi uit. "Ben jij niet dat meisje die naar mij zwaaide in die boom?" Ik schrik me dood. Die engel stond achter me. Ik draai me voorzichtig om en kijk diep in zijn blauwe ogen. Een fijne warmte vliegt door heel mijn lichaam heen en ik voel me op slag veilig bij hem. Het lijkt wel alsof we elkaar al jaren kennen. Vlinders vliegen door mijn buik heen terwijl ik hem aan blijf staren. Wacht even. Is hij mijn mate? Ik zie dat hij mij ook verbaasd aankijkt. Shit. Ik moet hier weg. Ik draai me om en loop snel de winkel uit. Waarom niet rennen? Omdat dat er stom uitziet. Ik hoor de jongen me nog naroepen, maar ik loop door.

Julian POV
Waarom loopt ze opeens zo hard weg? Ze is mijn mate? Fuck. Ik moet achter haar aan. Ik heb haar hier nog nooit gezien buiten die ene keer bij het bos. Ik snap het niet. Iedereen kent elkaar hier. Zou ze dan een demon zijn? Nee, dat kan niet, demonen en engelen kunnen elkaars mate nooit zijn. Dat is onmogelijk, want dat heeft god beïnvloed. Ik ren de wapenwinkel uit, achter haar aan. Ik zie haar wit-blonde haren een andere straat in lopen. Ik ren erachteraan en zie een paar mensen mij nakijken. Wanneer ik de hoek om kom is ze verdwenen. Alsof ze er nooit was geweest. Ik vraag een aantal mensen of ze een meisje hebben gezien met wit blonde haren, maar niemand wist te weten over wie ik het had.

Emma POV
Buiten adem sta ik in het bos. Ik heb mezelf erheen geteleporteerd. Ik laat me tegen een boom aanzakken en leg mijn hoofd in mijn handen. Eindelijk vind ik mijn mate, en wat is het? Een fucking engel. Alsof ik daarop zat te wachten. "Waarom moet je het mij weer zo moeilijk maken god, tering lijer." Ik sta op en loop richting ons kamp. Als ik daar aankom zie ik iedereen al buiten rondhangen rond de tenten en lachen ze met elkaar. Ik word er alleen maar chagrijniger van. "Hey Emma! Hoe was het bij de wapenwinkel?" "Bek houwen Robert, ik ben even niet aansprakelijk." Ik loop door richting mijn tent. Ik word lichtelijk bang aangekeken door de demonen. Dat ze maar goed onthouden hoe ze met me om moeten gaan. Ik plof zuchtend neer op mijn matras en pak een boek die ik aan het lezen ben. Even nergens meer aan denken. Ik open hem op de bladzijde waar ik ben gebleven en begin meteen met lezen.

Een uur later komt Jonathan mijn tent binnengelopen. Voorzichtig begint hij te praten toen ik hem negeerde. "Weetje... Je had wel iets minder fel op Robert mogen reageren." "Ik heb mijn mate gevonden Jonathan. Aangezien ik de hele dag in de stad ben geweest weet je volgensmij wel wat voor een." Ik blijf geïrriteerd naar de woorden in mijn boek staren. Je zou denken: Waarom wijs je hem niet af? Nou, wij mogen dat helaas niet. Het is niet verboden, maar wij krijgen maar 1 keer in ons leven (en wij sterven niet echt, alleen voornamelijk in gevechten) een mate. Ja, je hoort me goed, erg hé? Wijzen we die af krijgen we er daarna nooit meer een andere. Jonathan staart me even bedenkelijk aan. "Laten we dit maar gewoon tussen ons 2 houden Jonathan, dit zorgt alleen maar voor vragen en problemen nu." Hij knikt langzaam. "Wat ga je nu doen?" "Nu lijkt het me slim om het maar even aan te kijken. Ik moet sowieso terug naar de Hell om statusrapport te geven aan de koning." Hij knikt weer en geeft me een licht schouderklopje. "Het komt heus wel goed Emma, ik ben er voor je." Ik kijk hem aan met een scheef glimlachje. Ik geloof hem maar half door de manier hoe hij die woorden uitspreekt. "Dankje. Je bent de beste." Hij verdwijnt uit mijn tent en nu ben ik weer alleen. Ik denk even na over alles wat er is gebeurt vandaag. Wanneer mijn hoofd over begint te lopen besluit ik maar weer verder te gaan lezen.

Black Angelic LoveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu