Boek 2, hoofdstuk 12 - Meel

99 5 0
                                    

Eenmaal op mijn kamer aangekomen plant Evan zijn lippen op die van mij. Al kussend vinden we onze weg naar mijn bed. Evan weet het elke keer op nieuw voor elkaar te krijgen om mijn verlangen naar heb te laten groeien. Ik wil hem. Ik wil Evan zo dicht mogelijk tegen me aan voelen. Het liefste met zo min mogelijk aan. Alleen hij en ik. Evan legt me voorzichtig neer op bed en komt dan boven me hangen. 'Ik hou van je.' Zegt hij als hij de zoen even verbreekt. Ik voel me bij elke actie steeds meer op mijn gemak. 'Ik hou van jou.' zeg ik terug. Evan drukt zijn lippen weer op die van mij. Bij elk kusje voel ik me steeds meer de zijne. Bij elke aanraking voel ik me gewild en bij elke zin die hij tegen me zegt voel ik me nodig. Ik voel me bij elke aanraking steeds meer op me gemakt bij Evan. Dat komt omdat ik als prinses hier helemaal niet mee bezig hoor te zijn. Ik ben tegen de regels in gegaan en in het begin voelde het niet goed om de vertrouwde regels te verbreken. Het voelde wel geweldig met Evan. Dat zeker! Maar ik accepteer dat feit elke dag steeds een stukje meer en dat voelt goed. Evans hand op mijn schouder haalt me uit mijn gedachte.

'Elena, je vader is over de rooie!' Sophie komt met een klap binnen vallen. Evan en ik schrikken op en kijken meteen naar de deur. Zodra Sophie ons ziet worden haar wangen rood en vormt haar mond een o vorm. 'Oh...' mompelt ze. Evan klautert van me af en ik ga recht op zitten. Ik herstel mijn haar snel. 'Wat is er met mijn vader?' zeg ik zo serieus mogelijk. Ik schaam me kapot. Sophie heeft me betrapt. 'Nee, Ik zeg wel tegen je vader dat je even bezig bent, met je Hyma krachten of zoiets.' Zegt Sophie. Ze wil al weglopen maar ik stop daar. Mijn wangen voelen net als vuur en ik weet zeker dat ze rood zijn. 'Wat is er met mijn vader Sophie?' herhaal ik mijn vraag rustig. Zo rustig voel ik me helemaal niet. 'Je vader wilde het keukenpersoneel laten weten wat hij wilde eten vanavond. Hij trof een lege keuken aan met overal meel en andere troep.' Legt Sophie even uit. Ik kijk Evan achter mijn schouder naar Evan. 'En wat heb ik daar mee te maken?' vraag ik als ik me weer tot Sophie heb gekeerd. 'Een van de keuken mensen vertelde dat Evan ze had gevraagd de keuken te verlaten.' Ik zucht en kijk even naar Evan. 'We komen er aan.' mompel ik. Ik kijk naar mijn handen die rusten op mijn schoot. 'Oké.' zegt Sophie. De deur valt dicht. Ik weet niet zo goed wat ik nu moet denken of voelen. 'Ik wilde gewoon een leuke, zorgeloze dag samen hebben.' legt Evan uit. Hij legt van achter een hand op mijn schouder. 'Ik ben ook niet verdrietig daarom.' Ik draai me om en pak Evans hand. 'Ik vind het lief dat je dat voor me hebt gedaan. Vader wordt gewoon wat knorrig zonder mijn moeder.' mompel ik. Mijn ogen vallen op mijn kleine handen om Evans grote handen. 'Ik denk dat we haar moeten halen. Morgen nog.' Ik Kijk Evan strak in zijn ogen aan. Ik kan niet geloven dat hij dat zegt. Een glimlach verschijnt op mijn gezicht. Ik strekt mezelf uit en omhels Evan. 'Dank je.' mompel ik. Hij drukt een kus op mijn haar. Ik maak me los van Evan en sta op. 'Ik ga onze ravage nog maar eens bekijken.' zeg ik. Ik draai om en wil weg lopen maar Evan pakt mijn hand. 'Onze ravage.' verbetert hij mij. Ik lach en loop hand in hand met Evan de kamer uit.

Bij de keuken aan gekomen staat mijn vader te schreeuwen tegen het personeel. 'Vader.' Brul ik door de keuken. Hij is meteen stil en draait zich boos naar me om. 'Wat heeft dit te betekenen?' roept hij naar mij. 'We hebben pannenkoeken gemaakt.' Zeg ik. 'Het wat mijn idee.' mengt Evan zich. Sophie staat rood aangekomen van schaamte achter mijn vader. Ik gebaar een sorry naar haar en ze knikt met een kleine lach. 'En dan ruim je het niet op?' brult mijn vader verder. 'We wilde het opruimen...' 'Maar?!' 'Maar we werden afgeleid.' zeg ik. Mijn wangen worden licht rood en ik wend mijn blik af. Zelfs de hele vloer licht onder het meel. 'Jullie gaan dit opruimen en wel nu meteen.' Vader denkt dat dit een straf is. Dat is het niet, bij rommel maken hoort ook opruimen.' 'Oké, Vader.' zeg ik. 'Jullie verlaten het kasteel niet tot de gehele keuken weer spiek en span is.' Ik knik en begin mijn zoektocht naar een bezem. Helemaal in de hoek van de keuken staat een kleine opbergkast. Onder tussen zijn alleen Evan en ik nog in de keuken. Met de bezem in mijn hand loop ik terug. 'Het is niet verstandig om dat met een bezem te doen.' zegt Evan. Opruimen vind ik geen probleem maar ga me dan ook niet vertellen hoe ik moet opruimen. 'Weet jij iets beters dan?' snauw ik naar Evan. Zijn gezicht betrekt met een kleine grijns. Evan schudt zijn hoofd en loopt naar het aanrecht. 'Nou dan.' mopper ik. Evan pakt een doekje en veegt al het meel op een hoopje. Ik zet de bezem op de grond en begin het heen en weer te verplaatsen over de grond. Het meel stuift omhoog en het bedekt mijn hele jurk. Ik weet nu al dat het niet uit maakt op welke manier ik ook ga bezemen, het meel stuift toch wel op en dan kan ik weer van voor af aan beginnen. Ik heb er een hekel aan wanneer andere mensen gelijk blijken te hebben. Zonder iets tegen Evan te zeggen loop ik terug naar de kast en leg de bezem weg. Ik pak een grote doek uit de kast en doe de deur dicht. Ik leg de doek op de grond, hijs mijn jurk van de grond en duw met mijn voet de doek vooruit. Het meel gaat met de doek mee en het stuift niet op. Met mijn voet blijf ik de doek verplaatsen net zo lang tot het op een hoop licht. 'Dus wanneer is het tijd om je moeder te gaan halen?' Ik kijk op en zie Sophie tegen het deurkozijn aan leunen. 'Morgen.' antwoord ik. 'Dan zal ik klaar staan.' Sophie knikt na haar antwoord en verlaat de keuken dan weer. Na nog een paar vegen ligt al het meel op een hoopje. 'Waar heb je leren bakken?' vraag ik dan plots aan Evan. Ik kijk even zijn richting op. Hij leunt tegen het aanrecht aan en heeft een appel in zijn mond. 'Van Anita.' Zegt hij als hij zijn mond leeg heeft. Het duurt even voordat ik weer weet wie Anita is. Zij heeft zo goed voor ons gezocht en de baby konijntjes zullen nu wel groot zijn. 'Wanneer al het gedoe voorbij is moeten we daar maar eens op bezoek gaan.' stel ik voor. Evan maakt een instemmend geluidje en zet een emmer voor me neer. Hij gooit het klokhuis van zijn appel ook in de emmer waarna hij een doek pakt en mij mee helpt al het meel in de emmer te scheppen.

Zodra de hele keuken weer is opgeruimd pak ik de emmer met meel. Evan en ik verlaten de keuken om het meel weg te gooien. Ik werp een korte blik op de inhoud van de emmer. Ik zie precies hoe de appel door het meel rolt en al het meel aan de appel blijft plakken. Het ziet er niet echt smakelijk uit. Mijn maag trekt zich samen en de inhoud ervan komt omhoog. Uit reflex trek ik de emmer onder mijn gezicht en laat de inhoud van mijn maag er in vallen. 'Wow...' Hoor ik Evan mompelen. Meteen heeft hij zijn arm op mijn rug en helpt hij waar mogelijk. 'Die pannenkoeken waren misschien toch niet zo'n goed idee.' zegt Evan als hij de emmer van me over pakt. 'Het gaat wel. Het lag niet aan de pannenkoeken.' Zeg ik. 'We brengen dit weg en dan breng ik je meteen naar je kamer.' stelt Evan vast. Het kan geen kwaad om even te gaan liggen.

Terug op mijn kamer dwingt Evan mij om te gaan liggen. 'Probeer maar wat te slapen.' Zegt hij. Evan drukt een kus op mijn voorhoofd en wilt dan weg gaan. Ik kan nog net zijn hand vastpakken. 'Blijf.' Het komt zieliger uit mijn mond dan dat de bedoeling was. Evan draait zich om, lacht en kruipt achter mij in bed. Ik draai me om en ga tegen zijn borst aan liggen. Het luisteren naar zijn hartslag maakt me rustig en het voelt vertrouwd. Na een tijdje val ik toch in slaap.

Zo dra ik wakker word is het al donker. Evan is ook in slaap gevallen. Ik maak me los uit zijn grip en stap uit bed. Onder de dekens vandaan is heb koud. Snel trek ik een badjas aan. Ik loop naar mijn erker en ga op het bankje zitten. Sterren hebben zich al gevormd aan de donkere hemel. De lampjes in Lea branden nog steeds. Ik hoor Evan achter me mompelen en bewegen. 'Waar ben je.' Mompelt hij dan met een slaperige stem. Ik sta op. 'Ik ben hier.' zeg ik. Ik kijk over mijn schouder en zie dat Evan ook het bed uitstapt. Ik heb niet mee gekregen dat Evan zijn shirt had uit gedaan voor hij in slaap was gevallen. Ik kijk weer uit het raam en niet veel later voel ik Evans gespierde armen om me heen. Het is net een deken van warmte die om me heen wordt geslagen. Evan legt zijn kin op mijn schouder en zucht. 'Ik denk dat we heb avond eten hebben gemist.' Ik lach. 'Ik had toch al niet zo veel trek.' grinnik ik. 'Nu ook nog geen honger?' Ik hoor de plagerige toon in zijn stem wat me laat lachen. Ik draai me om. 'Misschien een heel klein beetje?' zeg ik zacht. Ik sla mijn armen om zijn nek. Evan komt dichterbij. 'Klein beetje maar?' Ik knik waarna ik Evan zijn lippen op die van mij voel. Ik kan de grote grijns op mijn gezicht niet verbergen. 'Waarom lach je?' vraagt Evan met een net zo'n grote grijns als ik. 'Je maakt me gelukkig.' zeg ik zacht waarna ik min lippen weer op de zijne druk. Evan tilt me op en ik klem mijn benen om hem heen. Mijn handen maken contact met Evans warme huid. Zijn huid voelt erdoor zacht. Evan sist even van mijn koude vingers op zijn warme lichaam. Ik grijns en kus hem meer. Terwijl Evan mijn lichaam ondersteunt met zijn handen loop hij rustig naar het bed toe.

Zodra ik bij Evan ben voelt het als of niks me kan stoppen. Als of we de enigste zijn op aarde en er geen regels of verplichtingen zijn. Evans handen maken mijn badjas open. Evans hanen speuren mijn lichaam verder af terwijl zijn lippen mijn nek verkennen. Dit is pure liefde en genot. Dit is iets waarvan ik hoop dat het nooit zal veranderen. Dit is hij en ik, ons vurige spel. Ik hou van Evan. De manier waarop hij naar me kijkt, hoe hij me aanraakt, hoe hij tegen me praat, hoe hij ruikt. Ik hou van Evan. Er is niks wat dat kan doen veranderen. Dit is de man die mij gelukkig maakt en bij wie ik de rest van mijn leven samen wil zijn. Evan is de persoon die ik als eerste en laatste op een dag wil zien. Een zucht uit mijn mond brengt bij gedachte terug. Hoe wel ik geniet van de manier waarop Evan me aanraakt, het is denk ik beter om te gaan slapen. Morgen gaan we mijn moeder halen. Ze is nou een aantal weken weg. Ik heb hard aan mezelf gewerkt en ik ben er klaar voor. 'Evan.' zeg ik buiten adem. 'Hm.' mompelt hij tegen de huid in mijn nek aan. Ik draai mijn hoofd zijn richting op. 'Ik denk.' begin ik. 'Hm.' onderbreekt Evan mij met een kus. 'Dat het... verstandig is als... we gaan slapen.' Bij elke aantal woorden onderbreekt Evan mij met een kus. Het geeft me kriebels en het wordt bij elke kus moeilijker om te zeggen wat ik wil zeggen. 'Morgen is een drukke dag.' voeg ik er zacht achter aan. 'Hm.' Evan drukt zijn lippen op die van mij. Ik verlies mezelf in hem. 'Dus slapen?' perst Evan tegen mijn lippen aan. Ik knik maar alles wat ik nu wil is niet slapen. Ik trek Evan dicht tegen me aan en geniet zo veel als het maar kan van hem.

Just A Queen | Boek 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu