Boek 2, hoofdstuk 14 - Gevecht

104 6 0
                                    

Mijn eerste reactie op Flinn is mijn moeder. Ik duw haar richting Evan. 'Breng haar naar buiten.' Zeg ik. Sophie en Evan knikken en begeleiden mijn moeder zo snel als ze kunnen naar buiten. 'Oh alsjeblieft. Ik heb nooit de intentie gehad om je moeder iets aan te doen.' Ik kijk Flinn zijn kant op. Nu alle fakkels aan staan kan ik de ruimte goed bekijken. Het gedeelte waar Flinn op staat is verhoogd en het doet me denken aan een boot waar de kapitein moet sturen. 'waarom heb je haar dan ontvoert?' vraag ik vol walging. 'Zodat jij hier zou komen.' Ik snap er oprecht niks van. Gaat het Flinn om macht? 'Eigenlijk wilde ik je moeder wel iets aan doen. Uit wraak. Maar toen bedacht ik me dat het beter is als ik de kroonprinses, de brug en de andere Hyma uit zou schakelen.' voegt hij er aan toe. Voor een stomkop, praat Flinn behoorlijk veel. 'Wraak?' vraag ik. Flinn zucht. 'Voor een prinses weet je ook niet echt veel of wel?' Ik negeer zijn opmerking en zucht. Evan en Sophie komen terug. 'Wel hallo Sophie. Hoe gaat het met jou.' Vraagt hij met een lach. Ik kijk Sophie aan en zie dat ze rood wordt. 'Prima.' Antwoord ze kort af. Ik krijg het rare gevoel dat ze iets voor me probeert te verbergen. 'Mooi, Mooi.' Flinn is even stil en ik weet dat hij ons bekijkt. 'Broertje, lang niet gezien.' zegt Flinn met een gemene toon. Wie? Ik kijk even om me heen en ik zie alleen Evan staan. 'Jullie weten ook echt helemaal niks he?' vraagt Flinn. Ik schaam me een beetje. Met een simpele beweging staat Flinn op dezelfde vloer als wij. Als wij geen antwoord geven begint Flinn zelf te praten. 'Evan, voelt het niet goed om met je broer weer herenigt te zijn?' Nu snap ik er al helemaal niks meer van 'Evan?' vraagt ik verbaast. 'Ik weet ook niet waar hij het over heeft.' mompelt Evan terug. 'Waarom was mijn moeder hier?' sis ik naar Flinn. 'Ik wilde haar hetzelfde lot laten begaan als jij mijn vader hebt aan gedaan.' Zegt Flinn. 'Ik heb helemaal niemand iets aan gedaan?' antwoord ik terug. 'Mijn vader. Jij hebt hem laten overlijden.' Flinn praat over Bodar. 'Bodar?' vraag ik. 'Precies ja!' Brult hij door de grot heen. Hier en daar hoor ik wat steentjes verplaatsen. De woede van Flinn wakkert zijn aarde krachten aan. 'Hoezo beweer je dat Evan familie is van jou.' vraagt Sophie. 'Lieverd. Mijn familielijn gaat een aantal jaar terug. Ik weet niet eens meer hoe ze heten. Ze kregen twee kinderen. Dean en nog een. Generaties lang kent men mijn bloed lijn al als verschrikkelijk en gelijk hebben ze. Dean vond dat onze familie zo niet verder kon. Hij is opzoek gegaan naar manieren om mijn familie tegen te houden.' 'Hij is de schrijver van het boek.' mompel ik. 'Precies ja.' Flinn wuift het weg. 'Hoe dan ook. Mijn familie heeft Dean afgestoten van de bloedlijn. De broer of zus van Dean is getrouwd en kregen drie kinderen waaronder mijn vader, Bodar. Mijn vader trouwde ook en ze kregen mij. Na een jaar besloten ze om nog een kind te nemen en daar wat Evan. Mijn vader wist dat jij werd geboren. Zijn taak was vanaf dag een al om jou te vernietigen. Hij wist ook dat een van zijn krachtig genoeg was om jou tegen te houden. Vader heeft Evan weg gedaan omdat hij zag wat ik wel kon en hij niet. Mijn moeder was gebroken. Aan haar verdriet voor Evans verlies is ze over leden. Evan en ik zijn de enigste twee die nog in leven zijn van mijn bloedlijn.' eindigt Flinn zijn verhaal. Ik weet even niet wat ik moet zeggen of doen. Ik kijk verbaast naar Evan. Hij kijkt net zoals ik. 'Lieg niet.' roept Evan dan. Natuurlijk is Evan boos. Zo lang als ik hem ken wil hij al weten wie zijn ouders zijn. Dit moet voor Evan inslaan als een bom. 'Ik lieg niet.' zegt Flinn rustig. Flinn pakt wat uit zijn zak en gooit het naar ons toe. 'Hier, de stamboom. Vrouwen in onze familie hielden dat generatie op generatie bij.' Ik loop naar Evan toe. Hij opent de rol en kijkt meteen onderaan de stam. Het is waar. 'Evan.' Zeg ik zacht. 'Verbrand het.' Zegt hij tegen mij. Hij is boos. 'Maar...' 'Elena die het!' roept hij. Ik maak met een beweging een vuurtje in mijn handen. Ik kijk naar Sophie. We weten allemaal even niet zo goed wat we moeten doen nu. Evan verbrand het papier. Ik merk aan hem dat hij boos is. 'Dus onze prinses heeft haar Hyma krachten onder de knie?' De manier hoe hij tegen me praat irriteert me. Ik werp Flinn een blik toe en hij begint te lachen. Genoeg.

'Maar goed. We zijn hier niet bij elkaar gekomen om bij te kletsen.' Flinns stem klinkt duister. Ik ga klaar staan. Tot mijn verbazing zijn Sophie en Evan ook gewapend. Dat is me de hele dag nog niet opgevallen. Ik was zo in mijn eigen wereld dat ik daar helemaal niet op heb gelet. Sinds wanner kunnen zij hier mee omgaan? Ik neem wat vuur in mijn handen en wacht tot Flinn zijn eerste beweging maakt. Mijn plan lukt niet aan gezien Evan met zijn zwaard op hem af rent. Voor Flinn wat kan doen zet ik zijn voeten klem met zijn aardsturing. Evan haalt uit maar Flinn stuurt een rots wand voor zich waar Evan tegen aan knalt met zijn zwaard. Sophie Richt haar pijn en boog. Wanneer ze los laat heeft Flinn zichzelf bevrijd en Evan weg gestuurd. Flinn stuurt rotsblokken in onze richtingen. Met een windkracht duw ik Sophie en Evan weg zodat het blok tegen de muur achter ons in stukjes valt. Flinn zet Evan en Sophie vast in een kegel van aarde. Flinns favoriete element is aarde denk ik. 'Het is niet hun gevecht.' Brult Flinn. Hij heeft wel gelijk. Ik kan Flinn niet verslaan als ik Evan en Sophie moet blijven beschermen. Flinn schiet in grote hoeveelheden vuurballen op mij af. Ik ontwijk er een paar en maak in een soepele beweging een ijs wand voor me. Ik ren achter het ijs vandaan en schiet een aantal ijspegels op Flinn af.

'Elena!' Gilt Sophie. Ze wil mee vechten maar dat kan niet. Ik heb alle focus nodig om Flinn te verslaan. Flinn is ouder en waarschijnlijk kent hij zijn krachten al langer dan ik. Ik ben zwakker, dat weet ik. Ik heb geen ervaring met mijn krachten of met hoe ik ze moet gebruiken. Daarom kan ik me niet laten afleiden. 'Elena laat me er uit!' Ik schrik van Sophie's gegil en ik struikel over mijn eigen voeten. Flinn lacht en nog voor ik op de grond val duwt hij me met een windvlaag naar achteren. Net zo lang tot ik tegen de muur aan bots. Mijn botsing met de muur maakt het lintje in mij haren los en het dwarrelt op de grond. Mijn haar valt in model langs mijn gezicht. Nu ik de muur in mijn rug heb, heb ik grip. Hoewel Flinn op me afloopt en zijn luchtsturing nog steeds op mij heeft gericht, weet ik dat ik iets moet doen. Ik hou mijn handen tegen elkaar en steek ze voor me uit. Ik duw mezelf weg van de muur. De sterke wind heeft nu minder effect en zo vind ik mijn kracht om er tegen in te gaan. Flinn versterft zijn wind kracht. 'Ik kan ook met wind spelen.' mompel ik. Met een simpele hand beweging komt er een enorme stoot van wind uit mijn handen. Het is sterker dan dat van Flinn. Wind is mijn element. Ik ben er vanaf dag één al goed in. Beter als in de andere elementen. De afgelopen dagen heb ik me daar meer op gefocust. Flinn valt achterover en valt hard op een paar steentjes. 'Elena, nu graag.' Mompelt Evan. 'Waar wacht je op.' zegt Sophie. 'Hou op. Hoe kan ik Flinn verslaan als ik elke seconde moet besteden om jullie te redden?' 'We willen alleen helpen.' 'Dat begrijp ik, maar...' Een windstoot in mijn rug duwt me op de grond. Alles is even rustig. Flinn loopt met een vlam in zijn hand op me af. Ik weet even niet wat ik moet doen. Uit angst stuur ik aarde om me heen in de vorm van een soort koepel. Ik ben veilig, voor heel even. Ik ben boos, verdrietig en bang. Ik voel alles door elkaar heen. De controle die ik over mijn lichaam moet houden is zwaar. Ik Moet Flinn tegen houden, maar ik kan zijn leven er voor niet afnemen.

Het wordt warmer en warmer in mijn bal van aarde. Flinn is vuur aan het sturen. 'Kom tevoorschijn Elena.' roept Flinn boven het geluid uit. Flinn klinkt woedend. Het wordt steeds zwaarder om de houding aan te nemen zodat mijn beschermende koepel blijft zoals hij is. Het kan elk moment breken. Zoals ik voorspelde breekt mijn koepel. Flinns vuur duwt me naar achteren. Ik voel hoe een stukje huid van mijn arm zich aan Flinns vuur brand. Tijd om op de pijn te reageren heb ik niet. Flinn stormt woedend op me af voor een nieuwe aanval. Ik ben nog niet klaar voor een nieuwe aanval, laat staan een verdediging. Flinn sprint op en stuurt tijdens zijn sprong een rotsblok op me af. Het enigste wat ik kan doen is diep in ademen. Ik vul mijn longen met lucht en blaas zo hard uit als ik kan. Flinn en het rotsblok vliegt weg. Flinn roept een paar boze woorden die niet voor herhaling vatbaar zijn. Ik heb geen idee waar Flinn zijn woede vandaan haalt. Ik heb zijn vader niet vermoord. Flinn staat snel op en rent met een aantal ijspegels op me af. 'Ik snap dat je boos bent.' Roep ik. Met wind sturing duw ik hem weg. Ik begin er onderhand aan te twijfelen hoe sterk Evan is. 'Je weet helemaal niks van mij. Ik heb al het recht om boos te worden.' Flinn zet een muur van aarde. Zodra hij achter de muur vandaan komt schiet hij als een idioot vuur op me af. Net op tijd trek ik ook een muur uit de grond. 'Je hebt mijn vader vermoord.' Flinn trapt op de grond en het veroorzaakt een kleine aardbeving. De grot kraakt en hier en daar vallen een aantal steentjes uit de lucht. Ik verzamel water en maak er een soort verlenging van voor mijn armen. 'Ik heb Bodar met geen enkele vinger aangeraakt!' roep ik terug. Ik verlies de controle en ik voel hoe de woede toe neemt in mijn lichaam. Ik heb zelfs mijn ergste vijand eervol behandeld. 'Lieg niet!' Flinn schiet kleine steetjes mijn richting op. Met mijn water armen sla ik ze weg. Dat was het. Mijn stemming is omgeslagen. Ik ben boos. Nee woedend. 'Ik lieg niet,' Ik verzamel het water om me heen en laat het me omhoog liften. Met gemak vermijd ik de steentjes van Flinn. 'Jouw vader was een schande voor deze wereld!' vervolg ik. De waas verschijnt voor mijn ogen. In plaats van het tegen te houden laat ik het gaan. Dit zal de enigste kans zijn om hier een einde aan te maken. 'Ondank dat hij het had verdiend, was het niet mijn schuld dat hij is gestoven.' brul ik. Ik verlies de gehele controle over mijn goden kant. Met luchtsturing duw ik Flinn tegen de grond. Met mijn aardsturing zet ik hem klem zodat hij niet meer kan sturen met zijn handen en voeten. Ik strijk voor hem neer. Ik krijg de controle weer terug en kijk Flinn aan. 'Net als je vader had je geen schijn van kans gemaakt tegen mij.' mompel ik. 'En wat nu?' roept Flinn. Flinn weet wel hoe hij de goden moet raken. Flinn opent zijn mond en een straal van vuur spuugt uit zijn mond. Met windsturing blaas ik het vuur weg. 'Ga je mij nu ook vermoorden?' Ik weet niet of ik hier moet op reageren. 

Just A Queen | Boek 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu