𝟮𝟵

321 5 19
                                    

Noor
We rijden door het centrum van Hilversum. "Is het nog ver? Ik moet plassen," zeg ik. Menno grinnikt. "Nog vijf minuutjes, Noor," lacht Louis.
We rijden over een lange baan.
"Binnen 500 meter, neem de bocht naar links," klinkt er door de navigatie.
Louis verminderd zijn snelheid en gaat de bocht om. Maar precies om de bocht komt er een auto recht richting ons gereden. Louis probeert nog te remmen maar de auto rijdt met volle vaart recht voor ons, zo in de groene auto van Louis en ik vlieg naar voren.

Martijn
Fuck Martijn, waar zat je met je hoofd. Ik wil de auto uitstappen, maar mijn been werkt niet mee. Auw, ik zit klem. Ik voel mijn handen trillen en begin te huilen. Ik leg mijn hoofd op de airbag neer, die uit het stuur is gekomen gelukkig.
De deur wordt opengemaakt. "Alles o- Martijn?! What the fuck, Martijn?!" hoor ik en draai me om. "Louis?! Wat fijn dat je er bent, ik ben net ergens tegen ge-ge.." ik kom niet meer uit mijn woorden. "Martijn, rustig blijven ademen. Er zijn ambulances onderweg. Menno is bij Noor en ik..." "Noor?! Is Noor hier ook?! Wat is er met jullie gebeurt dan?" vraag ik paniekerig. "Martijn, je bent tegen ons geknald. Hoe haal je het ook in je hoofd om auto te gaan rijden," zegt Louis. Ik begin te lachen. "Gast, je vriendin is door het raam gevlogen en jij bent hier aan het lachen?!" zegt Louis boos. Ik kijk hem schuldig aan, "het is toch 1 april gekkie," antwoord ik. Ik ben gewoon tegen een boom ofzo opgereden en zij maken van een mug weer een olifant.
"Martijn, het is 5 mei. Volgens mij ben je in shock, want je hebt nog niet eens gezegd dat je pijn hebt, maar je ziet er niet uit," zegt Louis. "Ik heb pijn aan m'n voet. Ik zit klem," zeg ik. Louis staart me aan. "En niet aan je hoofd?" vraagt hij. Ik schud mijn hoofd. "Ho, gek! Je gaat niet met je nek draaien! Daar is denk ik wel wat mis mee. Je bloed," zegt Louis. Ik trek mijn wenkbrauwen op en raak mijn voorhoofd aan. "Auw!" roep ik en kijk naar mijn hand. Ik zie bloed. "Ik bloed! Ik ga dood!" roep ik in paniek en begin te huilen. Ik probeer me uit de auto te halen, maar dat lukt niet en Louis houdt me tegen. Ik hoor sirenes.

Noor
Ik open mijn ogen en schrik. Waar ben ik? Ik wil rechtop gaan zitten, maar dat lukt niet. "Doe maar rustig. Je ligt in de ambulance en we zijn bijna bij het ziekenhuis. Je bent in goede handen. Houdt nog even vol! " zegt een mevrouw. Ik zie alles om me heen draaien en sluit m'n ogen. Rondom me hoor ik nog allemaal piepjes, maar langzaam worden ze zachter en ik voel me wegzakken.


Louis
Wat een dag is dit zeg! Eerst wordt je beste vriend ontvoerd en dan zit je hier in het ziekenhuis omdat hij inclusief vriendin in het ziekenhuis liggen. "Ik weet wel één ding," zeg Menno als hij naast me komt zitten in de wachtkamer, "Martijn en Noor zijn voor elkaar gevallen," grinnikt Menno. Ik probeer m'n lach in te houden, want lachen in de wachtkamer van het ziekenhuis is niet heel gepast. Alleen moet ik toch grinniken.
Er gaat een deur open en ik en Menno zwijgen. "Komen jullie voor meneer Garritsen?" vraagt de verpleegkundige. We knikken allebei. Als jullie rustig zijn, mogen jullie naar hem toe," zegt de vrouw. Ik en Menno staan op en lopen de kamer van Martijn binnen. Ik schrik een beetje als ik Martijn zie liggen. Hij heeft een nekkraag om. Zwijgend kijk ik Martijn aan. "Zijn jullie boos? Of teleurgesteld?" vraagt Martijn aarzelend. "Nee, joh. Tuurlijk niet. We schrikken er alleen een  beetje van, hoe jij eruit ziet," zegt Menno, om de awkward stilte te voorkomen. Ik zal maar niks zeggen, maar Martijn was gewoon helemaal doorgedraaid dat hij gaat rijden. "Ik mag straks onder de scan, als alle goed is gaat daarna deze irritante nekkraag af. Hoe gaat het met Noor?" vraagt Martijn. Ik haal mijn schouders op. "Toen ze met de ambulance meeging, hebben we haar niet meer gezien. We mogen niet mee naar de Intensive Care," zeg ik. Martijn kijkt me met grote ogen aan, "Ligt Noor op de IC?!" Ik knik, "Sorry broer," antwoord ik. Martijn draait zich voorzichtig om en drukt op het alarm knopje naast zijn bed. "Gast, wat doe je, alles goed?!" vraagt Menno. De verpleegkundige komt naar binnen gerend. "Alles goed?!" vraagt ze bezorgd. "Ik wil naar Noor, Noor Sanders. Als het goed is ligt ze op de IC hier," zegt Martijn. "Sorry meneer, op de IC kan je alleen maar komen als je familie bent. Maar ik kan wel zeggen dat het al wat beter gaat met mevrouw Sanders en dat ze weer bij bewustzijn is," antwoord de verpleegkundige. "Maar ik ben familie. Ik ben haar vriend. En was bijna haar verloofde," antwoord Martijn. Ik verslik me en Menno kijkt me met opgetrokken wenkbrauwen aan. "Zij je nou verloofde?!" zeg ik verbaasd. "Ja, als ik niet werd ontvoerd en als ik niet zelf ging rijden, zat ik nu op Ibiza alles voor te bereiden voor een perfecte aanzoek," zegt Martijn. De verpleegkundige legt haar hand op haar hart. "Dat is wel heel erg. Op zich kan ik wel een uitzondering maken voor jullie, deze keer. Omdat het met mevrouw Sanders ook de goede kant opgaat," zegt de verpleegkundige en pakt haar telefoon.

"Jullie mogen met z'n drieën een kwartiertje naar mevrouw Sanders. Als jullie aan de balie staan, zeggen jullie dat je van Linda mag komen," zegt de verpleegkundige. Ze heet dus Linda.
Martijn wordt in een rolstoel geplaatst, aangezien hij nog onder de scan moet.
Linda zegt hoe we moeten lopen en daarna Menno duwt Martijn met de rolstoel. Ik loop erachter aan. "Het is wel saai hier," zegt Menno en begint door de gang te rennen met Martijn in de rolstoel.
Ik begin te lachen en stop voor een deur. Menno blijft rennen en merkt dat ik niet meer achter hun aan ren.
Hij kijkt achterom. "Nu al moe, van Baar?" roept hij. Ik schud mijn hoofd, "Jullie zijn de kamer al voorbij," zeg ik. Menno komt terug met Martijn en stil lopen we de kamer van Noor naar binnen.
"Hey," fluistert Martijn.
Noor begint te glimlachen. "Lach je me nou uit? We zien er bijna hetzelfde uit," fluistert Martijn. "Hier zijn jullie muisstil, maar op de gang produceren jullie nogal veel geluid." zegt Noor rustig.
Martijn moet lachen. "Heb je dat gehoord?" vraagt Martijn. "Hahaha, ja, haha, auw," lach Noor voorzichtig. "Heb je veel pijn?" vraagt Menno. "Ik heb waarschijnlijk mijn ribben gekneusd," antwoord Noor. "Ja, dat zal me niks verbazen. Je vloog letterlijk naar voren," zeg ik. "Ik ga nooit meer in het midden zitten," zegt Noor.
Ik maak snel een foto van Noor en Martijn en daarna is het kwartiertje helaas alweer voorbij. We gaan met z'n drieën weer rustig naar Martijn zijn kamer.

 We gaan met z'n drieën weer rustig naar Martijn zijn kamer

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.
Summerdays /\ Martin Garrix +xWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu