De tweede keuze

80 8 0
                                    

De volgende ochtend werd ik gewekt door het geroezemoes in het huis. Het duurde even voor ik besefte waar ik was. Met dat besef, viel ook de harde realiteit neer. Tien dagen geleden had ik Draco dood verklaard. Ik gaf mezelf even de tijd om mijn moed bijeen te rapen voor ik mijn kleren aan trok en de trap afliep.

"Goedemorgen!" zei ik in de keuken en ik werd ook terug begroet.
"Lekker geslapen, meisje?" vroeg Molly en ik knikte.
"Als een roos!" Door de loop van de ochtend werd me duidelijk dat Fred, nu nuchter, zijn moed weer wat verloren was.

Ik wees mezelf er op dat ik blij geweest was met ons moment de avond voordien en ik dat maar moest bewijzen. Ik plofte me naast Fred neer en grijnsde toen hij me een beetje angstig aankeek. Mijn grijns deed hem echter snel terug grijnzen. De fonkel in zijn ogen overtuigde mij en de anderen dat hij gerustgesteld was. Ik was terug en ging nergens meer heen.

"Joanne, de anderen blijven tot en met nieuwjaar. Blijf je ook graag?" Ik knikte. Hoewel een stemmetje in mijn hoofd zei om naar Draco te gaan, bedacht ik me dat ik de afleiding wel kon gebruiken. Zo snel als ik jaren eerder van mensen was vervreemd, zo snel voelde ik nu mijn genegenheid naar mijn vrienden terug komen.

In de dagen die volgden lachte ik met Fred en George, discussieerde ik met Hermelien en kwam ik alle roddels te weten dankzij Ginny. Zo ontdekte ik dat Leo een vriendin had, die niemand vertrouwde en dat Fred in mijn afwezigheid niet één date had gehad. Langzaam maar zeker vielen de stukjes op hun plaats en werd ik weer mezelf. Toch bijna, ik zou waarschijnlijk nooit meer dezelfde worden.

Over Draco werd er nooit gesproken. Niet omdat ik hem wou vergeten, maar omdat ik hem voor mezelf wou houden. Mijn Draco.

Op oudejaarsavond hielp ik Molly met de tafel te dekken.
"Wat ruikt die soep weer heerlijk!"complimenteerde ik haar en ze lachte me toe. Het was me duidelijk dat molly zich het liefst helemaal over me wou ontfermen zoals ik met mijn pupjes had gedaan, maar ik was geen pupje. Eten in mijn buik en een aai over mijn haren zouden me niet maken wie ik ooit geweest was.

"Joanne? Je pa is er. Ik zal dat wel doen", zei Ron, die de keuken kwam binnengewandeld terwijl hij een ovenhapje voorproefde. Hij wees naar het bestek in mijn hand voor hij met zijn hand voor zijn mond wapperde. "Jeetje, dat is warm!" puft hij en ik gaf hem grinnikend het bestek aan. Ik liep naar de woonkamer, waar ik niet Henry maar Severus aantrof.

"Joanne" zijn ogen lichtte op toen hij me zag en ik gaf hem een knuffel "Severus. Lang geleden", grijnsde ik. Hij knikte.
"Ik moet je delen nu", zei hij met geveinsde spijt.

De glinstering in zijn ogen verried het geluk over zijn geslaagde missie. Mollly kwam de keuken uit met de ovenhapjes en waarschuwde ons dat ze warm waren.
"Komt Leo ook?" vroeg ik Fred, die meteen zijn hoofd schudde.
"Zo dom is Leo niet."
"Hij ziet haar graag, maar hij is niet dom!" vulde George aan. Ik keek hen vragend aan en Fred grinnikte. "Tenzij je graag hebt dat de ochtendprofeet hier morgen staat!"

Even later kwamen Henry Dhanes en Albus Perkamentus ook toe. Het rumoer in huis stoorde me niet langer en dat scheen Perkamentus te merken.
"Joanne, kan ik jou misschien even onder vier ogen spreken?" vroeg hij. Ik keek hem aan.

Het onheilspellende gevoel in mijn buik strookte niet met de luchtigheid waarmee hij die vraag gesteld had. Toch voelde ik ook bij de anderen een zekere spanning. Perkamentus wachtte geduldig mijn antwoord af terwijl hij op het gevulde koekje in zijn hand blies.
"Goed dan", zei ik, met weinig overtuiging.

"Geweldig", zei Perkamentus, terwijl hij opstond en ik volgde hem naar buiten. Toen ik de deur dicht getrokken had, veranderde de onverschillige houding van Perkamentus. Hij keek me plots strak en ingespannen aan. "Joanne. Ik zou willen dat je me verteld over Draco's dood."

Een deel van me had die vraag verwacht en toch schrok ik toen ik ze luidop hoorde.
"En ik wil dat niet", antwoordde ik verbazingwekkend kalm.
"Het is belangrijk!" drong hij nu aan.

"Belangrijk? Hoe kan dat nu mogelijk belangrijk zijn?" vroeg ik ontzet, maar ik wachtte zijn antwoord niet af en draaide me weer naar de voordeur.
"Was er nog iemand bij?" vroeg hij nu nog snel en mijn hand bleef eventjes nutteloos in de lucht hangen.

"Nee", zei ik en ik trok de voordeur open. Fred onderzocht mijn gezicht toen ik weer binnen kwam, maar ik vermeed oogcontact. Molly keek Perkamentus verwijtend aan, maar die had daar geen erg in. Hij hield alleen in de gaten tegen wie ik praatte, met wie ik lachte. Vlak na het eten kondigde Perkamentus aan dat hij weg moest.

"Maar we moeten nog aftellen!" jammerde Hermelien. Het oude schoolhoofd trok zijn schouders op. "Ik ben er zeker van dat je mij daar niet voor nodig hebt!" Toen hij buiten was voelde ik me opgelucht. Niet veel later konden we aftellen. Er werd gejuicht en geknuffeld en ik vond het allemaal goed.

Ik hielp Molly om de wijnglazen naar de keuken te brengen.
"Zet maar gewoon op het aanrecht, liefje", zei ze en ze wisselde een blik met Fred, die me gevolgd was.
"Fred?" zei ik verbaasd. Hij keek toe hoe ik de glazen neerzette en vroeg dan: "Alles ok?"

Ik wist meteen waar hij op doelde en leunde mijn heupen tegen het aanrecht.
"Best," zuchtte ik "Perkamentus wil al een hele tijd dat ik iets doe dat ik niet wil." Fred haalde zijn schouders op. "Die man denkt soms dat hij alles kan en mag." Ik grinnikte.
"Hij zei dat het belangrijk is."

"Ik zou denken dat je genoeg voor hem gedaan hebt", antwoordde Fred een beetje bitter en ik kon hem alleen maar gelijk geven. Hij kwam dichter naar me toe en trok me in zijn armen. "Jij moet niks meer doen, voor niemand", zei hij en hij gaf me een kus op mijn haar.
"Bedankt, Fred",  fluisterde ik en ik trok me stevig tegen hem aan.

De troost en warmte van zijn omhelzing hadden een helend effect op me. Hij liet me los en keek in mijn ogen, terwijl hij tegen me aan bleef staan.
"Ik meen het, Joanne", zei hij terwijl zijn zachte ogen zich in de mijne boorde. Hij streek even langs mijn kaak en duwde dan zijn lippen zachtjes tegen de mijne.

Veiligheid, warmte, liefde, vriendschap , geluk, voor een seconde leek het allemaal door mijn lijf te gieren, maar dan duwde ik hem geschrokken van me af.

"Ik kan dit niet, Fred. Het is niet eerlijk. Draco is nog maar net.." Hij onderbrak me sussend.

"Het spijt me", zei hij."Ik wil dat gewoon al zolang doen. Ik weet best wel dat ik nooit je eerste keuze zal zijn, Joanne."

Ik keek hem even pijnlijk aan. Hij was nog verder achteruit gestapt en keek me nu bedeesd aan. Voor hem was Draco al jaren dood. Voor mij was dat nog maar enkele weken het geval. Ik zuchtte en stapte naar hem toe.
"Fred, het spijt me. Ik ben gewoon niet klaar voor een volgende stap", probeerde ik hem te vertellen. Angst om hem te verliezen deed me snel praten.

Hij schudde zijn hoofd en trok me weer tegen hem aan.
"Wees niet bang, Joanne. Ik laat je niet alleen, weet je nog?" zei hij, met zijn kin tegen mijn hoofd. Hij wreef over mijn rug. "Ik ga nergens heen." Ik nam zijn geur in me op en zuchtte.
"Wanneer ik er klaar voor ben", beloofde ik hem en hij hield me vast. Ik kon niet zien hoe hoop een glimlach op zijn lippen toverde.

Voorbestemd! En toch gedoemd!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu