Hoofdstuk 27

28 1 0
                                    

Ik kan niet slapen en lig maar te draaien in bed. Ik wil weten hoe het met Max is. Ik probeer hem te bellen en te appen, maar krijg geen reactie. Als ik In de app een berichtje doe reageert iedereen erg snel. bijna niemand kan slapen na wat ze gehoord hebben. Als ik wakker word zie ik dat het half zes is. Mijn telefoon ligt nog in mijn hand. Ik open hem en zie dat ik heel veel appjes gemist heb in de groep. Iedereen is erg geschrokken en hoopt natuurlijk dat alles goed komt. Dan leg ik mijn telefoon aan de oplader en probeer ik nog wat te slapen.

Als ik de volgende dag wakker word hoor ik Anne en Florian praten. Ik loop naar beneden en zie dat ze aan de telefoon zitten. Ik krijg tranen in mijn ogen, maar Florian zegt dat er nog niks veranderd is. Het blijkt dat de vader van Max aan de telefoon zit. Ik ren naar boven en kleed mezelf om. Als ik beneden kom zeg ik dat ik naar het ziekenhuis wil. Anne en Florian brengen me naar het ziekenhuis. Eenmaal in het ziekenhuis aangekomen loop ik naar de kamer waar Max ligt. Ik barst in tranen uit. Wat ziet hij eruit, overal schrammen en blauwe plekken. Echt verschrikkelijk. Ik ga op de stoel zitten, pak Max zijn hand en ga met mijn hoofd op zijn bed liggen. Na een tijdje word ik wakker gemaakt door een zuster. Ik vraag aan haar hoe het met hem gaat. 'Helaas kan ik er nog niet veel over zeggen. We zien nog weinig verbetering. Hij heeft echt een extreem harde klap gemaakt'. Ik staar een beetje voor mezelf uit. Ik weet niet wat ik moet zeggen. Het is zo verschrikkelijk. De ouders van Max komen binnen gelopen. Zij hebben echt geluk gehad. Allebei hebben ze kleine verwondingen. De moeder van Max heeft haar pols gebroken. Maar Max ligt hier maar te liggen. Ik vind het zo verschrikkelijk. Zijn ouders komen naar mij toegelopen en voorzichtig geef ik ze een knuffel. Ook zij krijgen nu het nieuws te horen. Max zijn moeder houd me stevig vast en ik blijf haar knuffelen. 

Helaas moet ik na een paar uur weer naar huis. Ik kan niet bij Max blijven, wat ik echt heel vervelend vind. Ik wil graag bij hem blijven en wachten totdat hij wakker wordt. Dan komen Anne en Florian de kamer inlopen. Ik geef Max een kus en loop met ze mee naar de auto. In de auto zet ik heel hard onze covers aan. Ik wilde graag even zijn stem horen. Er stromen tranen over mijn wangen. Snikkend val ik in slaap. Als ik wakker word zie ik dat we de straat in rijden. Ik loop gelijk naar boven, vind het fijn om even alleen te zijn. Snikkend met een kussen in mijn armen hoor ik mijn kamerdeur open gaan. Ik voel dat er iemand bij mij op bed komt zitten. Dan voel ik vier kleine armpjes om mij heen komen. Ik draai me om en geef de tweeling een dikke knuffel. Dan probeer ik te stoppen met huilen en veeg mijn tranen weg. Als de tweeling vraagt wat er is probeer ik ze uit te leggen wat er met Max gebeurd is. Dan worden zij ook verdrietig, maar vrolijk ik ze toch al snel op als we samen een filmpje gaan kijken. 

Als het filmpje afgelopen is kijk ik naast me en zie ik dat de tweeling in slaap is gevallen. Ik stop ze in en ga naar beneden om nog wat te drinken. 'Hoe gaat het nu met je?' vroeg Anne. Het gaat nu weer iets beter antwoord ik terug. Ik bedank haar voor het brengen naar het ziekenhuis en ga nog even met haar op de bank zitten. Ik kan nu eindelijk vertellen hoe het was in het ziekenhuis. Af en toe moet ik toch even een traantje wegpinken, maar laat het toch gaan. Ik schaam me nergens meer voor. 


Er Is Nog HoopWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu