Seizoen 3 - Hoofdstuk 20

1.6K 19 4
                                    

26-04-2011
Nienke kneep haar ogen samen en liet haar hoofd zakken. Voorzichtig knikte ze met haar hoofd. Ze durfde hem niet aan te kijken. Al zag ze zijn teleurstelling niet, dan voelde ze het wel. Ze vond het vreselijk. Het liefst wilde ze het uitleggen, maar ze was bang dat ze het nog erger maakte.
"Duidelijk. Ik breng Lynn naar m'n ouders."
"Fabian!" Hij deed de deur achter zich dicht en liet Nienke alleen op hun kamer. Toen begonnen de tranen te stromen.

Appie en Jeroen zaten nog als enige aan het ontbijt. Zij leken nog lang niet uitgegeten.
"Wat was je aan het draaien vannacht," zei Jeroen.
"Ik draai altijd. Ik kan het beter aan jou vragen. Waarom draaide jij zo?" Jeroen keek even om zich heen en boog toen naar Appie toe.
"Slechte dromen, al dagen." Appie's ogen werden groot.
"Echt? Ik ook!"
"Hoezo, jij ook? Ik heb het niet over horrorfilms enzo, dat van mij is echt."
"Dat van mij ook! Ik voel er ook echt iets bij. Hele angstaanjagende dromen. En telkens komt dat ene object er in voor." Jeroen keek hem bijna met open mond aan. Hij kon dit niet geloven.
"Een steen?" Zijn hart begon harder te slaan toen Appie met grote ogen knikte.
"Hij is overal. Een grote of kleine steen, maakt niet uit. Ik wist niet dat ik bang kon zijn voor stenen."
"Dit heeft iets te betekenen, prutser." Het zette hen aan het denken. Plotseling sloeg Jeroen zijn vuist op tafel. "Natuurlijk, dit kom allemaal door die kist. Dat kan niet anders."
"Gast, je hebt gelijk. Sinds die tijd zie ik stenen."
"We moeten naar de kelder. Daar kunnen we er misschien achter komen hoe we van die dromen af komen."
"Nu? Ik moet naar school."
"Nou en? Ik ook, we kunnen wel wat later heen." Appie twijfelde. "Je wil toch ook weten wat dit betekent?"
"Oké."
Even later stonden ze in de kelder. Niemand kwam daar ooit in de kelder, ook niet om schoon te maken. Daarom stond de kist nog gewoon op dezelfde plek.
"We kunnen nu in ieder geval wat zien," zei Jeroen terwijl hij de kist open deed. Appie naast hem op zijn hurken zitten. Jeroen haalde er dezelfde papieren weer uit.
"Ik snap niet dat er alleen maar stomme papieren in zitten."
"Met tekens. Duidelijk Egyptische tekens. Fabian weet dit wel te ontcijferen."
"We vertellen dit toch niemand, prutser."
"Waarom niet?" vroeg Appie verbaasd. "We hebben toch niks verkeerds gedaan?"
"Blijkbaar wel. Anders hadden we nu geen last van die rare dromen."
"Waar we zo snel mogelijk vanaf willen zijn. Fabian kan ons helpen."
"Wacht eens..." Jeroen vond iets onder in de kist. Ze keken allebei toe hoe hij een steen tevoorschijn haalde. "Shit."
"Een magische steen."
"Dat weet ik niet. Het is een rare steen." De steen was zo groot als de hand van Jeroen en was grijs, met heel veel glinsters. Nu wisten ze zeker dat die dromen iets met die steen te maken had. Die zagen ze de hele tijd in de droom.
"Kun jij dit ontcijferen?" Jeroen duwde de papieren in de handen van Appie, maar die schudde zijn hoofd.
"Dit is veel te moeilijk. We moeten het echt aan Fabian vragen." Jeroen zuchtte.
"Het moet dan maar."

Nienke werd die middag weer wakker. Ze keek op haar wekker. Het was al half drie 's middags. Ze had wel veel geslapen. Geen wonder, ze was aldoor zo moe. De hoofdpijn was nog niet veel beter. Misschien moest ze maar eens een apspirine nemen. Gewoon even lopen, of naar buiten gaan. De zon scheen haar kamer in, het was mooi weer. Altijd voelde ze zich beter door het mooie weer, maar dit keer niet. Ze had alles volledig verpest. Fabian en Mick waren boos op haar, en terecht. Had ze het Fabian maar gelijk verteld, dan had hij het nog kunnen snappen. Ze was toch van plan nooit meer te blowen. En Mick wilde haar eigenlijk alleen maar helpen. Hij bedoelde het goed. Als ze gewoon naar hem had geluisterd, dan was dit niet gebeurd. Ze nam een douche, maar ze voelde zich nog niet beter. Dat kwam door haar schuldgevoel over alles. Misschien moest ze maar naar Rachida gaan. Dan had ze tenminste nog een gezellige middag. Rachida hoefde niets te weten, dat kwam wel een andere keer. Toen ze de voordeur sloot en naar haar fiets liep, kwam Mick aangefietst. Ze was niet boos op hem, maar toch kon ze ook niet vriendelijk doen. Ze reageerde dan ook bot op de vraag waar ze heen ging.
"Hoe voel je je?" vroeg Mick die zijn fiets neerzette en naar haar toe liep.
"Slecht." Ze probeerde haar fiets van het slot te krijgen, maar dat zat vast. Gefrustreerd gaf ze er een trap tegen aan. Mick deed het voor haar.
"Ik moest het wel vertellen."
"Het is goed," zei ze. Ze mocht niet boos op hem zijn, hij had het al te lang stilgehouden. Toen ze Fabian's teleurgestelde blik weer voor zich zag sprongen er tranen in haar ogen.
"Ben je verslaafd." Verbaasd keek ze hem aan.
"Natuurlijk niet. Het was één joint en dat glaasje had ik gister niet moeten opdrinken." Ze pakte haar fiets uit het rek. Ondertussen veegde ze de tranen weg die over haar wangen rolden. "Ik doe gewoon alles verkeerd. Ik wilde dit allemaal niet, maar dat zeg ik nu, nu ik alles heb verpest." Haar tranen stopten niet. Ze voelde zich plotseling heel duizelig. Mick zag het gelukkig op tijd en ondersteunde haar.
"Gaat het?" Hij zag hoe verward ze was. Ze zag er slecht uit. Bijna kreeg hij er spijt van dat hij het aan Fabian had verteld, maar dit was de beste oplossing. Hij omhelsde haar toen hij zag hoe overstuur ze was. Ze begon te huilen.
"Je had Fabian's gezicht moeten zien." Ze snikte.
"Dat komt wel goed." Hij troostte haar.
"Ik wil niet dat hij boos op me is."
"Fabian kan niet boos op jou worden, echt niet. Leg het hem uit." Ze was blij dat hij haar troostte. Ze had Amber ook niet meer gesproken, die zou ook wel denken dat ze tegen haar gelogen had. Ze had het allemaal verkeerd aangepakt, dat bleek wel weer. Maar Mick troostte haar, zou hij het begrijpen?

Anubis AvonturenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu