Deel 20

595 20 10
                                    

Fenna en Evert liepen over de besneeuwde dijk. Het water was glad en kleine sneeuwvlokjes kwamen op het spiegel gladde water en hun neusen terecht. Evert had niks gezegd. Hij had onderweg met een snelle beweging de tranen uit zijn ogen geveegd zodat pasanten hem niet met tranen zagen. Fenna had hem even tot rust laten komen door geen moeilijke vragen te stellen en hem kalmerend over zijn rug te blijven wrijven. Dat had ze van haar vader geleerd die dat vroeger ook altijd deed als zij als klein meisje verdrietig was. De koele wind joeg langs de dijk, ideaal voor Evert om even af te koelen. Op hen na was er niemand op de dijk, logish natuurlijk. Wie ging er nou met zulks weer een wandeling op de dijk maken? Dit was het ideale moment. "ik wist niet wat ik deed" zei Evert plotseling. "ik had niet zo moeten reageren, zo heftig" "nee wat je deed was terecht" zei Fenna. "Ze heeft het recht niet om zo over Carla te praten" "maar toch.." zei Evert. "Ik heb haar auto bijna wat aangedaan" zei hij. Een ongemakkelijke lach volgde. "je hoeft jezelf niks te verwijten" Het bleef stil. Alleen het gekabbel van het water was te horen. Ze keken allebei naar de zee. "het lukt me niet" zei Evert. Fenna draaide haar hoofd naar hem toe. "Hoe bedoel je?" "Ik kan het niet....ik mis haar echt heel erg" Fenna slikte. Carla was natuurlijk de enige constante in zijn leven. Evert grinnikte. "ze kende me beter dan mijn eigen moeder, soms dacht ik zelfs dat ze m'n moeder was" Fenna glimlachte. "Volgens mij kende ze ons allemaal door en door" Ze keken weer naar de zee. Fenna keek omhoog in de licht grijze hemel waar de sneeuwvlokjes uit dwarrelden. Een waterig zonnetje scheen door de bewolking heen. "Ze hebben er daar boven tenmiste wel een aanwinst bij" zei Fenna. weer een stilte. "ik wou zo graag dat ik Bram kon geloven...over dat telefoontje" zuchte Evert. "maar het kan niet" zei fenna. "Nee" zuchte Evert. "Laten we daar gaan zitten" zei Fenna en ze wees naar een besneeuwd bankje. Evert knikte en ze liepen naar het bankje waar ze vervolgens op plaats namen. "En nu? Ik ga niet terug naar Ria" zei Evert. "we kunnen wegblijven" suggereerde Fenna. "ja en dan, ontslagen worden?" Fenna keek omlaag. "Dat word ik volgens mij zoieso al" zuchte Fenna. Evert keek haar verbaasd aan. "Ze mag me niet, ze is niet zoals Carla. Als ik iets doe wat niet kan dan doet ze er niet zo makkelijk over als zij" beantwoorde Fenna zijn vragende blik. Evert knikte. "maar het komt vast allemaal weer goed" hield Fenna de moed erin. "haha vast" lachte Evert. "zou ze nu meekijken?" Vroeg hij ineens. "misschien" zei Fenna. Ze keken elkaar aan. Langzaam bogen ze hun hoofden naar elkaar toe. Evert kantelde zijn hoofd een klein beetje. Zijn lippen raakten die van Fenna. Teder kuste hij haar. tegelijkertijd voelde het zo intens, alsof het echt liefde was. Na een paar seconden lieten ze los. Even keken ze elkaar verdwaasd aan. Evert leek even in de war maar stelde zich weer scherp. Ze gaven elkaar een glimlach en stonden op om terug te lopen.

Moordvrouw: angstWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu