Deel 17

466 33 2
                                    

Noor's perspectief 💢

Wat een domme vraag, maar oké ik begrijp het wel. Hij vroeg het uit bezorgdheid. Verloren keek ik naar Tarik. "Mijn broer.." zei ik en hij knikte. Soufiane keek me gechoqueerd aan. "Wat? Wat gebeurt er?!" riep hij luidop. Ik ben hem mijn verhaal verschuldigd, nu heb ik spijt dat ik het nog nooit eerder verteld heb. Wat wil je ook.. het verleden is een hoofdstuk dat is afgesloten en iets dat je niet graag weer boven water brengt. We zagen de deur openvliegen en ik legde mijn hand op de mond van Souf. "Ssht" fluisterde ik met mijn wijsvinger op mijn lippen. Het was mijn broer, mijn echte broer, Nussair. Hij liep meteen naar de kamer waar ik zat en dat was onze kans. We liepen zo snel we konden het appartement uit. Dat deden we via de trappen want de lift maakt teveel lawaai en wie weet staat er iemand ons beneden voor de lift op te wachten. Toen we buiten waren liepen we zo snel we konden richting de auto van Tarik en reden weg, letterlijk. We zijn van plan om een weekje in Utrecht te verblijven. Daar woont blijkbaar een tante van Souf waar hij heel goed mee is. Daar konden we dan een week schuilen en dan weer terug naar huis gaan, de politie inlichten.

Aangekomen in Utrecht.

Voor we naar de tante van Souf gingen, zaten we even op een bankje in de buurt. "Ik kom zometeen." zei Tarik. Hij gunde mij en Soufiane die privacy, wel gek want ik weet nog heel goed dat hij mij dreigde om niet meer met hem om te gaan. Wat zou er in die tijd allemaal gebeurd zijn? Een band opgeschept?
Ik nam de handen van Soufiane vast, de stress nam mijn lichaam over. "Soufiane, ik ben je mijn verhaal verschuldigd. Mijn verleden is iets dat ik liefst zo snel mogelijk vergeet maar dat is onmogelijk. Het is een deel van mijn jeugd, een deel van mijn herinneringen. Ik vind het zo moeilijk om erover te praten.." zei ik zachtjes naar het einde toe. "Neem je tijd, lieverd. Ik loop niet weg van je." zei hij strelend met zijn duim over mijn vingers.Ik had even een moment van twijfel. Maar Soufiane verdient het toch om te weten? Hoe kan hij helemaal van me houden als hij me maar deels kent, als ik hem niet alles vertel.. Ik raapte alle moed bijeen en sprak de eerste woorden uit. Het heeft me veel moeite gekost. Dat gevoel dat je wil janken maar dat moest inhouden omdat iemand je anders niet kan verstaan.. een brok in je keel. Mijn stem voelde zwaarder en mijn luchtwegen krompen in. Ik zocht een weg naar zuurstof, een weg naar vrijheid van alle ellende.
"Soufiane, ik ben geadopteerd. Ik kom uit Palestina.. Mijn vader zat in een oorlog toen ik klein was, ik was een oorlogskind. Nu ja, oorlog kan je het niet echt noemen als er maar 1 partij alles bombardeerd. Ik heb met mijn eigen ogen gezien hoe zij mijn huis binnenstormden en mijn moeder hebben vermoord. Mijn vader was er ook niet meer wat dus maakt dat ik en mijn 2 andere broers en zusje wezen werden. We moesten vluchten, het kon niet anders en dat is hoe ik hier terecht ben gekomen. Ik ben van gezin naar gezin geplaatst, apart van mijn familie, volk, cultuur, ongewild! Ik voelde me eenzaam ook al had ik die zogenaamde 'nieuwe familie' rondom mij. Wat ik toen allemaal heb meegemaakt is erger dan welke film je je ooit kan bedenken. Ik heb pijn geleden. Ik zie nog steeds alle beelden met elk detail voor mijn ogen. Ze staan voor het leven gegraveerd op mijn netvlies. En toch ben ik dankbaar, ik kwam namelijk terecht op een plaats waar mijn ouders van droomden. Ik weet dat ze gelukkig voor me zijn. Het enige dat ik afgelopen jaren dacht was enkel wanneer ik eindelijk mijn kans kreeg om naar ze terug te gaan." eindigde ik mijn verhaal met tranen die over mijn hangen heen vloeiden.Ik nam een diepe zucht. Het was de eerste keer dat ik mijn verhaal aan iemand vertelde. Ik durfde hem niet aankijken maar ik kon niet anders. Hij nam me bij mijn kin zodat ik omhoog keek. "Noor, het feit dat je dat allemaal overleefd en doorstaan hebt, bewijst gewoon hoe sterk je bent. Ik kan niet genoeg woorden bedenken om te beschrijven hoe trots ik ben op je. Je kijkt uit naar de kans wanneer je naar je ouders kan, maar je hebt nu eindelijk de kans om echt te leven. Dit doen we samen. Ik laat je nooit meer alleen, nooit!" zei hij vastberaden en hij gaf me tenslotte een kus op mijn voorhoofd. Ik was opgelucht van zijn reactie.

Nussair's perspectief 💢

Ik kon het niet meer aan. Het was een eer om mijn land te verdedigen maar zo maakte ik mijn familie kapot. Het oorlogsgebied heeft van mij een harteloze man gemaakt die niet over zijn familie meer waakte maar over het land, Palestina. Maar ik was kapot. Fysiek als mentaal. Ik mis mijn zusjes en broertjes en God weet waar ze zijn. Ik heb ze nodig. Na een tijd onderzoeken waar ik ze kon terugvinden, ondervond ik dat 1 zusje gestorven is aan een virus die ze in Palestina heeft opgelopen, mijn 2 broers werken samen in een groot bedrijf in Duitsland en Noor is een gewoon schoolgaande meid in een goede familie die woont in België. En toch maakte dat me jaloers, ook al vocht ik voor mijn land. Ik zal er alles aan doen om mijn familie weer samen te krijgen, ik wil ons herenigen.

Maar dat liep niet zoals gepland.. Ik kwam nooit met het idee om Noor te ontvoeren maar het kon niet anders, ze zou nooit meegegaan zijn. De blik die ik in haar ogen zag, herkende ik in de blik die mijn moeder had toen de Israëlitische soldaten onze huis binnenstormden. Het leek eventjes alsof ze me herkende en dat deed pijn. Vroeg of laat komt ze er achter en dan haat ze me nog meer als vroeger. Ik voel me geen man, slechts een doorgedraaide jongen waarvan de gedachten op hol sloegen. Het enige dat ik wilde, is samen leven in Palestina met de hele familie. Zoals vroeger. Vóór de oorlog. Maar dat zal enkel zo zijn in mijn dromen..

Noor's perspectief 💢

Er spookten wel nog wat vragen in mijn hoofd wat Nussair hier zo onverwacht op een grove manier kwam doen. Hij was de broer die ik nooit echt mocht. Hij vond het cool om mensen te pijnigen, hij wou in het leger. Dat heeft een beeld bij me gecreëerd dat hij enkel wreed is en meer niet. Die kon ik dus missen als kiespijn. "Uitgepraat?" vroeg Tarik toen hij plots voor ons stond. "Eigenlijk niet, Tarik. Het is Nussair die achter me aanzit, hij gaat me nooit loslaten. Nooit gaat hij stoppen met achter me te zoeken." zei ik bang en hopeloos. "Ja, verhuis dan naar Dubai hé.." hij uitte een lachje "Niet zoveel schrik hebben, het komt wel goed." Zei hij terwijl hij over mijn haar wreef en knipoogde. Even leek het sarcastisch maar ik had er een goed gevoel bij.

We stonden op en stapten rustig naar Sonya, de tante van Soufiane. Zij is een bekeerling, een teruggekeerde eigenlijk. Haar Islamitische naam is nu Nahla.
Eenmaal aangekomen, werden we met open armen ontvangen. Er stond al meteen een heel diner voor ons op tafel en eerlijk gezegd is dat wel waar ik mij het meeste op verheugde.
Nahla is een hele goede vrouw. Ik leerde haar wat kennen toen ik erop aandrong om haar te helpen met de tafel en de keuken. "Dit is het minste dat ik kan doen voor u." zei ik terwijl ik een paar lege borden van tafel nam.

Mijn pad.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu