Mysterie

353 43 29
                                    

A/N: Hey, mijn lieve lezertjes. :) Deze keer probeer ik om zo snel mogelijk nieuwe hoofdstukken te schrijven! Dus hier is er een nieuw! :D Lees, Comment & Stem, a.u.b.! Ik zou het heel erg hard appresciëren! ^^

Lovies! :) :3 x3

De knappe Ian Somerhalder als de Bewaker van de Herfst, Ashun. :D ===================>

Na onze bekentenis bij elkaar komt Ghuma me bijna elke nacht bezoeken. Soms kan hij niet want dan moet hij er langer over doen om de mensen in slaap te krijgen. Natuurlijk vind ik het niet erg, want Ghuma heeft plichten om te vervullen en meestal krijg ik later een extra kusje van hem omdat hij niet kon komen. Hehe. Leuk, niet? We hebben al heel vaak met elkaar gepraat en toen ik ernaar vroeg waarom hij me op het begin opeens negeerde, had hij gefronst bij de herinnering.

"Ik moest het van Elora." had hij geantwoord en dat deed me verbazen natuurlijk. Toen hij mijn verbaasde blik zag, zuchtte hij voordat hij het begon uit te leggen. "Het was omdat ik te aanhankelijk werd aan je. Want ze wist dat ik meer dan vrienden wilde zijn met je en omdat ik steeds probeerde om dichterbij je te komen, begon ik de mensen te vergeten. Weet je dat, toen we vrienden waren en ik elke nacht bij je langs kwam, de mensen dan geen enkele nacht hebben kunnen slapen? Natuurlijk voelde ik me meteen schuldig en vroeg hoe ik het kon goedmaken aan mijn zus. Ze antwoordde, vol spijt natuurlijk, dat ik niet meer naar jou moest gaan en me meer moest concentreren op het welzijn van de mensen. En dus besloot ik maar om je te negeren, eh... Maar toen wist ik nog niet wat voor effect het op je had, het spijt me zo." ik had naar hem geglimlacht en hij glimlachte terug.

Dat mysterie was toen dan ook weer opgelost, eh.

Een andere keer heb ik hem gevraagd of hij die keer echt naar de sterren keek of niet. Bij die vraag bloosde hij en ik had gegrinnikt. Nog steeds even schattig, eh.

"Ik keek naar jou." hij was erg nerveus op dat moment en ik had het alleen maar schattig gevonden. "Ik vond je heel interessant en was geobsedeerd door je. Ik kon maar niks anders doen dan stiekem naar je staren en je in stilte te observeren. Maar toen je me op die dag had aangekeken, dacht ik dat je me had ontdekt met mijn staren, dus ik glimlachte naar je om je te laten doen denken dat ik gewoon vriendelijk was. Maar toen je me vroeg om naar boven te komen, begon ik te panikeren en te denken dat je me zou uitkafferen omdat je me toch had betrapt met staren. En op het begin dacht ik dat ook echt, want je stem was zo vlak. Het kwetste me. En dus, om mijn gevoelens te verbergen, deed ik bot en vlak terug, eh..." ik had even de tijd nodig om dat allemaal te laten zinken, maar toen ik het helemaal snapte, noemde ik hem een idioot en kuste hem.

Weer een mysterie dat was opgelost.

Een andere keer heb ik hem gevraagd hoe hij zich voelde toen ik, nou ja, zo depressief was door hem. Bij die vraag veranderde zijn hele attitude volledig. Zijn huid sloeg opeens bleek uit, zijn kaken waren op elkaar geperst en zijn ogen stonden wijd en water vulde zijn ogen. Zijn lip begon te trillen en hij had bijna gehuild. Bijna. Dus heb ik meteen gezegd dat ik het niet meer wilde weten, maar toch begonnen tranen te rollen over zijn wangen. Die nacht heb ik hem de hele tijd in mijn armen gehouden en heb mezelf uitgescholden omdat ik hem zo veel pijn heb aangedaan. Maar nu wist ik wel hoe hij zich voelde, eh.

Weer een ander mysterie opgelost, eh.

 Nou, nu zijn er geen vragen meer. Wel, voor mij dan...

"Weet je, Shari, op een nacht heb ik wat zand laten vallen in Taiseiyo en net toen ik het wilde oprapen, vloeide hij het allemaal bijeen en stopte het in een zakje. Toen kwam Polaris plotseling naar beneden vliegen. Dat verbaasde me helemaal natuurlijk, want ik weet dat ze een nieuwsgierig Aagje is, maar zo laag vliegt ze nooit. Of anders werd ze misschien wel een vallende ster en dat is niet goed zoals je weet, eh. Maar toen ze beneden was, gaf Taiseiyo haar het zakje en vloog ze weer naar boven. En dus is mijn vraag: Waar is dat zand naartoe gegaan, hm?" hij rolt een lok van mijn haar over zijn vingers en verbergt zijn gezicht in mijn haar; helemaal relaxed. Ik, in tegendeel, ben versteend. Wat moet ik hierop antwoorden? Dat Polaris me het zand heeft gegeven, dat ik dan heb gedroomd, wat niet mogelijk is voor een Bewaker, en dat Polaris dan het zand is kwijtgeraakt? Echt niet! Maar ik wil niet tegen hem liegen! Ugh! Dilemma! En dan sla ik mezelf inwendig. Wat ben ik aan het doen? In mezelf aan het discussiëren of ik moet liegen tegen Ghuma? ... Wat ben ik aan het doen?! Natuurlijk ga ik niet liegen tegen Ghuma! Wat bezielt me toch?! "Shari? Hallo? Is er iemand?" ik word uit mijn gedachten geschud als ik Ghuma's hand voor mijn ogen zie bewegen. Met een schaapachtige grijns kijk ik op.

The Guardian of the Moon (Editing)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu