3. Hulp? Of toch niet?

4.2K 31 6
                                    

Het volgende waar ik me bewust van werd was de bonkende pijn in mijn hoofd. Ik  ging wat rechter op zitten en kreunde, mijn schouder voelde alsof hij uit de kom was of zoiets.

Ik deed mijn ogen open en keek om me heen.

Het leek op een gewone slaapkamer, met een bed, een kast, een bureau en het nachtkastje.

Ineens zag ik de laptop op het bureau staan.

Ik sprong op en rende de kamer door. Snel startte ik de laptop op. Gelukkig hoefde ik geen wachtwoord in te vullen.

Ik schrok toen ik zag wat er op het bureaublad stond:

Hallo Emma,

Lekker geslapen?

Als je hebt rondgekeken in je slaapkamer mag je naar de keuken komen. Dat is als je je kamer uitkomt, rechts en dan de laatste deur. Tot zo!

Ik werd een beetje bang, want ik zag nog helder voor me wat er de vorige dag was gebeurd.

Hou op! Zei ik tegen mezelf. Je moet hier weg zien te komen!

Ik drukte op het interneticoontje, maar er gebeurde niks.

Ik drukte nog een keer en er kwam een melding:

Niet op internet, Emma!

Geschrokken drukte ik het weg. Ik zag ook nog het ‘mailicoontje’, dus ik klikte erop, maar ook dat wilde niet.

‘Ghallo, gik ben Hassan!’ verschrikt draaide ik me om

Voor me stond een jongen van ongeveer 20 jaar, hij had een getinte huidskleur.

‘Waarom ben gik hier?’ vroeg hij aan zichzelf.

‘oh, ja, ik moest op die meisje passen. Als je vergeet dat ik hier ben, dan ga ik op die stoel zitten.’ Hij ging op de stoel tegenover mijn zitten.

Verbijsterd keek ik naar de jongen. Volgens mij was hij geestelijk gehandicapt of zoiets. Of in ieder geval was hij niet helemaal 100%.

‘Kijk niet zo, meisje, ga uit die raam kijken.’ Langzaam liet ik me weer op het bed zakken.

Op dat moment gaat zijn telefoon.

‘Ghallo, met Hassan?’

‘…’

‘Ghallo, mama, waarom bel je me? Ik moet werken mama?’

‘…’

‘Wat voor werk? Gik moet op die meisje passen.’

‘…’

‘Meisje, weet gik veel wat voormeisje, die meisje op die bed.’

‘…’

‘Weet gik veel wat voor bed. Hemelbed, spijkerbed,  dekbed. Dat weet gik toch niet.’

‘…’

‘Nee, mama, mama, nee, ik wil die spaghetti!’ zegt hij op een klagende toon

‘…’

‘Mama, gik moet nu op die meisje passen. Dag.’

‘…’

‘Mama, u moet op die rode kopje, ik bedoel knopje drukken.’

‘…’

‘Ja, ja mama. Tot vanavond.’

Hij stopte de telefoon weer in zijn broekzak.

‘Hassan?’ vroeg ik aarzelend

vanaf vandaagWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu