13. verloren

3.1K 13 1
                                    

Geschokt keek ik naar de voorpagina van de krant, in grote letters stond er:  GROTE ACHTERVOLGING OP DE SNELWEG. Ik pakte meteen mijn mobiel en belde Alberto. 'Alberto,' zei ik, 'het staat op de voorpagina!'

'Ik weet het.' zei Alberto rustig, maar ik was helemaal niet rustig. 

'Emma moet nu nog meer bescherming krijgen!' zei ik paniekerig.

'Ja, je hebt gelijk, ga dan nu maar haar toe. We gingen ervan uit dat er niet zoveel gevaar was, omdat er al een tijdje niets gebeurd was. Dus de agenten zijn even weg, ze is nu al een half uur alleen. En...' De rest hoorde ik al niet meer want ik had hem al weggedrukt. 

Ik rende door de gangen richting Emma's kamer. Voor de deur bleef ik staan en ik luisterde. Ik hoorde niets, dus ik duwde de deur open. 

Emma: 

Ik voelde hoe ik werd opgetild en ik een rolstoel werd gezet. Iemand begon de rolstoel snel te duwen. Ik probeerde verwoed mijn ogen te openen en me te bewegen, maar dat was niet zo gemakkelijk aangezien ik niets kon zien, dus ik greep de leuningen stevig vast om te voorkomen dat ik eruit viel. 

Jasper:

Ik staarde geschokt naar het lege bed en kwam langzaam bij mijn positieven. Ik meldde het aan Alberto, die meteen alle uitgangen blokkeerde. Ik was totaal in paniek en wist niet wat ik moest doen. Toen hoorde ik ineens iemand op de gang rennen. Ik draaide me razendsnel om en rende erachter aan. 

Voor me rende een slungelige, maar gespierde man, ik wist dat ik hem nooit in zou kunnen halen, maar toch rende ik achter hem aan. Ik had geluk, want de man leek niet precies te weten waar hij heen moest, dus na een paar gangen had ik hem ingehaald. Ik pakt zijn arm en draaide hem op zijn rug. Ik duwde hem tegen de muur en deed met veel moeite handboeien bij hem om. 

Emma:    

Ineens minderde de persoon vaart, ik kon mezelf nog maar net in de rolstoel houden. Er werd een deur open gemaakt en ik werd uit de rolstoel getild. De persoon zette me op de grond en ik zakte gelijk in elkaar. Ik was te moe en te zwak om mezelf overeind te krijgen en langzaam zakte ik weg. 

Jasper:    

Ik had inmiddels de man afgeleverd bij een paar politie agenten, die hem naar het politiebureau af zouden voeren. Er was nog steeds geen teken van Emma en Alberto had me opgedragen in het kantoortje te blijven, dus ik wachtte ongeduldig tot er meer nieuws was. Ik ijsbeerde zuchtend door het kleine kantoortje. Vera, die ondertussen bij me was komen zitten, zei niets. Ze volgde me met haar ogen terwijl ik steeds heen en weer liep. Uiteindelijk meldde een agent dat ze haar hadden gevonden. Ik rende de kamer uit en al snel kwam ik bij een bezemkast aan. ik keek over het schouder van een verpleegster en ik zag Emma als een zielig hoopje op de grond liggen. Ik draaide me boos om naar Alberto. 'Hoe had je haar nou alleen kunnen laten?!' vroeg ik boos. 

'Ik wilde ook niet dat zoiets zou gebeuren, Jasper.' zei Alberto zacht en ik zag de spijt in zijn ogen. Ik mompelde iets wat op 'sorry' moest lijken en richtte me toen weer op Alberto. 

'Ze moet hier zo snel mogelijk weg.' zei ik. 

'Hoe wil je dat doen?' vroeg Alberto. Ik dacht even na. 'Dan gaan er toch gewoon één of twee verpleegsters mee?' 

Alberto dacht even na en zei toen. 'Nou, ik kan wel even zien wat ik kan regelen.' En hij liep weg. 

'Jasper?' vroeg een zacht, fluisterend stemmetje ineens achter me, ik draaide me opgelucht om en ik zag dat Emma naar me keek en ik knielde naast haar neer. 'Rustig maar.' zei ik. 'Het komt allemaal goed.' 

En dat was ook zo, het moet gewoon! dacht ik boos. 

vanaf vandaagWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu