14

73 11 0
                                    

Pov Jade.

Zodra de bel gaat stop ik mijn boeken in mijn tas. We zijn eindelijk vrij. Het liefst was ik ook naar huis gegaan, maar dan zou mijn moeder boos worden. Ik sta op en loop de klas uit. Ik loop naar mijn kluis en stop mijn boek erin. Ik trek mijn jas aan en loop naar Twan's kluisje. "Hey." Zeg ik en ik glimlach.

"Hey." Zegt hij blij. Hij druk een kus op mijn lippen en trekt zijn jas aan. "Samen fietsen?" Vraagt hij.

"Is goed." Zeg ik. Ik wrijf over mijn hoofd en zucht. Ik pak Twan's hand en we lopen naar buiten. "Mag ik please achterop? Ik heb zo'n hoofdpijn."

"Tuurlijk." Zegt hij en hij pakt wat uit zijn rugzak. Hij zet zijn muts op mijn hoofd en kijkt glimlachend naar me. "Cute." Mompelt hij.

Ik giechel even en zet mijn tas op zijn fietsenrek. "Ik doe je rugzak wel om." Zeg ik en ik doe zijn rugzak over mijn schouders. Het is echt een voordeel dat Twan en ik buren zijn.

We zijn eigenlijk altijd bij elkaar en anders is het maar twee seconden lopen. Twan stapt op zijn fiets en ik spring achterop. Ik sla mijn armen om zijn middel en leg mijn hoofd op zijn rug. Als ik thuis ben ga ik meteen een paracetamol nemen. "Blijf je bij mij?" Vraag ik.

"Is goed." Zegt Twan. Als we bij onze huizen aankomen zet hij zijn fiets voor zijn huis en loopt dan naar mijn huis.

We lopen naar binnen en trappen onze schoenen uit en doen onze jassen uit.

"Je ziet een beetje bleek." Zegt Twan bezorgd. Hij legt zijn hand op mijn voorhoofd. "Jezus." Mompelt hij.

"Wat?" Vraag ik zacht.

"Je bent warm." Zegt hij en hij laat me op de bank liggen. Hij doet een deken over mijn lichaam en loopt weg. Even later komt hij terug met een kop thee, een glas water en een paracetamol.

"Dankjewel." Zeg ik en ik slik de paracetamol door. Ik ga weer op de bank liggen en sluit mijn ogen.

"Waarom heb je je niet ziek gemeld?" Vraagt Twan en hij wrijft over mijn haar.

"Dat zou te veel opvallen, want Perrie ging ook weg." Zeg ik zacht. "Als je liever naar huis wil is dat goed hoor." Ik open mijn ogen en kijk hem aan.

"Nee, ik wil bij jou blijven." Zegt hij en hij glimlacht lief. Hij is zo schattig.

Ik pak zijn hand en glimlach naar hem. Ik ga rechtop zitten en vertel hem dat hij moet gaan zitten. Ik ga weer liggen, maar nu met mijn hoofd op zijn benen.

Twan's handen glijden door mijn haren. "Je mag wel gaan slapen." Zegt hij zacht.

Ik glimlach en sluit mijn ogen. Langzaam val ik in slaap.

🌸

Ik word wakker van gerommel in de keuken. Ik wrijf in mijn ogen voordat ik rond kijk. Ik zit alleen in de woonkamer. "Twan?" Roep ik. Ik ga rechtop zitten en wrijf over mijn voorhoofd.

"Ja?" Roept hij terug. Even later staat hij voor me.

"Wat ben je aan het doen?" Vraag ik.

"Met je moeder aan het koken. Ik blijf samen met mijn moeder eten. Mijn vader en broertje zijn weg vanavond en jouw broer en vader zijn er ook niet. Dus je moeder vroeg of we hier bleven eten en nu ben ik je moeder aan het helpen met het eten maken." Zegt hij.

Ik knik.

"Hoe voel je je?" Vraagt hij.

"Beter dan net." Zeg ik en ik sta op. "Wat eten we?"

"Blijf zitten, het is een verassing." Zegt hij glimlachend en hij duwt me terug op de bank. Hij zet de tv aan. "Ga maar tv kijken en kom niet naar de keuken."

"Oké." Zeg ik en ik pak mijn telefoon als hij weg loopt. Ik ben benieuwd wat we gaan eten. Ik ga naar WhatsApp en zie dat ik een berichtje heb. Onbekend. Mijn ogen worden groot en ik denk meteen aan Zoe. Zij kreeg ook berichten van onbekend. Ik schud mijn hoofd en klik erop. Het is vast iemand anders.

Onbekend: Hey Jade!

Ik: Wie ben jij?

Onbekend: Heb je mijn telefoonnummer verwijderd?

Ik: Het zou makkelijker zijn als je je naam verteld.. Blijkbaar heb ik je nummer verwijderd 😂

Onbekend: Oké

Ik: Wie ben je nou dan?

Ik zie dat 'onbekend' het heeft gelezen, maar niet reageert. Oké dan niet. Ik leg mijn mobiel weg en kijk wat tv. Ik sta op als ik geroepen wordt en ik loop naar de eetkamer. Ik ga aan de gedekte tafel zitten, waar de moeder van Twan ook zit.

"Hey Jade." Zegt ze glimlachend.

"Hi." Zeg ik en ik glimlach terug. "Mam, wat eten we?" Vraag ik.

"We eten aardappeltjes uit de oven met kip en wat groenten." Zegt mam en ze zet de schaal met aardappels op tafel. Ze gaat naast mij zitten en Twan gaat tegenover me zitten.

"Jullie mogen eerst opscheppen." Zeg ik.

Als Twan en zijn moeder hebben opgeschept, schept mijn moeder het eten op voor mij en haarzelf. "Waar is je zoon eigenlijk heen met je man?" Vraagt mijn moeder aan de moeder van Twan.

"Hij heeft een voetbal wedstrijd en mijn man wilde graag mee." Zegt ze.

"Oh, leuk." Zegt mam.

"Eetsmakelijk." Zeggen we tegen elkaar en we beginnen te eten. Na het eten pakt mijn moeder een bord met pudding erop.

Mijn favoriete toetje, naast ijs!

Believe In My WordsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu