Hoofdstuk 31.

15 3 0
                                    

(pov Mireille)

"WAKKER WORDEN!!!" schreeuwt een onbekende stem door de cellen. De deur van de cel tegenover ons wordt open gerukt en ruw wordt een kind uit de cel vandaan getrokken. "Wat gaan ze met hem doen?" "Weet ik niet. Dit is de eerste keer dat hij er wordt uitgehaald." "*pats pats pats." drie harde slagen worden uitgedeeld en het kind begint te huilen. Ik ruk me uit Alec's armen en wil naar voren lopen "Doe het niet je hebt geen kans." "En dat arme kind." "Wacht maar. BEWAKER!!" schreeuwt hij. "WAT!!" roept een vrouw terug, waarschijnlijk is zij een bewaker. "Ik weet iemand die voor dat kind kan zorgen. Dit meisje kan het doen." en hij wijst naar mij. "Ik vind het best, is er teminste weer een cel vrij." mijn celdeur wordt open gemaakt en het kind wordt naar binnen gegooid. Zodra de deur dicht is snel ik (voor zover het mogelijk is met boeien om) naar het kind toe. "Alstublieft doe me geen pijn." en het meisje krimpt inéén. "Rustig maar ik doe je niets." ze kijkt mij nog steeds bang aan "Mijn naam is Mireille en wat is jou naam?" "Lucy," fluistert ze. "En hoe ben jij hier gekomen Lucy?" "Ze hebben ons aangevallen en ieder bruikbaar kind meegenomen." en ze begint te snikken. Ik steek mijn hand naar haar uit "Kom ik zal je beschermen." Met ogen gevuld met hoop kruipt ze naar mij toe en nestelt zich tegen mij aan. "Dankje," fluistert ze ik voel Alec's hand op mijn schouder "Als we hier uitkomen nemen we haar mee." ik knik instemmend en streel een paar plukken uit Lucy's magere gezicht. Zodra ik haar voorhoofd aan raak gaat er een siddering door mijn lichaam. Ik zie Lucy praten met Evanlyn "Dan moet zij een Dragon Heart zijn."  Haar adem wordt regelmatiger en al snel valt ze inslaap. "Wat is er met haar gebeurt?" "Ik weet het niet precies Alec. Ik weet alleen dat zij en Lyn elkaar kennen." "Je bedoelt Evanlyn." "Ken je haar?" vraag ik vol ongeloof. "Ik moest haar naar Jason brengen. Helaas was het makkelijker gezegd dan gedaan." "Je bedoelt haar mate?" Alec knikt "Maar dat is mijn broer." "Je..je broer. Ohh ik zit zo in de problemen." "Wat bedoel je?" "Nou babe." ik bloos "Waarom bloos je?" "Je gaf mij een bijnaam." hij grijnst "En wat is mijn bijnaam?" hij wiebelt met zijn wenkbrauwen. "Ik noem je lexi." feluister ik. Ik verwacht dat hij zich gaaf schamen maar hij lacht "Wat jij wilt babe." "Maar waarom zit je in de problemen?" "Ik ben je mate en..nou ja..wij liggen elkaar gewoon niet zo." "Hij houd iets achter en ik kom er nog wel achter wat dat is."  De deur wordt open gegooid en daar staan een vrouw en man. Dreigend loopt de man op ons af en snel druk ik Lucy achter mij. "Blijf bij haar vandaan." sis ik met één beweging smijt de man mij tegen de meur. Bang kruipt Lucy achteruit maar de man grijpt haar al beet en gooit haar ovwr zijn schouder. De vrouw stapt opzij en de man loopt de kamer uit. "Het komt goed." zeg ik tegen Lucy hopend dat ze de angst in mijn stem niet hoort. Alec legt zijn hand op mijn schouder dan gaat zijn cel deur open en we hij draait zich om. "Kom maar." en meteen schiet Lucy in zijn armen. "Ik..ik dacht dat ik dood ging." huilt ze, Alec aait haar over haar hoofd en fluistert sussende woordjes in haar oor. "En nou jij." de vrouw loopt dreigend op mij af. Dan pakt ze mijn armen en maakt de boeien open. Maar het was ook te mooi om waard te zijn en ik krijg alweer een paar andere boeien om. Alleen er is iets anderes aan deze boeien "Zilver. " antwoord zeuit het niets. Dan bind ze er een touw aanvast en loopt weg. "Ik kom terug Alec belooft." roep ik nog "Ik hou van je Mireille!" hoor ik hem nog schreeuwen.

"Mireille ik weet dat je er bent je kunt je niet verstoppen voor mij." met ingehouden adem vershuil ik mij in de bladeren. "Laat hem weggaan laat hem mij niet vinden."  smeek ik. Dit is al de derde keer dat hij mij zoekt ze noemen het hier training, maar ik vind het een marteling. Het begon vanochtend toe mijn boeien werden losgemaakt en ik werdt meegetrokken naar buiten. Ze duwde mij in een andere ruimte waar Meko zat. Hij flipte helemaal toen hij zag dat mijn knie open was. Blijkbaar ben ik erg kostbaar voor hem. Hij hielp mij overeind en zijn iets van "We beginnen met je training." Traning, in principe geen probleem ik ben best fit en heb door mijn vleugels aardig wat spieren opgebouwd. Maar jammer voor mij bleek het een ander soort training te zijn. Hij sleurde me gewoon uit de kamer en gooide mij in een bos. Na wat rondkijken bleek dit een grote met tralies omringde kooi te zijn.Eerst had ik geen idee wat ik hier deed, totdat ik een laag agressief gegrom hoorden. In een flits draaien ik mij om en zag naast de bomen een grote zwart grijze wolf zitten. "Ronde één begint."

En ja nu zitten we in ronde drie. Ondertussen hoop ik dat ze mij zit keer niet vind, want iedere keer als ze mij vind brengt ze mij op het randje van de dood. Dan wordt ze gestopt en krijg ik drie minuten om weg te komen om vervolgens. En dan begint het hele kat en muis spel opnieuw. "Daarben je." ik knijp mijn ogen stijf dicht wachtent op de zoveelste klap, maar die komt er niet. Voorzichtig open ik mijn ogen en kijk naar de wolf, tot mijn verbazing ligt deze piepend op de grond. Argwanend kijk ik de wolf aan en sta op, dan pas zijn ik een goude gloed van mij afkomen. Verbaast kijk ik naar de gloed "Stop de training!" galmt het door het (door mij gedoopte) 'Helle land'. Twee ijskoude handen worden op mijn heupen geplaatst en ik wordt zo over iemands schouder gegooid. Ik laat het allemaal maar gaan mijn lichaam kan niet meer. Maar inplaats dat ik een koude grond onder mijn lichaam voel voel ik een zacht matras. 'Slaap zacht." en de deur gaat piepend dicht. "Ik hou van je Alec."  en ik val in een diepe slaap.

Ik knipper een paar keer met mijn ogen om me vervolgens uitterekken. Dan pas valt het met ip dat ik in een bed lig. Ik schiet overeind en kijk de kamer rond "Waarben ik."  ik hoor voetstappen op de gang, ze komen steeds dichterbij. Ik klap een keer met mijn vleugels en zit dan tegen het plafond aan 'geplakt' De deur gaat open "Wakker worden het is training's tijd." en ik zie dat Meko naar het bed toe loopt. Hij slaat de dekens weg "Verdomme waar zit je!" dan kijkt hij naar het plafond "Daar ben je." ik klap mijn vleugels in en land naast hem. "Goede keus."

"Auw, waar zit je kreng." ik duik weer terug in het bladerdek en leg een volgende pijl klaar. Vandaag is het mijn payback, we trainen al de hele week onder andere vechtsport en wapen hantering. Imiddels heb ik mijn jurk omgeruilt voor een leren broek en vest, handiger bij het vechten. Ieder ochtend haalt Meko mij op uit die kamer om me dan in Helle land te gooien. Alec heb ik niet meer gezien evanals Lucy. Na de eerste nacht in die kamer krijg ik dromen over Alec dromen over onze toekomst, je weet wel huisje boompje beestje. "Tijd is om." klinkt het door Helle land. Ik vlieg naar beneden en kom recht voor Meko neer. "Je bent er klaar voor." "Klaar voor wat?" vraag ik argwanend. "Mijn heersing." De deuren vliegen open en een man komt binnen stormen "Heer we worden aangevallen."  "WAT!" schreeuwt Meko dan pakt hij mijn arm en trekt me mee. Dan valt de man zonder wat te zeggen dood op de grond, uit zijn rug steekt een groot zilver zwaard en uit de schaduw stapt een figuur met een capuchon. De persoon zijn arme zitten onder de vreemde tekens. "Mireille." hoor ik een bekende stem zeggen "Alec." vraag ik verbaast. Een luide sis is te horen en dan wordt er een koud metaal tegen mijn keel gedrukt. "Één stap dichterbij en ze is dood." Meko's kleding scheurt en in zijn schaduw zie ik twee grote zwarte vleugels. Met een paar slagen staan we op een toren. Hij drukt me tegen een pilaar aan en twee boeien worden omgedaan. "Jij blijft hier." ik voel een harde klap op mijn achterhoofd en alles is zwart.

My Sisters World (voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu