Hoofdstuk 15 - Waarheden

275 4 0
                                    

15. Waarheden – verità

Mijn vaders wil geschiedde de dag nadat hij had gezegd dat of Gianni, of ik boodschappen moest gaan doen. We namen zijn voorstel om samen te gaan maar al te graag aan, beide nogal zenuwachtig zonder enige goede reden. Ik had een vermoeden dat niet alleen ik, maar ook Gianni zich af vroeg waar we aan toe waren.

Want waar we aan toe waren, was niet helemaal duidelijk. Vrienden? Meer? Minder? Het ene moment speelden we kaartspelletjes als vrienden, het andere moment waren we verweven in een innige omhelzing. Weer een ander moment zitten we naast elkaar, ongemakkelijke gesprekken te voeren. Gelukkig was dat gisteravond maar een heel enkele keer gebeurd, en was dat telkens ook maar van korte duur. We gingen heel goed met elkaar om, dat kon niemand ontkennen.

Fabrizio gaf me wat geld terwijl Gianni zijn tas inpakte. Dat had ik vanochtend vroeg al gedaan, toen ik wakker was geworden. Ik hoopte stiekem dat we nog iets leuks zouden kunnen doen in het dorpje. Samen in de natuur had zo z’n charmes, maar in de bewoonde wereld rondwandelen was ook niet verkeerd. En dat had ik al ruim twee weken niet gedaan, dus ik hunkerde wel naar een beetje toerisme en een grote menigte.

‘Klaar?’ vroeg Fabrizio. Hij probeerde zijn opgewekte houding van gisteren te evenaren, maar deze poging mislukte net zo finaal als al die andere. Hij was er gisteravond echt kapot van dat Hunter weg was gegaan. Maar na een uur of twee was hij plotseling woest geworden, ontzettend woest. Woest dat Hunter ons op een dood spoor had gelaten. Woest dat hij in zijn trucjes was getrapt. Hoe vervelend de hele situatie ook was, ik was blij dat hij eindelijk in leek te zien dat hij heel erg stom was geweest.

‘Klaar,’ verzekerde ik hem. Ik deed het geld in mijn rugzak en deed die om terwijl ik opstond. Ik wachtte op Gianni en schonk hem een oprecht blije glimlach. We begonnen onze tocht naar beneden.

‘Ook al is Hunter dan weg, je lijkt behoorlijk opgewekt te zijn,’ merkte hij op.

Ik knikte. ‘Hunter was niet bepaald mijn favoriete persoon van onze groep.’ Ik grinnikte. Alsof hem dat niet was opgevallen.

‘Baal je dan niet dat je nu zonder enige informatie zit?’

‘Ik moet eerlijk zeggen dat het nog niet echt tot me is doorgedrongen. Ik ben nog steeds blij dat hij weg is. De rest boeit me niet zo veel, denk ik. En daarnaast ben ik ook op vakantie. Die moet niet alleen gaan om een zoektocht. Dat is ook precies de reden dat we vandaag niets anders gaan doen dan lol maken, amico,’ zei ik met een grijns van oor tot oor.

Gianni antwoordde met een nog grotere grijns, waar ik van versteld stond; hoever kon hij zijn mond wel niet uitrekken?

Ik besloot deze idiote gedachtegang te laten voor wat het was en te doen wat ik van plan was; niets anders doen dan lol maken.

‘Wie het eerst beneden is!’ riep ik uit terwijl ik me zo snel ik kon uit de voeten maakte. Gianni rende als een speer achter me aan, en terwijl ik allang gestopt was wegens gebrek aan conditie, rende hij nog triomfantelijk door. Ik had niet geweten dat Gianni zo atletisch zou zijn.

‘Hé! Niet zo snel!’ riep ik, wetend dat Gianni me toch niet zou horen, en toch niet zou stoppen als hij dat wel deed. Na een minuut of drie verdween hij uit het zicht, maar niet lang daarna zag ik hem op een grote verdwaalde rots zitten, wachtend op mij.

‘Dat valt me tegen Ari,’ grinnikte hij.

‘Ja, ja, wrijf het er maar lekker in.’

‘Nee joh, dat zou ik nooit doen,’ verzekerde hij me. Jij niet nee. Hunter wel, schoot het door mijn hoofd. Nee, dat deed hij niet. Dat zou te voorspelbaar zijn, en Hunter was alles behalve voorspelbaar. Dat werd gisteren nog maar eens bevestigd. Daarnaast was Hunter nooit echt gemeen tegen me geweest. Gewoon… vreemd. Het was ook vreemd dat ik daar op een moment als dit over nadacht.

Donker LichtWhere stories live. Discover now