Ik word wakker in een wit bed. De kamer waar ik in lig heeft witte muren en een wit plafond. De lampen schijnen een fel licht in mijn gezicht. Ik kom half overeind. Een stekende pijn in mijn ribbenkast. Ik kan niet meer ademen. Naar adem snakkend laat ik me weer op het matras ploffen, wat ook pijn doet. 'Ze is wakker.' hoor ik een bekende stem zeggen. Andy. Ik til alleen mijn hoofd op. Ik zie drie figuren rond mijn bed zitten. Meira, Thomas en Andy. Ze hebben allemaal dezelfde bezorgde blik op hun gezicht. Iets naast me beweegt. Ik schrik me helemaal kapot. Ik maakt een beweging, waardoor ik bijna uit het bed val. Er staat een vrouw in een witte jas en broek naast mijn bed. 'Waar ben ik?' vraag ik. 'In het ziekenhuis van Olympus.' zegt de vrouw kortaf. Ik laat mijn hoofd op het kussen ploffen. 'Je hebt een gebroken rib en een gekneusde neus en kaak.' vervolgd ze. 'Geweldig.' mompel ik. 'Ik ga je een paar vragen stellen.' vermeld de vrouw. 'Wat is je naam.' Ik kijk haar raar aan. 'Brooklyn Price.' Waarom vraagt ze dat? Die info had ze toch wel kunnen krijgen. 'Hoe heten die drie daar?' en ze wijst naar mijn vrienden. 'Thomas Jefferson, Meira Hunter en Andy Perison.' geen idee waarom ze die info nodig heeft, maar het zal wel. 'In welk jaar ben je geboren?' '18 oktober, 2114.' antwoord ik. 'Wat zijn de namen van je ouders?' ik ben even stil. 'Kevin en Cassandra Price.' 'Wat is 7x9?' '63' ze maakt wat aantekeningen en klapt dan haar klembord dicht. 'Je hebt geen hersenschudding. Ik zal jullie drie bij haar laten, maar houd het rustig. Ze heeft rust nodig.' 'Oké.' antwoorden we alle vier. Ze loopt naar een klein hokje in de hoek van de kamer.
'Hoe voel je je?' vraagt Meira. 'Geweldig.' zeg ik lachend. 'Hoe zie ik eruit?' 'Wil je het echt weten?' vraagt Andy. Meira geeft hem een klap op zijn schouder en ze kijkt hem aan met een blik van "gedraag je!". Hij maakt een beweging met zijn armen alsof hij vraagt "Wat?". Thomas overhandigd mij een spiegel terwijl die twee aan het bekvechten zijn. Ik haal diep adem en kijk dan in de spiegel.
Mijn lip is gespleten, de rechterkant van mijn kaak is een grote blauwe plek, er zit verband over mijn neus geplakt en een van mijn ogen is dik. Met een zucht laat ik de spiegel op mijn buik vallen. 'Great.' mompel ik. Er rust een hand op mijn schouder. 'Het komt wel goed.' fluistert Thomas. Ik knik.
'Waar is Mich?' bij het zeggen van zijn naam borrelt de woede weer in me op. 'Toen ik hem aan de kant heb gebeukt is hij de kamer uit gestormd. Echt, er is iets mis met die gast.' zegt Meira. Ik knik.
'Van de verpleegster moet je hier een nacht blijven.' zegt Thomas. 'Hoe laat is het?' ik verga van de honger. 'Het is half 7.' dan knort mijn maag. 'We hebben wat overige lasagne voor je mee genomen.' zegt Andy en hij overhandigd me een bord ingepakt met doorzichtig plastic. Ik scheur snel het plastic ervan af en val aan.
De anderen blijven nog even om bij te kletsen. De verpleegster komt om half 10 naar ons toe gelopen en zegt. 'Hup, wegwezen. Deze meid heeft rust nodig.' Thomas geeft me nog snel een kus op mijn voorhoofd en gaat dan achter de anderen aan, naar hun kamer.
De volgende ochtend word ik wakker. De verpleegster staat naast mijn bed. 'Je mag weer weg vandaag, maar je zal een medisch corset aan moeten. Anders gaat die rib nooit genezen. Neem sowieso nog een week rust. Ik knik. Ze doet een soort van harnas om mijn bovenlijf en dan mag ik weg. 'Dank u.' zeg ik voordat ik weg ga.
Ademen doet pijn en bij elke stap voel ik een kleine steek, maar ik ga gewoon door. Ik kijk voor me uit en denk eigenlijk nergens aan. Plots blijf ik staan. Er is iemand de hoek om verschenen. Mich kijkt mij aan. Gek genoeg zie ik nog steeds woede in zijn ogen. Bij mij is dat zeker te zien. We blijven een tijdje zo staan. Elkaar vernietigend aan kijkend. Dan loopt hij langs me. 'Wat heb ik je aan gedaan?' vraag ik nog aan hem. 'Het feit dat je dat niet weet, zegt genoeg.' antwoord hij kwaad zonder om te kijken. Dan verdwijnt hij in een gang.
Ik kom in ons appartementje aan. De anderen zitten op de bank. 'Hebben jullie geen training?' vraag ik zwaar hijgend. 'Die is afgelast. Je had ons moeten laten weten dat je weer terug mocht komen. Dan hadden we je wel komen halen.' zegt Meira. 'Jullie wisten toch dat ik maar een nacht hoefde te blijven? En trouwens, het is maar een paar gangen lopen. Ook al ben ik wel iemand tegen gekomen.' zeg ik terwijl ik mezelf rustig in een stoel laat zakken. 'Kan je een glas water brengen?' vraag ik aan Andy. Hij staat op.
'Wie ben je tegen gekomen? Mich?' Ik knik en vertel ze wat er is gebeurt. 'Wat kan je hem aan gedaan hebben?' vraagt Meira. 'Geen idee. Ik heb hem nog nooit gezien tot die ene keer bij het Vrijheidsbeeld.' antwoord ik en ik klok in een keer de inhoud van het glas water naar binnen.
Die avond kijk ik weer in de spiegel. De blauwe plek op mijn kaak is een klein beetje kleiner. Ik sluit mijn ogen. Ik zie de scenario weer voor me. Het moment dat ik in de lucht hang, en dat ik naar beneden gesmeten word. De pijn, steeds meer pijn, en dan niks.
De woede heeft een limiet bereikt. Ik bal mijn vuist en ram hem vol in de spiegel. Ik schreeuw van frustratie. De anderen komen geschrokken de kamer in gerent. Het bloed loopt uit mijn hand van de glas scherven, maar ik voel de pijn niet meer. Ik kijk in de restanten van de spiegel en deins achteruit van schrik. Mijn ogen zijn niet helderblauw meer, maar fel rood. 'Wat gebeurt er met me?' vraag ik aan de anderen met een trillende stem.
JE LEEST
Test Projects (deel twee van de broken arrows triologie)
ActionNa hun ontsnapping duiken Brooklyn, Thomas, Meira en Andy onder bij Ize. Ze maken plannen om wraak te nemen voor de dood van Brooklyn's ouders. Maar iets in haar is stuk gegaan toen haar ouders dood gingen. Ze heeft woede problemen die ze niet kan...