Hoofdstuk 11
De eerste indruk
* * *
'Ik weet het,' zeg ik uiteindelijk na het laatste uur tegen Raphael. De bel is net gegaan en we lopen richting onze kluisjes. 'Van de date, bedoel ik.'
'Ja?' zeg Raphael. Hij pakt mijn hand en ik ben me opeens erg bewust van zijn huid die tegen de mijne drukt. Mijn hand is veel kleiner dan die van hem en zijn vingers zijn langer en sterker, waardoor ik me zelfs een beetje slap voel. Ik haat dat gevoel, om zwak te zijn.
'Ja.'
'Vertel maar.' Hij klinkt nieuwsgierig.
Ik grijns gemeen. 'Laat me je ouders ontmoeten.'
Even schiet er een verbouwereerde uitdrukking over zijn gezicht, maar hij zegt: 'Is goed.' En meteen daarna zelfs: 'Wanneer?'
'Eh... morgenmiddag, uur of twee?' Dan is het zaterdag, dus dat komt prima uit.
Hij grijnst. 'Afgesproken. Ik kom je om tien voor twee ophalen.'
'Goed.' Ik klak met mijn tong. 'Ik, eh... moest maar weer eens gaan. Doei!' Ik neem snel de benen en voel zijn ogen in mijn rug branden.
Terwijl ik naar huis fiets denk ik na over morgen. Ik ging er eigenlijk niet vanuit dat hij zo snel akkoord zou gaan. Misschien heeft hij wel een heleboel vertrouwen in mij, of zo.
Raphaels ouders ontmoeten betekent ook zijn huis zien, neem ik aan. Er gaan geruchten dat het huis waarin hij woont zo groot als een kasteel is en aangezien hij steenrijk is, zou dat heel goed waar kunnen zijn. Zijn ouders zelf heb ik wel eens gezien op school - ouderdagen en informatieavonden, dat soort dingen. Omdat Raphael Roux een soort celebrity is op Icarus, wordt er flink over hem geroddeld. Op die manier weet ik ook dat Raphael een Franse achtergrond heeft. Zijn moeder is een tenger blond vrouwtje, bijzonder klein van stuk, en zijn vader - van oorsprong een Fransman dus - een charmant ogende man, met een licht getinte huid en een bos zwarte krullen. Om eerlijk te zijn heb ik zijn ouders nooit als een stelletje freaks gezien. Misschien zijn ze zelfs wel aardig. Van wie zou hij die slechte genen dan hebben geërfd?
*
Zaterdag heb ik kledingproblemen. Zoals gewoonlijk wil ik er nonchalant uitzien, maar aan de andere kant kan ik het écht niet maken om als een slons voor de dag te komen. Ik wil me niet ongemakkelijk gaan voelen in het bijzin van zijn ouders. Toch ben ik niet van plan me te kleden als een soort ideale schoondochter, of erger nog, streberig. Alsof ik hun zoon moet winnen - iets wat ik zelfs helemaal niet wil. Want dit is één maand. Dan is het afgelopen en heb ik mezelf voor eeuwig bewezen. Ik kan me haast niet voorstellen wat een heerlijk gevoel dat me zal geven.
Uiteindelijk kies ik voor een zwart-met-grijs-gestreept shirt in combinatie met een donkere spijkerbroek, en daaronder mijn oude vertrouwde, enigszins afgetrapte zwarte All Stars. Als ik in de spiegel kijk, vraag ik me af of ik er niet te veel als een begrafenisganger uitzie, maar ik heb geen tijd meer om me daar zorgen over te maken, want het is tien voor half twee. Snel borstel ik mijn haar en prop het bijeen in een nonchalant knotje, waarna ik mijn tanden poets. Als ik naar beneden loop, zie ik dat mijn moeder aan tafel yoghurt zit te eten.
'Ik ga vandaag met een, eh... vriend mee, mam,' meld ik. 'Heel erg lang zal ik wel niet weg blijven, waarschijnlijk ben ik over een uur of zo weer terug.'
'O.' Ze fronst heel diep, maar grijnst dan. 'Nou, veel plezier dan! Het geeft niet als het wat later wordt.'
'Bedankt, mam. Tot vanmiddag.'
JE LEEST
Ik daag je uit
RomanceAurora Pachter is tot de conclusie gekomen dat alle jongens onbetrouwbare klootzakken zijn. Gelukkig is ze prima in staat om het andere geslacht te weren. Jammer genoeg is er één jongen op wie haar scherpe, sarcastische opmerkingen en dodelijke blik...