8. Eigenlijk helemaal niet zo gladjakkerig

19.6K 1.1K 228
                                    

Hoofdstuk 8

Eigenlijk helemaal niet zo gladjakkerig

* * *

Net als ik met een ongelooflijk chagrijnige uitdrukking op mijn gezicht het antwoord van opgave 39 opschrijf, roept iemand me.

'Rory! Ro-ry!'

Rory. Mijn moeder is blijkbaar thuis.

'Hoi, mam!' roep ik terug. Ik sla mijn wiskundeboek met een harde klap dicht en loop naar beneden. Mijn moeder zet net de laatste boodschappentas op tafel.

'Hoe was het met oma?' vraag ik.

Ze strijkt een eigenwijze, blonde krul voor haar ogen weg en lacht naar me. 'Goed, hoor. Ik ben vanochtend nog even bij je gaan kijken, maar je sliep als een varken.'

Ik grinnik. 'Als een os, bedoel je denk ik.'

'Ja, dat. Maar... je feestje? Hoe was het?' Ze wiebelt met haar wenkbrauwen en begint met het opruimen van de boodschappen.

Ik haal mijn schouders op. 'Hm. Het was wel leuk. Nogal druk, heel veel mensen.'

'Aha.' Ze trekt de koelkast open. 'Heb je nog leuke mensen ontmoet?'

Schuldgevoel trekt aan me. Ik wil niet liegen tegen mijn moeder. 'Nah,' zeg ik twijfelend. Ik trek de koelkast open en stop er pakken melk en yoghurt in.

'Weet je,' zegt mam, 'ik ben blij dat je bent gegaan. Ik denk... Het is goed voor je om wat meer vrienden te maken. Je gaat nu alleen met Deirdre en Camille om - en dat zijn schatten van meiden, daar niet van - maar het is leuk om meer vrienden te hebben.'

Ik schud mijn hoofd. 'Ik snap wel wat je bedoelt, mam, maar jij weet niet hoe de meeste tienermeisjes zijn. Egoïstisch, arrogant en alleen maar met jongens bezig.'

'Ik ben ook zo oud als jij geweest, hoor,' lacht ze.

'De meeste tienermeisjes van nú.'

Ze zucht. 'Dat kan wel zo zijn, maar toch niet allemáál? Camille en Deirdre zijn niet zo.'

'Dat klopt. En dat is ook de reden dat zij mijn beste vriendinnen zijn.'

Ze glimlacht. 'Mooi zo. Je hebt toch wel een oogje op Camille gehouden, gisteren? Ze is zo'n kwetsbaar meisje.'

Met een schok besef ik dat mijn moeder de spijker op zijn kop slaat. Een naar gevoel overspoelt me. Ik had op Camille moeten letten.

'Ja,' lieg ik met pijn in mijn hart. 'Ze komen trouwens vanavond langs, Cam en Deir.'

'Gezellig! En alsof ik het wist...' Ze trekt een pak chocoladekoekjes uit de boodschappentas en houdt het grijnzend in de lucht.

'Aaah! Chocola!' Ik strek mijn handen dramatisch naar de doos uit. 'Ieder meisje heeft chocola nodig.'

Ze grinnikt hoofdschuddend. 'Ik ken mijn dochter toch.'

Mijn grijns bevriest een beetje en ik pak een plastic zak met appels om die in de fruitschaal te stoppen. Hoe lang ga ik mijn 'relatie' nog voor mijn moeder verborgen houden?

*

'Hoi.' Deirdres uitdrukking is bijzonder onpeilbaar als ze binnenstapt. Camille loopt achter haar aan - ze wonen een paar straten naast elkaar en fietsen dus samen.

'We... kunnen denk ik beter boven gaan zitten,' zeg ik, met een blik op mijn moeder die met mijn vader in de woonkamer zit en naar mijn twee vriendinnen zwaait.

Ik daag je uitWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu