10. De 'Een relatie bouw je op'-manier

17.6K 1.1K 510
                                    

Hoofdstuk 10

De Een relatie bouw je op-manier

* * *

Deirdre dwingt me om Raphael mijn excuses aan te bieden, wat ik met tegenzin doe. Dan volgen er weer lessen, waarbij ik zo weinig mogelijk naast Raphael probeer te gaan zitten - wat nog knap lastig blijkt te zijn. Iedereen schijnt onze relatie te sponsoren, en onze klasgenoten wisselen graag van plek om ons naast elkaar te laten zitten en ons vervolgens als een bioscoopfilm te bekijken. Helaas voor hen is er niet zoveel te zien.

De dinsdag, woensdag en donderdag daarop ren ik zowat bijna naar mijn lessen toe, zodat ik niet met Raphael mee hoef te lopen, en in de pauze zorg ik dat ik me precies zo installeer dat hij niet meer naast me kan zitten. Wel lukt het hem elke keer om spottend mijn hand te kussen wanneer hij bij ons komt zitten. O, wat romantisch.

Maar het is nog net iets pijnlijker om naar Camille en Milan te kijken. Het komt erop neer dat Milan de volle pauze zonder ook maar enige subtiliteit naar haar zit te staren, en Camille gluurt elke halve minuut even stiekem naar hem, waarna ze ziet dat hij haar doorheeft en snel weer wegkijkt.

Vrijdag veranderen er twee dingen. Het eerste vindt plaats in de kleine pauze.

Milan kijkt naar Camille en Camille kijkt naar hem. Haar gezicht is vuurrood en ze slaat beschaamd haar handen voor haar wangen.

Milan buigt zich iets voorover, naar haar toe. 'Je hoeft je niet te verstoppen,' zegt hij. Dat is nieuw, want normaal zeggen ze elkaar alleen maar gedag. 'Je mag gewoon je gezicht laten zien.' Hij grijnst.

Camille laat haar handen op haar knieën vallen. 'Ja, nee. Ik - het is gewoon - ik haat het dat ik altijd rood word.'

'Ík haat het niet dat jij altijd rood wordt,' zegt Milan. Hij buigt nog een stukje verder naar haar toe. Hun knieën raken elkaar bijna.

'Goed, eh... Oké. Nou, dat is mooi.' Camille weet niet echt wat ze moet zeggen en kijkt hem niet aan.

Milan grijnst en speelt met Camilles vingers, strijkt over de rug van haar smalle handen. 'Ik vind het zelfs schattig. Ik vond het ook schattig toen je vrijdag bloosde.'

Camille wordt knalrood. 'Vrijdag - Ik - Ik -' Ze breekt haar zin af en bijt op haar lip. Dan kijkt ze hem recht aan.

'Snotjandoedel,' roept Deirdre opeens uit, 'Camille, stomme idioot, waarom ontken je het nog steeds?'

Kevin en Raphael, die aan het praten waren, zijn stil en ik zwijg ook. Snotjandoedel? denkt iets heel erg achterin mijn hoofd.

'Ik - ik -' stamelt Camille. Ze durft Milan niet meer aan te kijken. 'Goed, oké.' Camille zucht. 'Ik ben de echte versie van Mille. En dit...' - ze maakt een cynisch gebaar naar zichzelf - '...is hoe ik echt ben. Een nerd. Het spijt me.' Ze grinnikt humorloos, maar haar stem trilt. 'En als jullie me dan nu even willen excuseren...' Ze staat op en loopt weg.

Twee seconden gaan voorbij. Twee seconden kijkt Milan haar met open mond aan. Dan geeft Kevin hem een trap tegen zijn scheen. 'Wat zit je daar stom te staren? Ga er achteraan, dan, loser!'

Dat laat Milan zich geen twee keer zeggen. Hij springt meteen overeind en baant zich een weg achter Cam aan, die ondertussen bijna de aula uit is. 'Camille!' roept hij.

Camille draait zich om. Haar ogen glanzen, waarschijnlijk van de tranen. Dat arme kind is ook zó onzeker. Milan legt zijn handen op haar schouders en zegt iets. Dan glimlacht hij en buigt zich naar voren om haar een kus op haar wang te geven. Onder toeziend oog van behoorlijk wat mensen, wel te verstaan.

Ik daag je uitWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu