Hoofdstuk 21

13 4 0
                                    

Heey iedereen hier is weer een deel van mijn verhaal. Ik weet het is niet op dinsdag, maar toch wel weer een deel. Zoals jullie allemaal al weten ben ik echt super druk met mijn privé leven, dus het updaten zal weer net als eerst zeer onregelmatig zijn. Hopenlijk vinden jullie het niet al te erg en zullen jullie nog altijd genieten van de hoofdstukken ;). Veel leesplezier.

Annabelle was vroeg wakker. Ze had heerlijk geslapen en zag ook dat de rest nog sliep. Ze was blij dat ze haar niet wakker hadden gemaakt. Annabelle zette buiten het gaspitje aan en ging eieren met spek bakken, tenminste dat was de bedoeling. Janet werd ook wakker en kleedde zich om, om het ontbijt te maken. Ze liep naar buiten en zag Annabelle prutsen met het ontbijt. 'Goedemorgen Annabelle, lukt het een beetje?' Annabelle keek geschrokken op naar haar moeder. 'Nee, het lukt niet echt. Beter gezegd het is een ramp!' 'Kom ik help je wel. Maak jij de pan schoon? Dan haal ik nieuwe eieren op.' Annabelle maakte de pan buiten schoon. Janet liep naar binnen om nieuwe eieren te halen. Toen ze allebei klaar waren zetten ze de pan op het vuur en legde Janet uit hoe je de eieren moest bakken. Deze keer kwam er een heerlijke geur af wat in de tent te ruiken was. Janet legde Annabelle ook nog uit hoe ze spek moest bakken. Tegen de tijd dat Matthias, Niek en Mandy wakker en aangekleed waren, was het ontbijt klaar en de tafel gedekt. Ze gingen aan de tafel zitten en aten allemaal met smaak hun ontbijt op. Na het ontbijt moest Matthias gelijk aan het werk, want de tijd voor het beveiligingssysteem werd telkens minder. Niek kon nog een uur thuis blijven voordat hij naar zijn lessen moest. Janet en Mandy moesten weer aan het werk in de ziekentent. Annabelle had die dat nog vrij en zat nu met Niek te praten over hoe haar reis was verlopen. 'Het was niets bijzonders. Wij zijn naar het kasteel van de koning gegaan, hebben wat informatie ingewonnen en zijn toen weer terug gegaan. We zijn niemand tegengekomen en het was een vermoeiende reis.' 'Gelukkig is er niks gebeurt. De koning had jullie wel gevangen kunnen nemen.' 'We zijn enkel en alleen buiten het kasteel geweest. We zijn ook niet langer gebleven dan nodig was.' 'oké, goed er kon niks gebeuren. Het is ook bijna tijd voor mij om te gaan. Gelukkig is alles goed verlopen en ben jij weer terug.' Na deze woorden gaf Niek Annabelle nog een knuffel en liep toen de tent uit. Annabelle was nog alleen in de tent. De tent was opgeruimd en liep naar de tent van de leiders, daar moest ze namelijk nog haar reis mee bespreken. Iedereen was alweer druk in de weer, daardoor kwam Annabelle wat langzamer vooruit dan normaal. Het duurde een kwartier voordat Annabelle voor de tent van de leiders stond. Ze klopte op het harde gedeelte van de tent en wachtte tot ze werd binnengeroepen. Het duurde een half uur voordat diegene die met de leiders in gesprek waren naar buiten kwamen. Daarna duurde het nog vijf minuten voordat de leiders Annabelle naar binnen riepen. Annabelle liep naar binnen en boog voor de leiders. Ze zeiden dat Annabelle weer rechtop kon gaan staan. Iemand zette een stoel voor haar neer. De leiders zeiden dat ze wel mocht gaan zitten. Annabelle ging zitten en toen begon een van de leiders het gesprek. 'Dus Annabelle hoe is jou reis verlopen?' 'Goed, Erik en ik hebben een keer geoefend, maar helaas liep dat niet zo goed af. Erik zag een gaatje in mijn verdediging, helaas was dat ook mijn zwakke plek die ik heb overgehouden aan mijn verwondingen. Het is gelukkig wel goed gekomen.' 'Erik besefte natuurlijk te laat dat het jou zwakke plek was. Nou ja, gelukkig is de reis goed verlopen.' 'Ja, hij keek ook zeer geschrokken toen hij me had geraakt. Gelukkig is alles goed gegaan en hebben jullie genoeg informatie.' 'Inderdaad, we hebben meer dan genoeg informatie binnen gekregen. We weten wat we moeten doen nu nog hoe.' Annabelle stond op en zei: 'Daar komen jullie wel op en anders laten jullie iemand anders erop komen.' Annabelle boog voor de leiders en liep de tent uit. Daar stond alweer iemand te wachten tot hij naar binnen kon om zijn zegje te doen. Annabelle liep diep in gedachten rond. Wat nou als zij niet diegene die iedereen dacht dat ze was. Misschien moest ze wel doodgaan op het slagveld wie weet. Zonder erbij stil te staan knalde ze tegen iemand aan. Ze mompelde een sorry en wilde verder lopen, maar diegene tegen wie ze was aangelopen hield haar tegen. 'Annabelle loop je zomaar weg voor mij?' Annabelle keek op en zag dat ze tegen Paul was aangelopen. 'Ow sorry. Ik had niet gezien dat jij het was.' Zei Annabelle op een beschaamde toon. Paul glimlachte Annabelle warm toe. 'Geeft niet hoor, maar waar zat je over na te denken je was nogal afwezig.' 'Ow niks ik was gewoon even weg.' Zei Annabelle nu ook glimlachend. Er viel een gemakkelijke stilte en ze wilden deze ook niet verbreken totdat iemand luid roepend naar hen toekwam rennen. Annabelle en Paul keken op, ze zagen dat het Jenny was. Zij gaf wel eens boodschappen van de leiders door. Jenny kreeg Annabelle en Paul in het zicht en rende nu op hen af. Toen ze bij hen was aangekomen hijgde ze nog even na voordat ze begon met de boodschap. 'Paul, Annabelle, jullie moeten zo snel mogelijk naar het plein jullie zijn bij een slagveld nodig.' Annabelle en Paul keken elkaar nu geschrokken aan. Ze dachten allebei aan hetzelfde, de droom die ze hadden gehad dat Paul Annabelle redde met zijn leven. Het was een verschrikkelijke gedachte en Annabelle trok wit weg. Paul keek Annabelle geruststellend aan. Jenny stond er ongeduldig bij, ze zei daarom ook: 'We moeten snel zijn, want de troepen die weggaan zijn hard nodig.' Annabelle en Paul hadden geen aansporing meer nodig en renden met Jenny mee naar het centrale plein. Het was nog een enorme klus om naar het centrale plein te komen. Iedereen was druk in de weer en liepen daardoor ook iedereen voor de voeten. Toen ze eindelijk bij het centrale plein waren gekomen stonden daar al heel wat mannen. Een man sprak hun aan, toen ze eindelijk binnen gehoorafstand waren bleven ze staan en luisterden ze naar wat diegene te vertellen had. '...We zullen ons opsplitsen in drie groepen dan is het makkelijker om aan te voeren. De groep bij Dennis zijn: Brandon, Robin, Joran, Terry, Sam, Gerhard en Hendrik. Dennis wil je even buiten de groep gaan staan en de mannen die ik heb opgenoemd er even bij willen gaan staan.' Dat deden ze Dennis ging een paar meter uit de groep staan en de mannen gingen bij hem staan. Toen riep de andere weer namen op. 'De groep van Patrick bestaat uit: Philip, Edward, Mark, Paul, Rick, Chris, Henk, Fabian en Jan. Wil de groep van Patrick ook even uit de groep gaan?' Paul liep nu bij Annabelle weg en ging bij de groep van Patrick staan. Annabelle stond er nu nog met een groepje van ongeveer 10 personen. 'De laatste groep is van Arnout. Daarin zitten: Egbert, James, Annabelle, Jaap, Karel, Lars, Marco, Jeroen, Jos, Dirk en Max. Arnout kan er ieder moment komen al weet ik niet waar hij uithangt.' Terwijl de man dat zei kwam Arnout eraan rennen. Hij verontschuldigde zich mompelend en keek rond. 'Is dit mijn groep Ronald?' vroeg hij. 'Ja dat is je groep Arnout en kun je de volgende keer wat eerder zijn dan krijg je alle instructies ook mee.' 'Ja, sorry Ronald ik werd opgehouden door een paar vrouwen. Je weet hoe ze zijn.' Annabelle keek hem beledigd aan terwijl de rest van de mannen begonnen te grinniken. 'Nou meneer Arnout leuk dat je zo over vrouwen denkt maar ik denk dat je daar net geen vrienden mee gemaakt hebt bij eens van je groepsleden.' Ronald zei dit op een zeer sarcastische manier en Arnout keek zorgvuldig naar zijn groep en merkte toen Annabelle op. Zijn ogen werden groot. 'Ow sorry Annabelle. Ik had je niet gezien. Maar de meeste vrouwen zijn wel zo zelfs jij moet dat toegeven.' Annabelle keek hem nog steeds beledigd aan, maar zij kreeg niet meer de kans iets te zeggen net als Arnout niet. Roland nam namelijk weer het woord en legde de strategieën nog eens uit voor Arnout. Gelukkig was Arnout later, want nu hoorden Annabelle en Paul ook de strategieën voor deze veldslag. Roland was uitgepraat en zei: 'Oké nu iedereen weet hoe we het gaan doen zullen we op weg gaan naar het slagveld. Het is nog een lange tocht en we moeten voort maken willen we nog op tijd aankomen.' Ze liepen nu gezamenlijk van het centrale plein richting het strijdveld.

De Memorabele strijd (gestopt)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu