Hoofdstuk 25

12 4 0
                                    

Heey iedereen hier is dan weer een nieuw deel van de memorabele strijd! Het is alweer een poosje geleden dat ik heb geupdate, maar ik zeg altijd beter laat dan nooit ;) Veel leesplezier en als je het wat vind, vote comment or follow ;) Het is altijd welkom :D

Die dag werd Annabelle niet meer wakker. Haar dromen gingen in elkaar over, maar deze gingen altijd over het vreselijke wat er was gebeurt op het slagveld. Ze kon het niet loslaten. Het was haar liefde die daar op dat moment had gevochten voor zijn en haar leven. Het was haar eigen schuld dat Paul nu in de ziekentent lag. Als zij beter had gepresteerd tijdens het gevecht dan had Paul haar niet hoeven redden en dan was hij daar waarschijnlijk gewoon weggelopen zonder ernstige verwondingen. Ze gaf zichzelf de schuld en dat zal ze ook blijven doen tot Paul weer beter is.  Niek moest met machteloosheid toezien hoe zijn zusje vocht met de vreselijke nachtmerries die zij had. Hij vond het vreselijk, maar hij week niet van haar zijde. Hij sprak af en toe geruststellende woorden naar Annabelle toe. Ook al wist hij dat Annabelle het waarschijnlijk niet zou horen, maar hij deed het toch.
Annabelle kreeg het wel een beetje vaag te horen. Haar nachtmerries werden daardoor minder. Het was zelfs zo dat ze af en toe ook een prettige droom had. Ze bleef bezorgd om Paul, maar nu kon ze zelf ook rusten. Tot op het moment dat de dromen van de vreselijke man terug kwamen. Ze werden met de keer levendiger het was afschuwelijk.

'En weer hebben jullie een slag verloren. Weten jullie überhaupt hoeveel mij dit kost? Jullie zijn echt nietsnutten. Wat moet ik toch met jullie? Het meisje was zelfs uitgeschakeld en dan nog kunnen jullie niet winnen. Hoe krijgen jullie het voor elkaar?' Zijn stem was zowel verdrietig als kwaad. De kwaadheid was meer aanwezig dan het verdrietige deel, maar het was er wel. De man die voor hem stond, waarschijnlijk de leider van de laatste veldslag, begon zich mompelend te verontschuldigen. De man op de troon keek geïrriteerd naar de man die een beetje stond te mompelen. 'Wist je dat ik er niks aan heb dat jij hier staat te mompelen? Je verdoet mijn tijd!' De man op de troon was nu furieus. 'Het spijt me Sire, maar er was ook een jongen bij. Hij beschermde het meisje. Hij werd zelf weliswaar ernstig verwond, maar hij zorgde er wel voor dat we het meisje niet mee konden nemen of konden doden. De volgende keer moet het lukken ik heb een feilloos....' Hij werd onderbroken door de man op de troon. 'De volgende keer! De volgende keer! Denk je echt dat ik je nog een keer de leiding geef? Je hebt me vaak genoeg teleurgesteld. Ik heb al andere maatregelen genomen om het meisje te pakken te krijgen. Jij bent nutteloos. Ik laat je misschien wel creperen in de cel.' Je zag de ogen van de man angst uitstralen. Hij smeekte de man op de troon dat niet te doen en hem nog een kans te geven, maar volgens Annabelle dacht de man al dat het een verloren zaak was. 'Je gaat geen slagvelden meer leiden en je laat het meisje met rust, want ik heb al andere mannetjes naar haar toe gestuurd en die doen hun werk wel goed. Met andere woorden je wordt gewoon weer voetsoldaat. Dat is het enigste wat ik voor je kan doen. Ik ben deze keer vergevingsgezind, maar let op mijn woorden als je nog eens een fout begaat kom je in de cel terecht.' De man bedankte hem meerdere keren. Die was er al snel zat van en liet de man wegbrengen. Naar de barakken van de voetsoldaten. De man op de troon was enigszins geïrriteerd. Als hij dat meisje in handen zou krijgen zou hij haar martelen. Zolang dat ze op den duur zelf zou smeken of gedood te worden en dan zou hij zoals de vrijgevige man die hij was aan haar wens gehoor geven en haar doden.
Het was misschien een vreselijke gedachte, maar de koning wilde niets liever. Dit meisje had hem nu al veel te lang dwarsgezeten. Hij had door haar toedoen nu al maanden vertraging met het neerhalen van het verzet en dat wilde hij niet hebben. Nu kregen de mensen die hij nog in zijn macht had hoop en misschien zelfs wel zoveel dat ze in opstand durfden te komen. Dat moest hij koste wat het kost tegen gaan. Hij riep zijn informateur bij zich en vroeg hoe de stand van zaken was met de geheime opdracht. 'Deze loopt zeer goed Sire. Hij gaat binnenkort zijn slag slaan en dan hebben we haar.' De koning knikte goedkeurend. 'Zo mag ik het horen. Dit is tenminste heel wat beter dan die slechte leiders die niet eens een simpele veldslag kunnen winnen.' De informateur verliet de troonzaal weer en er werd een volgende man binnengelaten. De koning begon weer te schelden en had met deze man minder medelijden dan met de eerste.

De Memorabele strijd (gestopt)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu