Fourteen: Careless

109 24 3
                                    

Belle's point of view

Ik nam diep adem en probeerde zijn vraag te beantwoorden, maar niks kwam uit mijn mond. Ik wist eigenlijk niet goed wat ik moest zeggen.

Nee, wacht. Ik wist hoe te antwoorden. Ik wist gewoon niet of dat was wat ik hem moest vertellen. Ik wist niet of het het goede was om te zeggen.

"Ben je daar?" vroeg hij, proberen te zien of ik nog naar hem luisterde.

Ik hoorde zijn vraag duidelijk, maar ik kon het niet over mijn hart krijgen om de waarheid te vertellen. Ik wou niet liegen, maar ik wou hem ook niet teleurstellen.

Maar ik was moe om alles te doen wat hij wou. Ik was niet zijn slaaf of iets dergelijks; ik hield gewoon simpel van hem, dat was alles. Dat was waarom ik hier was—omdat hij me vertelde iets voor hem te doen. Wat moest ik doen? Hem afwijzen?

Ik zou dat moeten doen, maar ik kon het niet.

"Belle?" zei hij, en dat is wanneer ik realiseerde hoe lang het geleden was geweest dat we tegen elkaar praten zoals dit. Het is een lange tijd geleden dat we hadden gepraat over ons twee.

"Sorry, ja?" Ik hoorde hem opgelucht zuchten.

"Vind je dat?" vroeg hij, voor de tweede keer. Ik wist wat hij wou horen, maar ik wist ook wat de waarheid was.

Ik beet op mijn tong en overwoog wat ik zou antwoorden. Ik slikte, een brok in mijn keel en antwoordde. "Nee."

Aan het einde van alles, was zijn geluk alles wat mij kon schelen, niet wat ik voelde. Dat was omdat ik nog steeds van hem hield.

Ik kon het voelen—hij was blij dat ik dat gezegd had. Ik had een goeie keuze gemaakt dan. 'Ja' zeggen zou alles nog meer verwarrend maken; hij zou me misschien voorgoed verlaten.

Wat we ook waren, ik was er tevreden mee. Als het de enige manier voor mij was om aan zijn zijde te blijven, dan zou ik het doen. Ook al meende dat, dat ik mezelf pijn moest doen in het proces.

"Dat is goed," merkte hij vrolijk op. Het was alsof hij me pijn deed op de meest achterlijke manier mogelijk. Het enige verschil was dat ik aan het liegen was. Maar ik wil niet dat hij het weet—hij zal het niet weten.

Ik hield een beverige adem in. ik had nooit gedacht dat het zoveel pijn zou doen, maar dat deed het wel. Ik forceerde een antwoord uit mijn mond, het was nauwelijks fluisteren te noemen. "Ja."

Fanboy | Michael Clifford AUWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu