16

435 20 1
                                    

I wish I could give you the family you want but I messed up, and now I can't give you a family anymore. But I wish I could, I don't want anything else

~~~

Moe liep Lilou van de bushalte naar haar appartement. Bowie hield haar hand vast.

Ze had een lange dag werken achter de rug. En de afgelopen nacht was ze pas laat in slaap gevallen en vanochtend ging de wekker weer vroeg.

Ze had afgelopen week een berichtje van Matthijs gehad. Dat hij het toch aan Frenkie had verteld.

Ze was ontzettend boos geweest. Tenmiste zo deed ze tegenover hem. Eigenlijk was ze gewoon bang.

Wat als HIJ het zou horen? Zou hij komen, zou het weer beginnen. Die vragen schoten door hoofd.

Ergens voelde ze zich schuldig dat ze zo boos deed. Matthijs verdiende veel beter dan dit en dat wist ze. Maar de angst was te groot. Te groot om het allemaal los te laten, later misschien.

Ze moest wel echt leren om te stoppen met haar boosheid op hem te uiten. Ze merkte ook wel dat hij zijn best deed maar misschien maakte dat haar juist wel boos.

Hij bewees nu continu dat de reden die ze hem nu de hele tijd voorhield als reden dat ze hem niks had verteld nergens op sloeg. Hij was een geweldige vader voor Bowie.

Het meisje praatte continu over hem en vroeg al dagen wanneer ze hem weer kon zien. En ook al was ze geflipt om de vissen die hij had gekocht, ze kon niet ontkennen dat ze het superlief vond.

'Mama? Wanneer komt papa weer thuis?' vroeg Bowie terwijl ze aan haar moeders hand trok.

'Morgen weer liefje, dan haalt hij je uit school' vertelde ze. 'Kan papa niet bij ons komen wonen mam, of wij bij papa' zei het meisje.

Lilou's hart brak. Ze wilde dat ze het Bowie kon geven. Een gelukkig gezinnetje met een papa en een mama. Maar nee, dat ging niet.

Kon ze het maar. Waren zij en Matthijs nog maar samen. Maar het was verkeerd om zo te denken. Het was over en uit. Voor altijd.

Ze moest stoppen met die klote gevoelens. Het deed haar alleen maar pijn, verder loste ze er niks mee op.

De twee liepen hun appartment in waar ze snel wat simpels te eten klaarmaakte.

Vanavond was er een wedstrijd van het nederlands elftal. En hoe graag Lilou ook wilde kijken ze ging het niet doen. Ze ging niet weer anderhalf uur kijken puur voor Matthijs.

Ze had voetbal altijd intressant gevonden maar dat was de laatste jaren niet de reden dat ze het keek. Matthijs, dat was de reden.

En sinds ze had besloten dat ze hem was vergeten betekende dat ook dat ze niet meer naar zijn wedstrijden kon kijken.

●●●●

De volgende dag rende Bowie enthousiast op Matthijs af toen hij haar kwam halen op school.

Hij kreeg een dikke knuffel wat hem een glimlach bezorgde. 'Hoe is het met Dory en Ariël?' vroeg ze bezorgd.

'Heel goed, de buurvrouw heeft voor ze gezorgd maar ik denk dat ze het leuk zullen vinden om je weer te zien' antwoorde hij.

Hij opende de autodeur. 'Je hebt eindelijk een autostoeltje' riep Bowie lachend. 'Goed hè' lachte Matthijs.

'Dan hebben we nog maar 1 geheimpje' lachte Bowie terwijl ze in het stoeltje klom.

Matthijs keek haar niet begrijpend aan terwijl hij de gordel vastmaakte. 'Dat je mama lief vind' verduidelijkte het meisje.

'Ohja' was zijn reactie. Hij was al weer vergeten dat hij haar dat verteld had. Ze had wel gelijk. Nog steeds voelde hij meer voor Lilou dan goed was.

Hij kon hun verleden maar niet vergeten en achter zich laten. Al de herinneringen die ze hadden gemaakt in hun 2 jarige relatie kon hij gewoon niet vergeten.

De hele breakup kwam zo uit het niets. Natuurlijk dacht iedereen dat maar hij had altijd het gevoel gehad dat ze voor altijd samen zouden blijven.

'Ik denk dat mama jou ook nog best lief vind' zei Bowie. Matthijs schudde zijn hoofd. 'Dat denk ik niet'

'Misschien doet ze alsof, dat kan ook' merkte Bowie slim op. Matthijs reageerde niet meer.

Hij wilde het wel maar hij mocht er niet in geloven van zichzelf. Het zou hem valse hoop geven en alleen maar meer pijn doen. En dat kon hij niet gebruiken.

Hij parkeerde auto en hielp Bowie uit haar autostoeltje. 'Opschieten ik wil naar de visjes' commandeerde ze Matthijs toen hij blijkbaar te langzaam liep.

Hij grijnsde maar gehoorzaamde haar wel. Toen hij de deur opende sprintte Bowie naar het aquarium.

'Hi, ik ben er weer' vertelde ze de twee vissen. 'Kunnen vissen met elkaar praten?' vroeg ze toen aan Matthijs.

Die schoot in de lach. 'Geen idee eerlijk gezegd' antwoorde hij toen. 'Anders is hun leven wel saai' vond Bowie.

'Hoezo dat?' informeerde Matthijs. 'Dan zwemmen ze alleen maar rondjes' legde het meisje hem uit.

'Ze kijken naar jou als je er bent, dat vinden ze vast leuk' zei hij toen met een glimlach. Hij had het gemist hoe vrolijk ze hem maakte toen hij de afgelopen week.

Hij had dit nodig gehad na de slechte wedstrijd van gisteren. Ze hadden verloren tegen Tsjechië en hij had een beroerde wedstrijd gespeelt.

Heel vrolijk was hij dus vandaag niet maar Bowie had hem al weer opgevrolijkt.

'Wil je drinken en een lolly?' vroeg hij terwijl Bowie nog steeds voor gefascineerd voor he aquarium stond.

'Jaaaa lollys! En koffie' riep ze vrolijk. Het verbaasde Matthijs nog steeds dat ze koffie luste, ze was nog maar een kleuter en die dronken geen koffie dacht hij.

Maar Bowie had net als Lilou een voorliefde voor koffie. Even schoot er een beeld door hem heen.

Een beeld waarin Lilou ook in de woonkamer was en hij ook voor haar koffie zou maken.

Waarin ze een gelukkig gezin waren met zijn drieën zonder ruzies en problemen.

Maar dat was onrealistisch, hij moest zich focussen op wat hij aan het doen was. Dat hij niet gelukkig kon zijn met Lilou betekende niet dat hij niet kon genieten van het gezelschap van Bowie.

VerlorenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu