35=[and a little bit of Joli]

19 1 2
                                    

Pov Harm

Als ik het café heb gesloten rij ik naar onze Traancave. De pijn begint zich te verspreiden. Wat vreselijk dit! Ik loop zo snel ik kan.
'Don! Help me! Snel!' Schreeuw ik. Gelukkig is hij er nog en Jer ook.
'Wat is er?' Vraagt Jeremy. Ze lopen naar me toe.
'ManOMan-Man. Hij was bij mij thuis. Kijk wat hij gedaan heeft.' Ik toon mijn hand.
'Wat heeft die klootzak gedaan?' Vraagt Jer verbaasd.
'Geen idee. Maar het doet zo veel pijn.' Don neemt me mee naar de ziekenboeg.
'Hij zei tegen me dat ik me moest voorbereiden op de dood!' Don doet een verband rond mijn pols.
'Hij ook al? Wat willen die twee?' Vraagt Jeremy zich af.
'Jongens.' Zegt Don plots. We kijken hem aan.
'Harm kan nooit winnen van ManOMan-Man zonder krachten. Daarom heb ik iets gemaakt, wat Poestijger voor ManOMan-Man gemaakt heeft.' Hij draait zich om en heeft een spuit vast met een turquoise goedje.
'W-wat is dat?' Vraag ik bang.
'Jer, houd even zijn linker arm vast.'
'Het doet even pijn. Geen stress.' Ik voel de naald in mijn arm gaan.
'Hmpfff.' Ik voel het goedje door mijn lichaam stromen. Het is zo koud!
'Aaaauuuwww! STOP HET! Het is zo koud!' Schreeuw ik woedend. Ik val trillend op de grond.
'Harm!' Jer knielt naast me neer.
'Doe iets!' Schreeuwt hij.
'We kunnen niks doen.'
'HOEZO NIET?!' Schreeuw ik bibberend.
'Het hoort zo.' Zegt Don die rustig de spullen opruimt. Het koude gevoel veranderd naar een prikkend gevoel.
'AAAAAH! ALSJEBLIEFT! DON! Doe- AAAAAAAHHH! Iets!' Stuiptrekkend lig ik op de grond. Plots brand alles maar het veranderd meteen in een zwaar gevoel. Mijn ogen zijn zo zwaar.

Pov Jeremy

'HARM DRAAIT WEG!' Schreeuw ik.
'Dat is goed.'
'Goed? GOED?! Je martelt hem!' Schreeuw ik boos.
'Nee. Ik geef hem superkrachten.' Ik kijk hem vragend aan.
'Welke?'
'Die ontwikkelen vanzelf.' Zegt hij. Arme Harm.
'We rijden hem in zijn auto naar huis, en jij gaat ook naar huis. Slaap kunnen jullie wel gebruiken.' Ik doe wat Don zegt. Als ik thuiskom, is iedereen aan het eten.
'Hey lieverd, ben je vandaag bij Link geweest?' KUTZOOI! Dat ben ik helemaal vergeten!
'Ja.' Smoes ik meteen.
'En? Hoe is het met die jongen?' Vraagt mijn vader.
'Euh, heel verdrietig.' Zeg ik als ik aanschuif.
'Ja, dat is logisch. Maar zijn er niet meer details? Zoals een begrafenis of zo?' Vraagt mijn moeder.
'D- euhm, hij wilde daar nog niet over spreken. Het deed hem te veel pijn.' Mijn moeder knikt. Die arme jongen. Geen ouders, enigs kind, geen familie meer. Zo eenzaam.' Als ik daar aan denk breekt mijn hart. Ik had wel langs moeten gaan.
'Oh nee, ik ben nog wat vergeten bij Link.' Smoes ik.
'Ik ben zo terug.' Ze knikken. Ik pak mijn autosleutels en rij naar Link.

Als ik aanbel en de deur open gaat heeft hij rode ogen van het huilen. Ik knuffel hem meteen.
'Hey makkertje, rustig maar.' Troost ik hem.
'Ik ging net naar Joost. Ik wil niet alleen zijn.' Zegt hij als ik hem los laat.
'Doe dat. Het komt goed. Ik wou vroeger langskomen om je te troosten, maar door het werk heb ik nog geen tijd gehad. Het spijt me.' Hij schud zijn hoofd.
'Het is oke. Ik begrijp het wel.'
'Moet ik je brengen naar Joost?' Hij knikt. We stappen in mijn Tesla en rijden naar Joost.

'Heb je al een begrafenis gepland?' Vraag ik voorzichtig. Hij knikt.
'Over een paar dagen al.'
'Ohw, en ga je mensen uitnodigen.' Hij haalt zijn schouders op.
'Ik dacht alleen jou, Harm en Joost. Ik heb toch geen familie.' JER! DOMMERIK! Mam zou je nu een klap gegeven hebben... idioot.
'Sorry.' Fluister ik.
'Ik ben er. Sowieso.'
'Bedankt.' Zegt hij met een klein lachje. Maar die verdwijnt weer als sneeuw voor de zon. We komen aan bij Joost.

'Hey Jer, hey Linkie.' En hij knuffelt Link meteen.
'Ik heb hem gevoerd.'
'Oh wat lief.' Zegt Joost.
'Het spijt me maar ik moet weer gaan. Het bedrijf heeft me nodig.'
'Het is oke. We houden ons wel bezig.' Zegt Link.
'Oke. Tot later guys.'
'Doei!' Zeggen ze in koor. Ik stap in mijn auto en rijd weg.

Pov Link

Als Jer de straat uit rijd, doe ik mijn hoofd wat naar boven.
'Zijn "bedrijf" ha! Zijn Traancave zeker.' Zeg ik geïrriteerd. Dat hij over de begrafenis begon brak mijn hart wel. Hij is best een goeie vriend... NEEN LINK! Hij heeft je ouders vermoord! LUL! Ik knijp zachtjes in Joost zijn trui. Hij knuffelt me weer en drukt een kusje op mijn haar. Ik voel mezelf helemaal blozen. We laten elkaar los en gaan naar binnen. Als Joost de deur sluit duw ik hem tegen de muur en kus ik hem. Hij lijkt het niet erg te vinden want hij gaat er in mee.
'Eindelijk. Ik hoopte al jaren dat je dat zou doen.' Lacht hij.
'Klootzak.' Zeg ik lachend en ik sla op zijn arm.

{Traanman VS poestijger}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu