{Treatment}

42 12 2
                                    

Elanor

Als een gek gallopeer ik achter Mystic, op mijn eenhoorn, aan. Ik zie Mystic ineens stilstaan, haar ogen zijn dicht en haar hoorn is donker geworden.
"Is ze dood?"
Neen, maar ik weet niet wat ze doet..
Langzaam bekijken we het tafereel. Mystic doet haar ogen open die ineens een fel blauw licht uitschijnen en haar hoorn begint ook blauw te worden, alleen is dat blauw gevarieerd. Je hebt donker blauw, licht blauw, maar ook turquoise en lagoon blauw. Ze begint langzaam te zweven en het licht verlaat haar. Dan zakt ze op de grond en kijkt ons vermoeid aan. Ze staat koppig weer op en loopt verder.
"Wat was dat?"
Ik heb geen idee, echt geen idee.
Verslagen blijven we nog even staan kijken maar al snel galopperen we achter haar aan. Bij een open plek zie ik Amira liggen en Mystic gaat langs haar zitten. Sam, Tauril, Aragorn, Gandalf, Legolas en Gimli zitten er droevig bij. Dan opent Amira haar ogen en kijkt mij als eerst aan. Ik schrik, haar ogen waren eerst donker blauw, nu zijn ze licht blauw, zo blauw als de hemel. Alleen elfen hebben ooit zo een lichte kleur ogen gehad.
"Wat is er gebeurt?" Vraagt ze met een hese stem. Ze knuffelt Mystic die vrolijk opstaat en begint rond te springen. Amira begint te lachen en ik lach vrolijk mee.
"Je bent een heel klein beetje gewond geraakt tijdens een gevechtje." Zeg ik voorzichtig.
"Zeg maar gerust een beetje veel!" Antwoord Gimli. Amira begint weer te lachen en gaat staan. Dan geeft Mystic ineens licht. En ze verdwijnt.  Amira kijkt naar de lucht, alsof ze dit al eerder heeft meegemaakt. Uit de lucht daalt een ster neer en komt voor ons schijnen. Uit dat felle licht stapt een Eenhoorn met vleugels.
"Mystic!" Roept Amira vrolijk.
"Nu ben je een Allecorn!!" Roept ze.
  Wow, ze is haar true self bekomen ...
"Hoe kan dat?"
   Geen idee
Ik kijk naar de rest die allemaal met open mond naar Mystic.
"Dit moeten we vieren!" Roept Gimli.
"Ja, met een feestje!" Roept mijn vader als antwoord.
"Wedden dat ik meer kan drinken als jij dwerg!" Zegt Legolas uitdagend.
"Dat had je gedroomd Elf."
Lachend lopen we verder naar ons huis en we plunderen de hele voorraadkast. Onder protest van ons moeder maar ja, mijn zusjes en broertjes waren wel blij met de verrasing, vooral Frodo, mijn oudste broertje.
"Één beker!" Roept Gimli naar Legolas.
"Schenk de mijne nog maar eens vol!" Is Legolas zijn antwoord.
Tien glazen later zijn ze nog altijd aan het drinken. Amira loopt ineens naar buiten.
"Amira, wat is er?"
"Niks hoor..."
"Jawel, ik kan het aan je zien."
"Ik heb al een tijdje het gevoel dat Gandalf en co. iets voor mij achter houden maar toen ik bewusteloos was besefte ik ineens wat dat was."
"Wat is er dan?" Vraag ik nieuwsgierig.
"Ik ben alles kwijt!" Snikt ze.
"Hoezo? Je kan niet alles kwijt zijn. Je hebt mij, Mystic, je vrienden."
"Ja, maar ze kunnen mijn familie niet vervangen..."
"Ik euh..." ik weet niet hoe ik moet reageren.
"Mijn moeder heb ik nooit gekend, ik heb alleen haar dagboek maar ik heb het nog niet durven lezen... en ze houden achter dat mijn vader dood is." zegt ze droevig.
"Iedereen gaat wel eens dood, alleen elfen niet." Probeer ik haar op te vrolijken.
"Ja, dat weet ik... maar hij is vermoord."
"Owh.." ik geef haar een knuffel, niet wetend hoe ik anders moet reageren.
"Nog eens vol gieten!!" Hoor ik Gimli roepen. Spontaan beginnen ik en Amira te lachen. We lopen weer naar binnen en zie ondertussen al dertig glazen aan elke kant staan.
"Die kunnen drinken!" fluister ik in Amira's oor.
"Zeg dat wel!" Fluistert ze terug.

De hele avond wordt er gefeest... het laatste feest in vele dagen voor die familie....

Roodlingen

"Azor Megror!
Ze hebben de Hobbits bereikt en ze gaan binnenkort weer vertrekken."

"Hmmmfff, Wacht ze op in Minas Tirith, daar heb ik dan een verrassing voor hun."

"Ja, Azor, lang leven Red!"

De oude man maakt een buiging en gaat weg. Azor kijkt even in zijn kristallen bol en loopt dan langzaam naar beneden. Hij gaat richting de kerkers. Een gemeen lachje speelt rond zijn lippen. Zijn handen nemen de koude metalen deur vast. Hij krijgt een rilling over zijn rug lopend. Hij doet de zware deur open, dat gaat helaas niet zonder gepiep. Langzaam wandelt hij de donkere gang af richting de trap. Hij neemt een brandende toorts vast en loopt naar de diepste delen van de kerkers. In één van die kerkers zit een vrouw.

"Waaraan heb ik de eer?" Spuugt de vrouw vol walging naar Azor. "Is het weer diezelfde vraag?"

"Inderdaad, nou... zeg me. Wie is de zoon van de koningin van Lithium?" Zegt Azor met een lage stem vol dreiging.

"Nooit, ik sterf nog liever!" Roept de vrouw. Nu spuwt ze in het gezicht van de leider. Met zijn linkerhand veegt hij ziedend haar spuug weg.

"Je zal binnenkort wel anders piepen." Dreigt hij woest.

"Nooit!!!" Brult de vrouw.

"We hebben haar bijna, Amira." Zegt Azor gemeen. De vrouw zwijgt even.

"Haar ken ik niet." Zegt de vrouw met nieuwe herwonnen kracht.

"Dat zal wel... denk maar eens na, en antwoord. Dan zal Amira niks geschend worden." Dreigt Azor weer. Hij draait zich om en laat de vrouw achter. Zodra de deur achter hem sluit zakt de vrouw in elkaar.
"Vlucht Amira, voor het te laat is."

Kzhizbflebgke spannend !!!!
Tot de volgende keer !!!

The Red ArmyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu