Amira
"Legolas Greanleaf!" Schreeuwt Tauril. "Ik ga echt niet op deze plek slapen! Het is een moeras!" We waren aangekomen aan een moeras, hier durfde de Orken niet te komen dus we overnachten hier op een stukje droog. En Tauril is het daar niet mee eens. "Ga op je elvencape liggen, dan wordt je niet nat." zegt Legolas rustig. "Maar dan wordt hij vies." Is haar reactie. "Jammer dan... je bent echt veel veranderd sindsdien." Dat laatste zei hij eerder tegen zichzelf. We gaan zitten en keken naar het kampvuur. "Misschien..." begon ik, "misschien is Saruman niet ontsnapt. Ik heb ergens gelezen dat nog iemand dat kon." "Wie zou zo iets willen kunnen?" vraagt Gimli. "Azor Megror." Het was doodstil. Iedereen keek elkaar aan. Er was angst te lezen in hun ogen, maar ook verbazing en geruststelling. "Maar, ze zijn niet hetzelfde als die van Saruman." "Hoezo niet?" "Deze zijn niet van bomen gemaakt, maar van rotsen." "Dan zijn ze wel kleiner." Merkt Gimli op. "Ja," antwoord Legolas, "jouw formaat." "Dan kan ik er meer doden als jij." Werpt Gimli terug. "Rustig, ze zijn wel sterker. Hebben jullie dat niet gemerkt 4 dagen geleden, de eerste keer dat ik dat schild gebruikt heb." Zeg ik om hun gekibbel te stoppen. Ze knikken. "Mooi, we kunnen beter gaan slapen. Wakker worden in middagzon is niet het leukste wat er is in de zomer." We kruipen allemaal in onze mantels en even later slapen ze allemaal, behalve ik. Ik vroeg me af, door wie en waarom mijn vader vermoordt zou zijn. Ik kan de slaap maar niet vatten en rol dus de hele tijd om en om en om en om en om en om en... je kent het wel. Ik sta op en ga naar Appeloose, ze zit te slapen. Ik ga tegen haar liggen en val even later zelf ook in slaap.10 minuten later (gok ik) word ik wakker door een geluid. Ik kijk om me heen en zie een schaduw die langzaam dichter bij komt. Het is een legertje van... Golems. Ik spring op en maak de anderen wakker. We namen onze wapens, we hebben ze net vast toen ze uit de struiken springen. Ze komen met honderden tegelijkertijd op ons af. We klieven ze doormidden, snijden hun koppen af en schieten pijlen, maar er komen er steeds meer. Ik dacht na: 'Golems, Golems, Golems! Maar natuurlijk!' Ik neem de nepdiamant, die ik van de koning mocht houden, en gooi hem heel ver weg. Alle Golems volgen hem en lopen dus weg van ons. We hadden weer gewonnen! De nacht is bijna gedaan dus we besloten te gaan eten. Lembasbrood! 'Joepie!' De enige die smakelijk eet, is Tauril. Je zag haar gulzig eten, op een bepaald moment mompelt ze zelfs dat ze het heerlijk brood vindt. De zon kwam op, ik ga op een tak staan om het beter te kunnen zien.
FLASHBACK
"Mama,mama," "ja, mijn elfje?" "Kom snel, de zon komt op." "Dat mogen we niet missen hé." We liepen door het gras naar de rand van de berg. "Mama, waarom is de zon rood?" "Vele mensen zijn gedood vannacht." "Arme mensen." "Ja zeker. Nu wie het eerste bij je papa is!"
~~later die avond~~
Earmire, je moet het haar vertellen. Ooit, maar niet nu, ze is nog te jong. Oké... nu wat is er allemaal gebeurt en wat gaat er gebeuren? Ik rende naar boven, naar mijn kamer en sprong op mijn bed. Wie is Earmire en waar hebben ze het over?Legolas
Ik snap echt niet hoe Tauril dit nu lekker kan vinden, dit brood heeft totaal geen smaak. Ik voel de zon in mijn rug prikken en zie dat Amira opstaat. Ze gaat op een tak staan en kijkt naar de opkomende zon, ik zie dat er een traan opkomt in haar ogen, ze pinkt hem rap weg. De zon is rood, dat geeft een kleine geruststelling want de zon spreekt nog altijd de waarheid, wij hoeven ons geen zorgen te maken over onze vrienden want het gevecht had bij ons plaatsgevonden. We vertrekken terug richting Minhiriath. Hopelijk gaat de reis nu vlotter. Het moeras was zompig en nat, Tauril was de hele tijd aan het klagen over hoe zompig het moeras wel niet was. Ik ergerde mij kapot aan haar, vroeger was ze zó veel cooler.
************************************
Heeyyy
Ik vind het zo leuk om dit boek te schrijven... srry voor het korte stukje...
Luf u xxxx
JE LEEST
The Red Army
AdventureIk zie haar zitten in het gras, spelend met een hertje. Opeens loopt het hertje weg. Ze staat op en tuurt in de verte. Ik tuur ook, ik ben een elf namelijk dus ik kan ver kijken. Ik zie een leger in de verte op doemen op paarden. Ik zie haar schrikk...