3. Wout

10 0 0
                                    

Met de sleutel in mijn hand stap ik aan boord van de Pontus. Ze ziet er goed uit, hier en daar een kwastje verf en het oogt allemaal weer als nieuw! Nou ja, voor zover je een honderd jaar oud schip nieuw kunt noemen. Ik loop via bakboordzijde naar de achterkant van het schip en steek de sleutel in het deurtje van de roef. De deur laat zich makkelijk openen en ik stap het smalle trappetje af, de kleine ruimte in. Ik kijk om me heen en probeer me te herinneren hoe het er vroeger uitzag en adem diep in via mijn neus, het ruikt er nog precies hetzelfde. Het is de geur van diesel en teer en een licht muffige lucht dringt mijn neusgaten binnen omdat de deur al een poosje niet meer open heeft gestaan. De oude, groene Sailor marifoon hangt nog steeds direct naast de deur. Een deurtje daarnaast leidt naar de slaapplaats van de schipper in het achteronder. Dat wordt mijn slaapplaats. Aan stuurboord kant zit een klein keukentje en onder het raam aan de andere kant staat een gammel houten tafeltje met oude houten stoelen die een rieten zitting hebben. De ruimte is afgetimmerd met houten schrootjes en heeft een lichte kleur verf gekregen om het geheel fris en ruimtelijk te maken. Onder de gangboorden zitten kastjes weg getimmert met daarop porseleinen handgreepjes. Een klein houtkacheltje maakt de ruimte compleet. Het oogt kleiner als in mijn herinnering, maar is dat niet met alles wat je je herinnert uit je jeugd? 

Ik laat de sleutels op het aanrecht vallen en draai me om naar de trap die naar het ruim leidt. Op de trap moet ik een beetje bukken om niet mijn hoofd te stoten voor ik de gemeenschappelijke ruimte in stap. Ook dit is een licht geschilderde ruimte met verrassend veel daglicht dat via de patrijspoorten en de koekoek in het dak naar binnen komt. In de ruimte staan diverse soorten meubels op een verweerde donker houten vloer. De gemeenschappelijke keuken is een gezellig allegaartje van spullen die redelijk hufterproof zijn, met alle nodige voorzieningen voor de gasten om zelf hun kostje te koken als ze dat willen. Er staan vier grote tafels in het ruim die ruimte biedt aan twintig gasten. Ook hier staat weer een houtkachel waar de gasten zich lekker aan kunnen warmen na een gure dag op het water. 

Aan de andere kant van de ruimte bevindt zich nog een deur, deze gaat naar het halletje waar de slaapvertrekken en het sanitair zich bevinden. Halverwege het halletje is een trap gesitueerd die naar het luik leidt waardoor de gasten naar binnen en buiten kunnen. Er zijn vier hutten met een tweepersoonsbed en in de overige hutten zijn smalle eenpersoonsbedden en stapelbedden te vinden. Simpel ingericht met een spiegel en een fonteintje. De tassen kunnen onder het bed worden geschoven. Naast douches en toiletten is er ook een wasruimte met een wasmachine, droger en linnengoed. Ook zijn de schoonmaakspullen hier te vinden. Ik neem het allemaal aandachtig in me op. 

Benedendeks ben ik nooit veel geweest. Als we gingen zeilen, dan waren we altijd buiten op het dek of in de roef van Almer, dat is het privévertrek van de schipper. Wat een verhalen leven er tussen deze muren. Eerst als vrachtschip en later als charter. En al die gasten die elk hun eigen ervaring meenemen na hun reis. Ik loop terug naar de roef en bedenk me dat het in die oude, vervlogen tijd ongelooflijk afzien moet zijn geweest om op een schip te leven met een gezin. De roef en het achteronder was de leefruimte voor het hele gezin terwijl het ruim plaats gaf aan de vracht die vervoerd moest worden. En de schippers in die tijd waren niet zo moeilijk, er moest geld op de plank komen dus ze wilden alles wel vervoeren, van suikerbieten tot mest. Dat is vast niet een vetpot geweest. 

Ik besluit een kopje koffie te zetten en ga op zoek naar een koffieapparaat. Alles is netjes achtergelaten na het onverwachte vertrek van Almer. In het kleine keukenkastje vind ik een Nespresso machine. Ha, die ouwe heeft smaak! In de kombuis van de gastruimte zag ik een apparaat met een isoleerkan staan, maar dit is veel lekkerder naar mijn mening. Nadat het Nespresso apparaat pruttelend het laatste beetje koffie in het kopje heeft geperst, ga ik op het achterdek zitten om te genieten van de spaarzame zonnestralen die door de wolken heen prikken. Het leven lacht me toe, geen idee hebbende wat de komende maanden mij gaan brengen. Ik pak mijn telefoon uit mijn broekzak en wil het nummer van Almer intoetsen om te vertellen dat ik goed ben aangekomen, maar het toestel gaat over op het moment dat ik daaraan wil beginnen. 

Verlangen op drift  #1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu