Ik kijk en zie Hicham naast de auto staan geschrokken kijk ik hem aan. Wat doet hij hier? Of beter gezegd wat moet hij van mij?
Zal ik gewoon wegrijden of niet? Hij klopt weer op mijn raam en ik besluit om mijn raam naar beneden te doen. Ik merk dat hij zenuwachtig is, voor wat geen idee.
Ik slik een brok in mijn keel weg opeens voelt mijn keel heel droog aan. Ik kijk hem aan en wacht tot dat hij wat gaat zeggen. Als ik zie dat hij moeite heeft om te beginnen met praten zeg ik wat.
"Wat moet je Hicham?"
Ik zie dat hij een brok in zijn keel wegslikt en mij met zielig aan kijkt.
"Kunnen we praten Aicha?"
"Geen tijd".
Ik doe mijn raam weer naar boven en ik zie dat hij wat onder mijn ruitenwissers zet en weg loopt. Met een volle vaart rijd ik weer terug naar huis, onderweg zet ik mijn auto aan de kant en begin ik uit het niets te huilen.
Ik weet zelf niet eens waarom maar de tranen stromen al naar beneden. Ik heb geen tijd om hier te zitten huilen om iemand die waarschijnlijk niks meer om mij geeft. Ik veeg mijn tranen weg en besluit om mezelf te trakteren op de mac.
Ik start de motor en begin weer te rijden naar de Mac. Als ik mijn auto heb geparkeerd kijk ik nog even in mijn spiegel om te kijken hoe ik er uit zie. Ik stap uit en loop de mac in waar ik gelijk mijn eten bestel.
Als ik mijn eten heb gegeten zoek ik een plekje achterin bij het raam. Ik kijk uit het raam en begin na te denken over alles.
*flashback*
Ik bleef maar mijn hoofd schudden en lachen. Je woorden waren maar al te perfect.
"Ik wil bij je zijn" fluisterde hij. Ik moest zo hard lachen dat mijn wangen pijn deden maar het voelde goed om gelukkig te zijn op dat moment.
"Ik ook bij jou Hicham".
Ik kon de verassing al in zijn stem horen.
"Wacht ben je serieus? En stop met lachen ik meen het ik wil echt bij je zijn" zei hij.
Ik lachte en verborg mijn lachbui die kwam, ik knikte met mijn hoofd als ja teken ook al kon hij mij niet zien.
*Einde flashback*
Zonder dat ik het door heb is er iemand tegen over mij komen zitten. Als diegene kucht schrik ik op en zie ik Hicham voor me zitten.
"Je liet me schrikken, stalk je mij ofs?"
"Nee alleen ik wil met je praten en dat moet nu".
"Hmm ik heb het druk".
Ik sta op en pak mijn dienblad en wil net weglopen als Hicham mij tegen houdt.
"Geef me 5 minuten meer vraag ik niet".
"Ik geef je 3 minuten".
Ik zie hem aarzelend kijken maar uiteindelijk begint hij te praten.
"Ik weet dat ik eigenlijk niet meer om je moet geven maar dat doe ik wel. Ik weet niet hoe ik mezelf moet veranderen. Ik krijg nog steeds vlinders in mijn buik wanneer je mij aankijkt. Ik heb geen spijt dat ik van je houd. Ik heb alleen spijt dat ik je mijn hart heb laten stelen en die niet meer heb terug gegeven" zegt hij.
Ik schudde langzaam mijn hoofd. Ik kon niet geloven dat Hicham dat net heeft gezegd. Ik kijk naar mijn horloge en zie dat de 3 minuten al om zijn.
"De 3 minuten zijn om" .
Ik pak mijn dienblad en gooi het afval weg en loop dan richting mijn auto. Ik stap de auto in en zet een rustig liedje op.
Ik wil natuurlijk niet weer gaan huilen ik besluit maar om vandaag een fake glimlach op mijn gezicht te zetten, zodat niemand ziet hoeveel pijn ik echt heb.
Als ik thuis ben aangekomen zie ik de auto van Nadir al staan. Ik loop naar binnen en zie hem op de bank zitten.
"Waar was je heen gegaan schat?"
"Ik was ff naar mc donalds gegaan".
"He bolle was het ontbijt niet goed genoeg voor je?"
"Blijkbaar niet als ik nog langs de mac moet" zeg ik geïrriteerd.
Ik schop mijn schoenen uit en ga naast Nadir op de bank zitten.
"Schat trek gemakkelijke kleren aan, want wij gaan wat leuks doen vandaag".
Ik sta met een zucht op en besluit om dan maar andere kleren aan te doen. Ik pak een zwarte broek en doe daar boven op een trui aan.
Ik kam mijn haar nog even snel uit en loop dan naar beneden waar ik Nadir al in zijn jas zie staan. Ik trek mijn schoenen en jas aan en loop hand in hand naar de auto van Nadir.
Samen stappen we in en zie ik dat hij richting Den Haag rijdt. Als ik zie dat we stoppen bij een kartbaan beginnen mijn ogen al te stralen.
Beiden stappen we uit en lopen we naar binnen Nadir loopt naar de balie en ik kijk even om me heen. Als Nadir klaar is loopt hij naar me toe en lopen we samen een trappetje af naar beneden.
Ik pak een helm en loop er mee naar de baan.
"Ben je er klaar voor schat?" vraagt Nadir.
"Tuurlijk de vraag is of jij er klaar voor bent".
Ik zie hem lachen en zijn hoofd schudden.
"Moge de beste winnen".

JE LEEST
Vriendinnen Bestaan Niet.
Ficțiune adolescențiHet verhaal gaat over Aicha, ze is 19 jaar en doet alles samen met haar wederhelft Amal. Ze woont samen met haar vader, moeder en haar broer. Haar moeder heeft sinds kort kanker. Haar band met haar broer is onbeschrijfelijk, ze zijn 2 handen op één...