"Wat knap!" roep ik verrast uit. De ogen van het beertje fonkelen van pret en trots. "Nu jij!" roept Pip vrolijk. "Oh, maar ik kan dat niet!" leg ik uit. "Ik ben geen faunaat, zoals jij. Volgens Julian en Jonas ben ik een elf." Het beertje houdt haar kop schuin. "Een elf?" Pip kijkt me vragend aan. "Maar waarom ben je dan in dit deel van het kamp met Julian en Jonas?" vraagt ze verbaast. Ze klapt met haar pootjes en verandert weer in het mooie meisje met krulletjes dat ze eerst was. "Jonas en Julian hebben me hierheen gebracht. Ik kom niet van hier." Pips nieuwsgierigheid is gewekt. "Niet van hier? Waar kom je dan wel vandaan? Toch niet van de schaduwkant?" Bij de laatste zin worden haar ogen groot als schoteltjes. Ik schud geruststellend mijn hoofd. "Nee hoor, niet van de schaduwkant." Ik heb nog nooit gehoord van de schaduwkant, maar het klinkt alles behalve goed. Ik vermoed dat de duistere krijgers daar vandaan komen. "Ik kom niet uit deze wereld, ik ben door één van jullie poorten hier naartoe gehaald door Jonas." Pips ogen worden nog groter. "Kom jij van... daar?" stamelt ze. Ik weet niet of 'daar' goed of slecht is, maar ik knik. "Ja, dat klopt." Dan zie ik dat Pips blik een blik van bewondering is. "Wow... Wat gaaf! Ik heb nog nooit iemand ontmoet van daar!" roept ze verwonderd. Ik grinnik. "Het is hier een stuk mooier en specialer dan waar ik vandaan kom, hoor!" verzeker ik haar lachend. Ze schudt haar hoofd. "Dat geloof ik niet! Ik wil altijd al een keer mee, maar Jonas en Julian laten me nooit gaan. Ik droom ervan om op een dag mee te kunnen, dat is mijn wens." Ik wil protesteren, zeggen dat mijn wereld saai is, maar de onschuldige ogen van het meisje zijn zo hoopvol dat ik het niet over mijn hart kan verkrijgen om haar droom stuk te maken. "Ik beloof dat ik je ooit meeneem, oké?" Het meisje knikt. Achter me komen Julian en Jonas aangelopen. "Ik zie dat je hier al aardig je draai hebt gevonden!" lacht Julian naar me. Doe een stap opzij, de jongens komen naast ons staan. "Wat is nu eigenlijk de bedoeling?" vraag ik. "Blijf ik hier bij jullie, tussen de faunaten?" Jonas en Julian kijken elkaar aan. "Ik denk dat we eerst maar eens langs Fortis moeten gaan." zegt Jonas. Ik knik. Ik heb werkelijk geen idee wie Fortis is, maar als dit legerkamp van hem is zal hij wel belangrijk zijn. "Mag ik mee?" Smekend trekt Pip aan Julians arm. "Alsjeblieft, alsjeblieft, alsjeblíeft?" Julian doet alsof hij het niet zeker weet. "Nou..." "Toe?" zegt Pip met onschuldige ogen. "Vooruit dan maar!" lacht Julian. Ik moet ook lachen. Met zijn allen lopen we door het legerkamp naar een grote tent in het midden van het kamp. De tent is reusachtig, en er staan bewakers bij de ingang. Jonas knikt naar de wachters, ze laten ons door. Ik wordt een beetje zenuwachtig als ik de tent binnenstap. In het midden is een soort geïmproviseerde troon, met daarop een wat oudere, niet al te vriendelijk uitziende man. Maar zodra hij ons ziet verandert zijn gezicht. Hij glimlacht breed, en ziet er opeens uit als de vriendelijkste man die ik ooit heb gezien. Ik kan niet anders dan terug lachen. "Jonas! Julian! Jullie zijn behoorlijk lang weggebleven! Ik dacht dat er iets aan de hand was!" De jongens grijnzen, Pip hangt nog aan Julians arm. "Elise is niet zo snel." lacht Julian. Ik kijk hem quasi-boos aan. "Misschien vliegt gewoon niet iedereen waar ik vandaan kom!" roep ik vrolijk. "Dus jij bent Elise?" vraagt de man opgewekt. Ik knik. "Ja meneer." De man buldert van het lachen. "Noem me alsjeblieft geen meneer, dan voel ik me zo oud! Ik ben pas 204 hoor! Zeg maar Fortis." zegt hij vriendelijk. 204 jaar oud.. Dat zal hier wel normaal zijn. "Oké." knik ik. "We zijn al een tijdje naar je op zoek, Elise! Fijn dat de broers hier je naar me toe gebracht hebben." Ik knik nogmaals, ik heb geen idee wat ik anders moet doen. "Je kent de voorspelling, toch?" vraagt Fortis. Ik schud mijn hoofd. "Helaas niet, de jongens hebben me niks verteld." De man kijkt verwijtend naar Jonas en Julian. "Dan moeten ze dat maar snel even gaan doen, denk ik."
JE LEEST
Unexpectedly [Voltooid]
FantasyHet leven van Elise (15) staat op zijn kop als haar ouders besluiten om te verhuizen naar het afgelegen Lakefield, aan de rand van het bos. Elise ziet het niet zitten, ze heeft haar hele leven in de stad geleefd en moet al haar vrienden achterlaten...