Hoofdstuk 28

16 1 1
                                    

Ik wrijf in mijn ogen en snuif de lucht van versgebakken broodjes op. Ik begin al wat meer gewend te raken aan het wonen in een huis. In mijn witte nachtjapon stommel ik de trap af. Als ik beneden kom zie ik dat iedereen al aan het ontbijten is en ik schuif aan. 'Goedemorgen Penelope!' Roept Carl uitbundig. Samanta rolt dramatisch met haar ogen naar hem. 'Lieverd noem haar nou gewoon Samira!' Carl lacht. 'Ja ik weet het, ik weet het! Ik moet er gewoon nog even aan wennen!' Ik glimlach en pak een broodje uit het rieten mandje. 'Geen punt hoor!' Jack kijkt me vriendelijk ook. 'Heb je lekker geslapen?' Ik bloos, zoals altijd wanneer hij tegen me praat. 'Ja! En jij?' Waarom geef ik nou altijd zulke saaie antwoorden? Maar Jack schijnt het niet op te merken. 'Ik ook.' Ik smeer wat boter en aardbeien jam op mijn broodje en begin te eten. Verbaasd kijk ik naar wat Samanta doet. Ze pakt een sinaasappel en loopt naar een vreemd apparaat met een soort spitse punt bovenop toe, en legt de sinaasappel op de punt. Dan draait ze aan een hengel en ineens loopt er sap uit een soort buisje! Samanta ziet de uitdrukking op mijn gezicht en barst in lachen uit. Haar rode krullen dansen mee alsof zij ook meelachen. 'Dit is een sinaasappel-perser!' Dan betrekt haar gezicht. 'Soms vergeet ik bijna hoe veel jij nog niet hebt geleerd. Als we nou gewoon eerder door hadden gehad hoe benauwend je het vond om binnen te zijn dan..' Ze slaat haar ogen neer. Ik schud mijn hoofd. 'Ik heb misschien niet de dingen geleerd uit het Westerse alledaagse leven, maar ik heb zó veel andere dingen geleerd!' Samanta en Carl kijken me nieuwschierig aan. Ik haal diep adem en begin te vertellen.

De broodjes zijn inmiddels afgekoelt wanneer ik klaar ben met mijn verhaal. Iedereen aan tafel is diep onder de indruk. 'Dus je hebt écht van je vader geleert hoe je aan het geroffel van de hoeven van de bizons kan horen hoe ver weg ze zijn, en of er zwakke runden tussen zitten?' Vraagt Jack bewonderend. Ik knik. 'Bizons vangen is eigenlijk een karwei voor mannen, maar ik hielp mijn vader vaak omdat niemand in mijn stam een beter gehoor heeft dan ik.' Jack zucht. 'Wauw. Ik zou zo graag al die dingen ook willen leren!' Samanta knikt. 'Ik ook. Maar mij lijkt het pas echt geweldig om de cultuur van zo'n indianenstam te ondervinden en om de mensen te leren kennen die onze prachtige dochter hebben opgevoed.' Carl knikt instemmend. Peinzend rol ik mijn haar om mijn vingers. Wat zou het fijn zijn om mijn familie, of nou ja soort van adoptiefamilie, weer eens te zien. Hoewel ik eindelijk een beetje aan de Westerse wereld begin te wennen, mis ik mijn oude leven en alle personen daarin nog enorm. Ik ben al maanden weg van mijn stam. Ik heb zoveel mogelijk de herinneringen aan mijn ouders weten weg te drukken maar nu ik weer aan ze denk stromen mijn ogen weer vol. Ook al ben ik niet hun biologische dochter, ze voelen als mijn echte ouders en daar gaat het om. Samanta en Carl kijken elkaar veelbetekenend aan en Carl neemt het woord. 'Samira, hoe zou je het vinden om samen met ons jouw stam te bezoeken?'

SamiraWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu