hoofdstuk 9

1.1K 33 5
                                    

9. Puur kwaad. O, great!

Nee, dit kon niet waar zijn! Ashley liet zich verloren op de grond zakken met haar mond nog steeds open. Dit was de laatste plek, waar Emily kon zijn. Waar was ze in hemelsnaam? Was ze dan toch weggegaan door hun gepest? Wat moest ze nu doen? Ze had nog steeds geen antwoorden en de nachtmerries zouden door gaan, maar hoe lang zou zij hen nog aankunnen? Verdomme, Emily, waar ben je?!

     Plotseling veerde Ashley overeind. Wacht eens even, dit kon ook niet waar zijn! Verwoed keek ze om zich heen, alsof ze verwachtte Emily verscholen in een hoekje te zien. Ze had wel degelijk een hond gehoord op de zolder en ze kon zweren dat ze een zachte ademhaling zelfs nu nog kon waarnemen.

     Daarom vroeg ze zachtjes: ‘Lou?’

     Duidelijker klonk nu links van haar het gestribbel van een hond die los wil breken en Ashleys ogen werden groot. Ze zag nog steeds niemand. ‘Lou?’vroeg ze voor de zekerheid nog eens. Nu klonk een luide kreet en opeens duwde een onzichtbare kracht haar tegen de vloer aan.

     Even was Ashley doodsbang, maar toen drong een hondengeur haar neusgaten in en voelde ze iets nats dat overduidelijk een tong moest zijn over haar wang strijken. Ze giechelde en duwde de onzichtbare Lou van zich af. Toen hij van haar af was gesprongen, stond ze weer op en klakte ongeduldig met haar tong.

     ‘Oké, oké,’klonk geërgerd vanuit een donker hoekje. Er klonk wat gemompel en ineens stond daar Emily weer en kon Ashley Lou zien die nog steeds tegen haar benen aan sprong voor aandacht. Ze krabbelde hem vertederd achter zijn oren en keek Emily met opgetrokken wenkbrauwen aan.

     ‘Je hebt me betrapt,’gromde Emily, ‘maar probeer jij je maar eens schuil te houden met die debiele hond in je armen.’

     Ashley kon voelen dat haar wenkbrauwen bijna achter haar haarlijn verdwenen en Emily zuchtte geërgerd: ‘Ja, al goed! Dat was een onzichtbaarheidsspreuk!’ Ashleys mond viel open. ‘Ja, leuk hè, Baby? Nu kun je dat meteen aan je vriendjes doorbrieven. Dan weten ze meteen dat hun roddels voor het eerst eens waar zijn. Dat is, tenminste, als jij je mond bij hen wel open krijgt.’

     Een gevoel bekroop Ashley. Het was eigenaardig, maar deze keer kon ze het niet onderdrukken en voor ze het wist, zei ze verontwaardigd: ‘Dat kan ik ook bij jou.’

    Beide meiden keken elkaar met open mond aan, maar toen herpakte Emily zich en zei nors: ‘Nou, daar was vorige week niets van te merken. Maar wacht..o,ja, dat klopt..je hoort nu bij hen! Je zult het wel lachen, gieren, brullen, hebben gevonden hoe ze me voor paal zetten, hè?’

     Ashley schudde haar hoofd en Emily snoof. ‘Dat zal wel. Waarom zei je dan niets? Was je zelf te laf misschien? Was je bang dat ze jou net zo hard zouden laten vallen als ze deden bij mij?’

    Ashley wendde boos haar gezicht af. Emily mocht niet zien dat ze een gevoelige snaar had geraakt. Dat was wel degelijk waar ze bang voor was.

     ‘Weten ze eigenlijk dat je hier bent?’vroeg Emily en ze pakte Ashleys kin ruw vast, zodat ze elkaar aan keken. ‘Nee, dat weten ze niet, hè?’ Ashley rukte zich los, maar bleef Emily grimmig aan kijken.

     ‘Wat doe je eigenlijk hier? Wil jij je positie nog wat meer verbeteren binnen de groep en heb je besloten om mij te bespioneren en op heterdaad te betrappen op magie? Wel, dan heb je nu je bewijs. Rot nu dan maar weer op!’

     ‘Ik wil eens antwoorden, Emily,’zei Ashley, terwijl ze van binnen jubelde dat ze opnieuw met slechts enige moeite een volledige zin had geproduceerd.

     Emily’s gezicht betrok.‘Je wilt zeker weten wat ik vorige week bij jou thuis deed, nietwaar?’

     ‘Onder andere.’

De Moderne AmazoneWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu