Hoofdstuk 63

317 24 2
                                    

Nog een kijke in Eva's jeugd...

Eva
'Kom, stap in,' zei Wolfs en hield het portier open. Ik keek hem vragend aan maar stapte toch in de auto.
'Waar gaan we helemaal heen dan?' Hij legde zijn hand op mijn bovenbeen en keek me aan.
'Je ziet het zo Eef. En je gaat het prachtig vinden.' Hij startte de auto en reed weg. Al snel had ik door dat we naar de Sint Pietersberg gingen. We liepen het laatste stukje naar boven en stopten op het punt waar je het mooiste uitzicht had over Maastricht. Wolfs sloeg zijn arm om me heen. Ik staarde naar de stad die een roze-achtige gloed kreeg door de ondergaande zon.
'Het is mooi, deze stad,' zei ik zacht. Wolfs trok me dichter tegen zich aan.
'Dat weet ik, daarom nam ik je mee. Vanavond zou er een mooie zonsondergang zijn.' Ik keek hem verbaasd aan.
'Heb je dat uitgezocht?' Hij knikte.
'Ja.'
'Dat vind ik echt heel erg lief van je, kom eens hier,' zei ik en trok hem in een knuffel. Hij hield me stevig vast. 'Dank je wel.'
'Graag gedaan schat.' Ik liet hem weer los en ging op de grond zitten.
'Heb ik je weleens verteld over vroeger?' Hij kwam naast me zitten.
'Ik weet wat je vader heeft gedaan. En van je moeder. Maar verder niet echt geloof ik.' Ik knikte.
'Toen mama nog leefde was er niks aan de hand. Alles was goed en fijn. Totdat ze overleed. Ik mocht niks meer van Henk. Hij begon me uit te schelden, praatte me een gevoel aan dat ik een nietsnut was. Dat ik waardeloos was en ik maar beter dood kon gaan.' Ik stroopte mijn mouwen op en draaide me naar wolfs toe. Ik liet mijn arm weer aan hem zien. Hij pakte hem vast en ging met zijn vinger over de littekens. 'Hij heeft me getekend voor het leven. Van binnen en van buiten. Alle vriendinnetjes die ik had lieten me barsten. Alleen maar omdat ik geen mooie kleren droeg, want die kreeg ik niet. Ik voelde me alleen. De enige die me niet liet barsten was Maus. Henk kon het niet hebben dat hij zwakbegaafd was, dus werd hij altijd geslagen als ik niet thuis was. Dan kwam ik thuis, moest ik alles schoonmaken en gaan koken. Maar ik kon helemaal niet koken.' Ik sloot mijn ogen om tegen de tranen te vechten. De beelden vlogen door mijn hoofd. 'Hij heeft me een keer met een fles wijn geslagen. Ik was meteen bewusteloos. Toen ik wakker werd, lagen er allemaal glasscherven en bloed om me heen. Ik stond op om naar boven te gaan. Maar hij hield me tegen. Hij begon me in elkaar te slaan. Ik heb weken niet kunnen hardlopen toen.' De eerste traan vond zijn weg naar beneden. 'Altijd heb ik me kut gevoeld. Altijd heb ik pijn gehad. Altijd bang geweest. Ik durfde niemand meer te vertrouwen. Ik kwam eens uit school, de eerste week van de middelbare zat erop. Henk had die week nog niks gedaan. 'Eefke ga je eten maken?' Vroeg hij. Bang voor wat er anders zou gebeuren deed ik dat. Toen ik na het eten alles opgeruimd had, zette hij me op het aanrecht. 'Je bent nu al dertien, het wordt tijd dat jij kennis maakt met de echte wereld,' zei hij toen. Hij begon me te zoenen en me te betasten. Toen ik hem wegduwde werd hij boos en pakte een mes. Hij bedreigde me en..en sneed me net onder mijn eigen littekens op m'n pols. Maar dieper.' Ik wees het lelijkste litteken op mijn pols aan. Wolfs keek me aan. Ik probeerde zijn blik te lezen. Hij leek verbaasd, misschien een beetje geschokt.
'Eef,' zei hij zacht. Hij ging met zijn vinger over mijn wang.
'Niet doen, alsjeblieft,' fluisterde ik en pakte zijn hand vast. Ik haalde even diep adem en veegde mijn tranen weg. 'Toen ik het bloeden gestopt had, ging ik naar mijn kamer. Daar stond hij. Hij wachtte op me, zei hij. Hij begon me weer te zoenen maar ik duwde hem weg. Ik werd in elkaar geslagen en als een balletje naar mijn bed gegooid. Daar begon hij me uit te kleden en vervolgens heeft hij me verkracht. De eerste keer. Ik verging van de pijn. Het was zijn bijna dagelijkse "pleziertje". Ik heb jaren zo geleefd zonder dat iemand ook maar iets doorhad. Behalve de wijkagente die ik als enige persoon in mijn leven vertrouwde. Marion. Zonder haar zat ik hier nu niet, dan had ik zelfmoord gepleegd. Toen ik zeventien was heb ik mijn eindexamen gehaald en ben uit huis gegaan. Ik heb Maurice meegenomen en ben de Politieacademie gaan doen. Ik heb nooit meer wat van Henk gehoord. Behalve die keren waar jij bij was en toen ik te horen kreeg dat hij dood was.' Ik liet zijn hand los en liet mijn tranen lopen.
'Hoe heb je dat in godsnaam volgehouden?' Vroeg Wolfs.
'Ik moest wel. Opgeven was geen keus. En daarbij, ik kon Maus toch niet achterlaten.'
'Eef, laat het toe.' Ik knikte en hield me niet meer in. Ik schoof naar Wolfs toe en liet me in zijn armen vallen. 'Het is goed Eef. Hij kan jullie niks meer doen. Je bent veilig nu.' Ik knikte en maakte me na een tijdje weer los uit zijn greep.
'Dank je wel, dat je naar me luisterde,' zei ik zacht. Wolfs veegde glimlachend de tranen van m'n gezicht.
'Altijd. Dat weet je toch?'
'Ja.' Hij stond op en reikte zijn hand naar me uit. Ik pakte 'm vast en hij hielp me overeind. Ik ging voor hem staan en keek hem doordringend aan. 'Ik hou van je, echt heel erg veel.' Wolfs veegde nog een keer over mijn wangen.
'Ik hou ook heel erg veel van jou, echt heel erg veel.' Hij drukte een kus op mijn lippen. 'Kom, dan gaan we een stukje lopen.' Ik knikte en pakte zijn hand vast. In stilte liepen we een eind totdat we weer bij de auto waren. 'Eef? Gaat het?' Vroeg Wolfs toen we allebei ingestapt waren. Ik knikte glimlachend.
'Ja, het gaat.'
'Zeker?' Ik legde mijn hand op de zijne.
'Ja, zeker. Ik vind het alleen moeilijk om over mezelf en vroeger te praten, maar dat weet je.'
'Ja. En ik vind het heel fijn dat je het mij wel durft te vertellen. Dat je mij wel vertrouwd.'
'Natuurlijk, gekkie.'
'Ik ben trots op je Eef.'
'Ik ook op jou Wolfs.' Ik kneep kort in zijn hand waarna hij de auto startte en naar huis reed. Eenmaal daar liepen we naar de deur. Er stond nu een grote ooievaar buiten met daarop "hoera! Een tweeling! Reza en Rosan ❤️". Wolfs maakte een foto en sloeg een arm om me heen.
'Waar hadden jij en Lynn het straks over?' Vroeg hij ineens.
'Niet echt iets bijzonders. Ze miste me, zei ze.'
'En wat zei jij?'
'Dat ik haar ook mis. Want dat is waar.'
'Dat is toch ook logisch? Je was haar tweede mama geworden. En zij onze dochter. Ik mis haar ook.' Ik glimlachte kort naar hem. 'Kom, dan gaan we naar binnen.' We liepen naar binnen en zagen Fleur en Lynn dicht tegen elkaar aan zitten.
'Hey, we zijn er weer,' zei Wolfs. Ik hing mijn jas op en zag Lynn met een betraand gezicht zitten.
'Lynn? Wat is er?' Vroeg ik. Ze stond op en rende in mijn armen. Ik pakte haar vast.
'Jason heeft een ongeluk gehad met de scooter,' huilde ze.
'Wat? Hoe is het met hem?'
'Hij ligt in coma. Geen botbreuken of iets maar wel in coma,' antwoordde Fleur nu.
'Jezus,' zei ik zacht. Ik pakte Lynn wat steviger vast. 'Het is goed Lynn. Laat het maar gaan.' Het stoere meisje van zeventien veranderde plots in een heel breekbaar, klein meisje. En ik moest haar troosten.
'Wat als hij het niet haalt?' Huilde ze.
'Hij haalt het wel Lie. Echt.' Ik keek hulpzoekend naar Fleur die haar schouders ophaalde.
'Dat weet je niet.' Ik liet haar los en pakte haar hoofd vast.
'Lynn. Lynn kijk me aan. De artsen doen er alles aan om hem te redden. En Jason is een vechter. Die geeft niet zomaar op. Ik ga zo naar het ziekenhuis bellen om te vragen hoe het met hem is, oké?' Ze keek me alleen maar aan. 'Oké?' Vroeg ik nog een keer. Ze knikte en begon weer te huilen. Ik nam haar mee naar de bank. Wolfs schoof wat op en Fleur maakte plek voor ons vrij door naar de stoel te verhuizen. Ik keek haar dankbaar aan. We gingen zitten en ik leunde tegen Wolfs aan. Lynn kwam erbij zitten en kroop dicht tegen me aan.
'Het komt goed Lynn. Ik beloof het je.' Ik pakte haar vast. Ik haalde mijn telefoon uit m'n kontzak en gaf het aan Wolfs.
'Kun je het telefoonnummer van het ziekenhuis zoeken?' Hij knikte en al snel kreeg ik m'n telefoon terug. Ik belde het ziekenhuis en dokter Boz nam op.
"Goedenavond AZM Maastricht, u spreekt met dokter Boz. Kan ik u helpen?"
'Goedenavond. U spreekt met Eva van Dongen. Ik wil graag weten of Jason Derks bij jullie is binnengebracht?'
"Ja. Een halfuur geleden op de spoedeisende hulp. Scooterongeval."
'Hoe is het met hem?'
"Bent u familie?"
'Nee.'
"Mevrouw van Dongen u weet dat ik dat dan niet mag zeggen."
'Luister, Boz. Weet je nog toen ik een tijd terug een in elkaar geslagen meisje kwam ophalen?'
"Ja, dat weet ik nog."
'Ja, het is haar vriendje en ze is compleet over de rooie dus het zou héél fijn zijn als u meewerkt en me verteld hoe het met hem is.' Ik hoorde hem zuchten.
"Mevrouw van Dongen, dat is niet volgens het protocol dat weet u."
'Ja, dat weet ik. Maar ik weet ook dat ik hier met een meisje zit dat het heel erg zou waarderen als ze te weten kreeg hoe het met haar vriendje is,' zei ik nu lichtelijk geïrriteerd. Ik voelde een hand van Wolfs op mijn schouder als teken dat ik rustig moest blijven.
"Oké oké. Hij ligt in coma. Hij heeft geen breuken of lichamelijk letsel opgelopen. Over hersenletsel is nog niets bekend. Hij overleefd het wel. We weten niet wanneer hij wakker wordt. En hoe zijn toestand is als hij wel wakker wordt."
'Oké, is er iemand bij hem?'
"Ja. Zijn moeder."
'Oké, dank u wel.'
"Sterkte en een fijne avond nog."
'Van hetzelfde,' zei ik en hing op. Lynn keek me hoopvol aan. 'Geen nieuws. Coma, geen botbreuken of lichamelijk letsel. Over hersenletsel is nog niets bekend. Hij overleefd het maar ze weten niet wanneer hij wakker wordt en hoe zijn toestand dan is.'
'Niks wijzer dus. Was er iemand bij hem?'
'Ja. Zijn moeder.' Ze knikte en staarde weer voor zich uit. 'Wil je erheen?' Weer knikte ze. Ik keek Wolfs aan, die knikte.
'Ga maar,' fluisterde hij. Ik keek hem vragend aan. 'Ja, echt. Ga.' Ik glimlachte dankbaar naar hem.
'Lynn, we gaan.'

Sorry dat ik weer zo laat ben! Ik hoop dat Julie dit alsnog een leuk deeltje vonden 🙃
Vergeet niet te stemmen, reageren en een vraag (of vragen 😜) achter te laten voor een Q&A!
Liefs X

Safe?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu