Hoofdstuk 2

861 25 2
                                    

Met pijn in mijn buik reed ik langzaam terug richting de Ponti. Mijn 'thuis' maar zo voelde het al heel lang niet meer. Als ik eerlijk tegenover mezelf ben, al sinds Frank's dood niet meer. Wolfs had, in die 4 jaar dat we nu samen zijn, het onderwerp 'verhuizen' regelmatig aan proberen te snijden. Vooral toen ik zwanger van Roos bleek te zijn vlogen zijn argumenten mij om de oren. Maar koppig als ik kan zijn wou ik er nooit een woord over horen dus heeft Wolfs het maar opgegeven. Diep in mijn hart weet ik dat de Ponti niet dé plek is waar ik Roos op wil laten groeien. Maar wat ik ook doe, het lukt me niet de Ponti los te laten. Frank was de eerste persoon waar ik me veilig voelde. Voor mijn gevoel is de Ponti het enigste wat ik nog van hem heb. Aan de andere kant weet ik ook dat ik Frank te kort doe. De Ponti wordt niet gebruikt waar Frank hem voor bedoeld had. Het verkeerslicht sprong voor mijn neus op rood. Ik zuchtte lichtelijk geïrriteerd en keek door de spiegel naar mijn meisje die in haar autostoeltje druk met Pip in de weer was. 'Twee, Twee, Twee' Mijn dochter had ontdekt dat ze niet alleen geluid uit dat ding kreeg door in haar pootje te knijpen maar ook door op de cijfers te drukken. Lachend schudde ik mijn hoofd en reed verder.

Ik zag de auto van Wolfs al voor de Ponti staan en parkeerde mijn auto voor de zijne. Ik sloot kort mijn ogen. Ik hoopte niet dat hij me vanmiddag het bureau uit had zien rennen. Voor ik hem confronteer met iets wat misschien niet waar is, wil ik morgen eerst horen wat Marion te zeggen heeft. Vanavond zou ik me zo normaal mogelijk gedragen. Wolfs mag geen argwaan krijgen. Ik tilde Roos uit haar autostoeltje en kuste haar op haar wang. Roos had de auto van haar vader ook al zien staan en wees er vrolijk naar. "Papaaa." Ik haalde mijn handtas uit de auto en keek trots naar mijn slimme meisje. "Ja, papa's auto hè? Dat heb je goed gezien, schat. Zullen we maar snel naar papa gaan dan?" Roos knikte. "Papa toe!" Ik haalde nog een keer diep adem en liep toen langzaam de Ponti binnen. "Lieverd, we zijn thuis." Beneden zette ik Roos op de grond die meteen naar Wolfs vloog. "Papa!" Wolfs tilde haar op en zwierde haar in het rond. "Hee mooi prinsesje van papa!" Hij zag meteen de knuffel die zijn kleine prinses vast had. "Wat heb je daar voor moois?"Ik zag hoe de oogjes van Roos begonnen te stralen. "Pip! Mama gekege!" Wolfs drukte een kus op de top van haar hoofd. "Die is gaaf! Heb je die van mama gekregen? Wat lief van mama." Roos kneep in het handje waardoor Pip begon te zingen. "Pip inge! Oos mooi!"Ze moest lachen en keek weer naar haar vader. "Mama ief!" Wolfs glimlachte lief naar zijn dochter. "Wauw, wat kan Pip mooi zingen.Jij hebt de liefste mama van de hele wereld dat je die zomaar krijgt." Hij liep op me af, met Roos nog steeds in zijn armen, en kuste me teder. "Dag, schatje van me." Hij streek lief met zijn hand over mijn wang. "Je ziet er moe uit, prinses van me." Ik gaf niet snel toe maar ik had vandaag geen zin me sterker voor te doen."Ik ben ook heel erg moe, lieverd." Ik zag dat ik hem nu bezorgd had gemaakt. Hij keek naar zijn dochter. "Hee, Roosje, wil jij papa een beetje helpen met koken? Vind je dat leuk?" Ik zag mijn peuter vrolijk knikken. "Jaa! Oos eut!" Hij zette Roos in haar kinderstoel en gaf haar een kom en een lepel. "Ga jij maar mooi roeren voor papa, prinses." Hij liep weer naar mij toe en nam me aan mijn hand mee naar een stoel waar hij me opzette. "En jij blijft hier rustig zitten tot het eten klaar is, schat. Daarna breng ik Roos naar bed en zorg ik voor jou." Hij zag dat ik iets wou zeggen maar was me voor. "En ik wil geen gemaar horen, Eva van Dongen." Hij drukte een lieve kus op mijn slaap en liep terug naar Roos. Ik keek naar mijn 2 liefdes en vocht tegen mijn tranen. Mijn Wolfs was zó vreselijk lief, hij kon toch geen ander hebben? 

Troubles in paradise (Flikken Maastricht)Where stories live. Discover now