HOOFDSTUK 3:

148 6 1
                                    

Ik neem een grote hap lucht , ik open de klap deuren en liep mijn school binnen. Er komen een paar mensen op me af om te vragen wat er gebeurd was. Omdat ik vrijdag verder niet naar school was geweest en het nu maandag is, is het nog nieuw voor ze dat mijn arm met een band aan mijn nek hangt. En trouwens dat mijn ene wang helemaal blauw was. Ik verzin snel een smoes dat ik van de trap ben gevallen en mijn wang blauw werd van de klap op de houten vloer. Ik haat Ryan nu wel zo erg dat ik hem voor schut zou kunnen zetten door het iedereen te vertellen. Maar ik hou er absoluut niet van om in het middelpunt te staan of zwak te lijken.

Ik loop verder de school in nadat ik met een paar mensen heb gepraat en loop naar Caitlin toe. Ik geef haar een knuffel en we praatten nog totdat de bel ging. We lopen met zijn allen de klas binnen en komen er pas weer uit na een blokuur Nederlands. Ik en Caitlin zijn op weg naar de plek waar we altijd met onze vrienden groepje pauze houden. Louis, Eleanor, Callum, Liam , Caitlin en ik. We zitten niet bij elkaar in de klas, maar we kunnenn het goed met elkaar vinden. Ik en Caitlin gaan bij hun zitten. 'Ik heb gehoord wat er is gebeurd, Cher.' begint Eleanor. 'Van de trap gevallen toch?' gaat Louis verder. Ik keek even naar de grond. Mijn vrienden kan ik wel vertrouwen, toch? 'Uhm.. nouja..' mompelde ik. Ik maak een gebaar dat ze even mee moeten lopen naar buiten. We lopen met zijn allen naar buiten. Op het schoolplein is bijna niemand. Alleen een stel bruggers die zaten te ping-pongen. 'Ik ben niet van de trap gevallen jongens, ik wil dat niemand dit weet oké?' zeg ik. Iedereen knikt één voor één, behalve Caitlin want die weet het natuurlijk al. 'Ik heb het uitgemaakt met Ryan, en hij werd heel erg boos, dus besloot hij me maar in elkaar te meppen.' ratel ik aan één stuk door. Sommige kijken geschokt. En de rest, die had het natúúrlijk al verwacht. Fijn jongens, dat ik ook nog is wat te horen krijg. Liam begint te praten. 'Het spijt me erg voor je Cher, maar je verdiend veel beter.' Callum knikt heftig. 'Hij is een klootzak, het is alleen jammer dat je er zo achter moest komen.' Weer knikt iedereen.

Even later na een hoop meelevende reacties van mijn vrienden gaat de bel en we lopen naar onze lessen. De dag vliegt voorbij. Als ik en Caitlin onze jassen hebben gepakt lopen we de school uit. 'Pff , ik heb wel geluk gehad dat ik Ryan vandaag niet ben tegengekomen zeg..'  Caitlin knikt. 'Ik ga gelijk door naar Luke.' zeg ik. 'best.' gromt ze zacht. Ik geef haar nog een knuffel en loop dan richting Luke's huis. Ik weet heel goed waarom ze zo chagrijnig doet. Caitlin mag Luke absoluut niet. Ik weet niet of het is omdat ze iets hebben gehad of dat het om mij gaat. Maar Luke die doet gewoon aardig tegen Caitlin. Ik loop over een grindpad naar Luke's huis. Eenmaal bij zijn huis aangekomen druk ik op de deurbel en bijna gelijk daarna gaat de deur open. Luke staat in de deuropening. Ik glimlach. Hij omhelsd me stevig. 'Auuw.' zeg ik zacht en hij laat me lachend los. 'Sorry.' zegt hij terwijl hij me binnen laat. Hij bied me wat cola aan en we gaan op de bank zitten. 'Het spijt me voor je van Ryan, als ik wat voor je kan doen, zeg je het maar.' zegt hij en geeft me een knipoog. Ik glimlach naar hem. Altijd lief en hij liet me nooit in de steek. We hebben ook nog nooit ruzie gehad. 'Hoe gaat het met je arm? Doet het nog pijn?' Hij kijkt me nieuwschierig aan. 'Ja, maar er hebben veel mensen op mijn gips geschreven.' glimlach ik. Luke grijnst. 'Mag ik?' vraagt hij. Ik knik grinikkend. Ik kijk naar alle lieve berichtjes die op mijn gips staan. Het is jammer dat ik al die lieve mensen moet voorliegen. Luke begint te schrijven. Als hij klaar is glimlach ik. Ik geef hem een knuffel. De tranen beginnen weer in mijn ogen te prikken. Ik probeer ze in te houden om niet zwak te lijken. Luke ziet het meteen. 'Lieverd, je hoeft je toch niet groot te houden voor mij!' Luke pakt me weer vast. Maar dan zit ik deze keer op zijn schoot, mijn hoofd rust op zijn borst en mijn armen hangen om zijn nek. Ik snik zachtjes. 'I-ik was zo b-bang' Stotter ik zacht. Luke aait zacht over mijn rug. 'Het was n-net als..' Ik ben even stil. 'Als bij mijn vader.' Zeg ik waarna ik in tranen uitbarst. Luke kijkt me even aan. 'Je zal je vader nooit meer zien, hij is weg.' zegt hij. Ik begin nog harder te huilen. 'Shh.. rustig maar kersje.' zegt hij. De meeste mensen noemen me Cher, maar Luke is de enige die me kersje (Cher+ry is dus in het Nederlands kers) noemde. Hij is ook de enige die me zo mag noemen trouwens. Ik hield hem stevig vast. Niks was beter dan de knuffels van Luke. Gewoon omdat ik hem al zo lang ken en hij mij het beste begrijpt. Begrijp me goed, ik zal hem nooit als vriendje willen, maar ik geef echt heel veel om hem. Hij is als een broer voor me. Ik kijk hem even aan. 'Dankje, Luke, ik hou van je.' Ik ga weer naast hem zitten. 'Ik hou ook van jou.' glimlacht hij. Ik veeg mijn tranen weg. Ik ga op zijn schoot liggen en we kijken een film totdat ik naar huis moet. Ik zeg hem gedag en loop daarna naar huis. Onderweg zie ik in de verte een figuur rondlopen. Normaal zie je dat wel meer natuurlijk, maar ik loop op een stuk dat best wel verlaten is, mede omdat het 7 uur 's avonds is. Het figuur komt steeds dichterbij. Het ziet eruit als een jongen. Geen bekende, dat weet ik wel. Ik ben al een beetje geschrokken omdat ik dacht dat er een kleine kans kan zijn dat het Ryan is. Inmiddels zie ik een jongen met bruin, krullend haar dichterbij komen. Pas wanneer hij me bijna nadert zie ik dat zijn ogen groen zijn. Niet zomaar groen, maar een betoverende kleur. Hij kijkt me strak aan. Als hij me gepasseerd is loop ik snel door. Creepy.

Even later open ik de deur van mijn huis en loop naar binnen. Ik had bij Luke al gegeten dus ik zit vol. Ik zeg mijn moeder gedag en ga naast haar zitten op de bank. Ze slaat haar armen om mij heen en geeft me een kus op mijn hoofd. Zo blijven we zitten tot 10 uur. Ik zeg mijn moeder gedag en loop rustig naar boven. Mijn pyjama pak ik uit mijn kast en kleed me om. Als ik me naar het raam draai zie ik dat de gordijnen nog open zijn. Ik loop naar het raam en ik kijk even naar buiten. Ik zie een figuur staan in de bosjes die naar mij staart. Ik krijg kippenvel en ik kijk aandachtig naar het persoon. Als ik goed kijk dan lijkt het op die jongen van net. Wat? tss.. dat kan niet Cher, je verbeeld je vast dingen. Snel doe ik de gordijnen dicht en kruip ik onder de dekens..

Caught in the houseWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu