Hoofdstuk 39

171 12 6
                                    

Verstijfd sta ik op het altaar. Thijs loopt langzaam naar voren. Ik hoor de snelle voetstappen van Barbara achter me en ze gaat naast me staan. 'Hoho, jongeman,' zegt Barbara. 'Waar gaan wij heen?' Thijs richt zijn pistool nu op Barbara, en Barbara deinst geschrokken achteruit. 'Ik ga nergens heen,' zegt Thijs kalm. 'Maar jij wel. Moven. En waag het niet om de politie te bellen.' Thijs draait zich om. 'Dat geld voor jullie allemaal.' Zijn stem galmt dreigend door de kerk heen. Thijs draait zich weer om en kijkt me indringend aan. 'Nu is het alleen jij en ik,' zegt Thijs. 'Er is nu niemand meer die je kan beschermen. Geniet maar van je laatste minuten, Sascha.' Een rilling trekt over mijn rug. 'Waarom, Thijs?' vraag ik schor. Thijs kijkt me niet begrijpend aan. 'Waarom wil je me dood hebben? Waarom heb je al bijna mijn hele leven verpest en wil je nu ook al mijn moeders uitvaart verzieken?' Thijs is niet onder de indruk van mijn woorden. Kalm zet hij nog een paar stappen mijn kant op. Onwillekeurig doe ik een stap naar achter. Thijs ziet het en zijn mondhoeken krullen om in een gemene grijns. 'Je bent nog steeds bang, Sascha,' zegt Thijs langzaam. 'Bang voor alles. Bang om te leven, bang voor mij.' Schamper lach ik. 'Bang voor jou?' zeg ik. 'Dat mocht je willen, Thijs. Die tijd is voorbij. Jij bent zwak en ik sterk. Jij hebt me misschien in je macht gehad, maar die tijd is ook voorbij.' Ik loop het altaar af en ga voor Thijs staan. Thijs deinst tot mijn genoegen iets naar achter. Dan hoor ik iemand roepen. 'Sascha!' Het is Thomas. 'Ga weg! Nu!' Thomas' stem slaat over van angst. Thijs' grijns groeit weer op zijn gezicht en hij richt het pistool langzaam weer op. 'Wacht,' zeg ik snel. 'Ik wil nog iets weten.' Thijs kijkt me vragend aan. Ik wend even mijn blik af en zoek naar Thomas. Als ik hem heb gevonden, knik ik hem even toe. Thomas knikt ook en glipt onmerkbaar de kerkbank uit. Ik hoop dat hij mijn plan snapt. 'Wie heeft mijn moeder vermoord?' vraag ik met trillende stem. Thijs lacht. Zijn lach klinkt vreugdeloos en het echoot door de kerk. 'Dat doet er nu niet meer toe,' zegt Thijs. Mijn woede borrelt weer op. 'Dat doet er wel toe, Thijs!' Ik schreeuw het bijna uit. 'Waarom wil je mijn hele leven verpesten? Ik word gek van je!' Woedend kijk ik hem aan. Thijs lijkt zoals altijd niet onder de indruk en hij kijkt me kalmpjes aan. 'Ja, waarom eigenlijk?' zegt Thijs en hij doet alsof hij nadenkt. 'Het is leuk om te doen.' Mijn mond zakt open. Thijs is echt rijp voor het gekkenhuis. Thijs zet weer een stap naar voren en nu staan we recht voor elkaar. Thijs richt het pistool langzaam op mijn hoofd. Ik kijk in zijn ogen, en ik zie alleen maar bloeddorst. Dan hoor ik vaag een sirene die al snel harder wordt. Thijs' blik veranderd, en zijn ogen staan nu vol woede. Het ziet er angstaanjagend uit, en ik deins achteruit. 'Jij... Vuile trut!' Thijs brult de laatste woorden uit. Ik zet nog een paar stappen naar achter. Dan worden de deuren met kracht opengegooid, en er rennen een paar bewapende politiemannen naar binnen. Thijs kijkt even achterom, en daar maak ik gebruik van. Ik draai me om en begin te rennen. Dan hoor ik een oorverdovende knal, en dan voel ik een helse pijn in mijn buik. Ik schreeuw het uit van de pijn en ik zak door mijn benen. Alles wordt zwart en ik voel geeneens meer dat ik met een smak op de grond val.

Hiii
Arme Sascha:( wat gaat er nu gebeuren? Ik kan jullie wel vertellen, het einde van het boek is in zicht:(
Ik zit te denken.. Zal ik nog een boek gaan schrijven uit de ogen van Thijs? Laat het weten in de comments x
Vote/comment/follow?

AngstWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu