Angst

Hoofdstuk 6

Thijs staat voor de deur. Meteen gooi ik de deur weer dicht maar Thijs heeft zijn voet al tussen de deur gezet. Ik kijk hem aan. 'Wat wil je van me?' zeg ik boos. 'Geld,' zegt Thijs. Ik word weer boos en trap op zijn voet. Thijs schreeuwt het uit. Snel gooi ik de deur dicht. Weer een voordeel van hakken. 'Kut wijf!' schreeuwt Thijs en ik zie hem heen en weer hinkelen door de vormen van het glas heen. Opeens bukt Thijs. Wat doet hij? Opeens weet ik het en ik duik naar beneden. Net op tijd. Er vliegt een steen door het glas heen. Ik hoor Julia gillen. Ik kijk op en zie dat Thijs naar de deurklink zoekt. Dan hoor ik Julia zachtjes mijn naam fluisteren. Ik kijk om en zie dat Julia een mes naar me toe schuift. Er zit nog een restje pindakaas op. Ondanks de situatie moet ik zachtjes lachen. Dan hoor ik een klik. Thijs heeft de deur open gemaakt. Snel sta ik op en verberg ik het mes achter mijn rug. Thijs staat voor me. 'Ga uit mijn huis,' zeg ik met trillende stem. Thijs grijnst. 'Ik blijf waar ik ben, darling.'  'Wat kom je hier doen?' vraag ik achterdochtig. 'Geld halen,' zegt Thijs. 'Jammer Thijs, maar dan moet je naar de bank gaan, niet naar mij.' Dat had Thijs niet verwacht. Opeens zie ik achter in zijn kontzak iets glinsterends zitten. Een mes. Thijs ziet me kijken en haalt het mes uit zijn broekzak. Hij streelt mijn wang met zijn mes. 'Bang, liefje?' Ik trek mijn hoofd weg. Opeens voel ik een stekende pijn net boven mijn hart. Uit verdediging steek ik het mes recht in zijn buik. Dan val ik op de grond. Alles draait voor mijn ogen. Vaag hoor ik een sirene. Dan wordt alles zwart.