Hoofdstuk 15

40 0 2
                                    

-Fenna-

Ik loop het bureau binnen. "Goede morgen." Groet ik Evert en Bram. "Morgen." Antwoordt Evert. Bram wrijft in zijn gezicht. "Heb je een beetje geslapen?" Vraag ik aan Bram. Hij schudt zijn hoofd. "Ik haat wachten. Ik wil gewoon met haar praten." Zucht hij. "Dat komt vanzelf. Ze moet eerst herstellen." Antwoord ik. "Ze bellen toch? Als ze aanspreekbaar is?" Ik knik. "Ik heb het opgezocht. Het ligt eraan wat ze haar hebben gegeven, maar het duurt hooguit 30 uur voordat het is uitgewerkt. Ze moeten ons echt voor de lunch bellen." Zegt hij. "Heb nou maar gewoon wat geduld. Jullie hebben haar tenminste al gezien." Zucht Evert.

De telefoon gaat. "Met Bram Amezian." Neemt Bram vlug op. Evert en ik kijken hem vol verwachting aan. "Ja?" Zegt hij. "Oké. Ja, we komen er nu aan." Hij legt de hoorn op de haak. "We mogen bij haar." Zegt hij terwijl hij zijn jas aan trekt. Met zijn drieën haasten we ons het bureau uit.

Liselotte is overgeplaatst naar een afdeling. We stappen de lift in. "Ik hoop dat ze een kamer voor zichzelf heeft. Voor we het weten zit de pers er bovenop." Zeg ik. "Ik neem aan dat ze daar wel rekening mee gehouden hebben." Antwoordt Evert. We stappen de lift uit en we lopen de afdeling op. "Er mag maar één iemand bij haar." Waarschuwt een verpleger als we alle drie voor de deur staan. "Met zijn drieën is echt te druk voor haar. Ze kan zich niks herinneren van de afgelopen jaren." Legt hij uit. "Helemaal niks?" Vraagt Evert verbaasd. "Nee, het laatste wat ze zich kan herinneren is dat ze weg ging van het bureau." Legt hij uit. "Dat is zeven jaar geleden." Constateert Bram. "Ja, we weten nog niet hoe het kan. De onderzoeken wijzen niks uit." Antwoordt hij. "Mag ik...?" Vraagt Bram terwijl hij naar mij en Evert kijk. Ik knik. "Ja, ga maar. Wij wachten hier."

SpoorloosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu