Hoofdstuk 45

40 1 2
                                    

-Liselotte-

"Ik..." Mijn stem klinkt anders dan normaal. Ik krijg het er met moeite uit. Kom op, Lies. Zeg het. "Ik denk..." Met moeite kijk ik Bram aan. Hij knikt me bemoedigend toe. "Wat denk je?" Vraagt hij geduldig. "We komen hier niet weg." Er loopt weer een rilling over mijn lijf. Bram trekt me nog dichter tegen hem aan, maar het gaat niet helpen. Het duurt niet lang meer tot mijn lichaam zo onderkoelt is dat ik buiten bewustzijn raak. Dan is het gedaan. Bram kan het nog wel overleven, als ze ons op tijd vinden. Ik zit al uren langer in deze koelcel dan hij. "Zeg eens wat." Zeg ik moeizaam tegen Bram. Ik kan niet stoppen met klappertanden. "Waarom sloeg je op de vlucht?" Vraagt hij. Mijn ogen vallen half dicht. Wakker blijven, Liselotte. Wakker blijven. "Ik weet het niet." Antwoord ik. "Denk je dat je het gedaan hebt?" Vraagt hij specifieker. "Ik... ik weet het niet." Antwoord ik hopeloos. "Ik denk dat het van Maren was. Denk je niet? Hij heeft jou zeven jaar lang vastgehouden hier. Toch?" Vraagt hij. "Ik.. ik denk het." Snapt hij dan niet dat ik me nog steeds niks kan herinneren? Hij wrijft over mijn arm. "We komen hier wel uit." Zegt hij bemoedigend. Mijn ogen worden steeds zwaarder. "Lies?" Hoor ik ergens in de verte. Het klinkt dof. "Lies, alsjeblieft!" Ik probeer iets terug te zeggen of mijn ogen te openen, maar het lukt niet. Ik voel niks meer. Bram zijn stem klinkt ver weg. "Lies, alsjeblieft! Ik.. ik hou van je."

SpoorloosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu