Hoofdstuk 38

28 1 1
                                    

-Fenna-

Ik loop het bureau binnen. "Hey Bram." Zeg ik. Ik frons mijn wenkbrauwen als ik alle papieren op zijn bureau zie. "Hoe lang ben jij hier al?!" Vraag ik verbaasd. Hij kijkt op de klok. "3 uur, misschien 4..." Mompelt hij zonder op te kijken. "Ben je al iets wijzer geworden?" Hij kijkt me aan. "Liselotte belde me vannacht. Ze wil niet zeggen waar ze is en ze wil al helemaal niet terugkomen." Zegt hij. "Is ze oké?" Vraag ik bezorgd. "Buiten dat ze zeven jaar lang ontvoerd is geweest en gezocht wordt voor moord wel geloof ik." Antwoordt hij. "Dit gaat raar klinken, maar je moet even luisteren." Zegt hij serieus. Ik ga op mijn bureaustoel zitten en ik kijk hem afwachtend aan. "Wat als Willemsen er niks mee te maken had en het een afleidingsmanoeuvre was? We hebben het altijd op Willemsen gemunt en we kwamen geen steek verder. Wat als het iemand anders was?" Zegt hij. "Ja, dat zou best kunnen. Maar wie dan?" Antwoord ik. "Van Maren." Ik begin te lachen. "Zijn geest?" Bram blijft me serieus aankijken. "Ja, hij is doodverklaard. Maar hebben we ooit zijn lichaam gezien?" Ik schud mijn hoofd. Evert komt het bureau binnenlopen. "Morgen." Zegt hij. We groeten hem terug. "Waar zijn jullie mee bezig?" Vraagt hij en hij laat zich op zijn bureaustoel zakken. "We hebben een nieuwe verdachte in Liselotte's zaak." Evert schiet overeind. "Wie?!" Vraagt hij nieuwsgierig. "Van Maren."

SpoorloosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu