Bijverschijnselen

51 3 3
                                    

Wendy kreunt hard. Zo'n erge pijn had ze zelfs niet toen ze met haar hoofd tegen een boom was gegooid. Ze rolt zich op de grond als een balletje in elkaar terwijl ze nog steeds haar armen om haar hoofd heeft geslagen.
"Wat is er aan de hand?"
Mason staat in de deuropening. Zodra hij haar op de grond ziet liggen hurkt hij naast haar.
"Gaat het? Wat is er gebeurt?
M...mijn hoofd."
Ze kreunt weer.
"Wacht hier."
Hij rent de kamer uit.
"Wat zou ik anders moeten doen? Ik kan niet een opstaan."
Denkt ze lichtelijk geïrriteerd. Na een tijdje komt Mason terug met een koud compres. Ze houd hem voorzichtig tegen haar hoofd. Het verdooft de pijn een beetje maar ze heeft nog steeds veel pijn.
"Gaat het al beter?
Een beetje, het doet nog steeds heel erg pijn.
Echt? Normaal gesproken is het nu nauwelijks meer te voelen.
Nou ik voel het anders wel."
Het komt er kattiger uit dan ze bedoelde. Meteen zegt ze op een aardigere toon: "Kun je me niet wat aspirine geven?
Tuurlijk, ik ga het zo halen."
Hij helpt haar opstaan en zet haar op het bed. Daarna loopt hij snel weer naar buiten. Ondertussen denkt Wendy na over zijn woorden: normaal gesproken is het nu nauwelijks meer te voelen. Wat zou hij hiermee bedoelen? Zouden dit die hoofdpijnen zijn die je krijgt voor je eerste gedaanteverwisseling? Ze hoopt van niet want ze heeft geen zin in nog meer van deze aanvallen. Terwijl ze wacht kijkt ze naar haar handen, ze merkt dat ze nog steeds zitten te trillen. Ook merkt ze dat haar hoofdpijn langzaam erge wordt. Alles om haar heen begint te draaien. Ze grijpt zich vast aan de rand van het bed zodat ze niet omvalt. Maar hierdoor laat ze het compres vallen. Haar hoofdpijn wordt nog erger. Voorzichtig schuift ze naar achter op het bed zodat ze met haar rug tegen de muur komt. Daarna trekt ze haar benen op en steekt haar hoofd tussen haar knieën in een poging om van haar duizeligheid af te komen. Mason komt terug.
"Sorry, dat het zo lang duurde. Ik kon er even geen vinden."
Zodra hij haar zo ziet zitten gaat hij naast haar zitten.
"Gaat het wel? Wat is er?
Ik ben duizelig."
Ze durft zich niet te verroeren omdat ze bang is om te vallen of de hoofdpijn nog erger te maken. Mason drukt voorzichtig het compres weer tegen haar hoofd aan. Ze kijkt hem aan. Ze heeft toch wel door dat haar hoofd tussen haar knieën houden geen zin heeft.
"Hier."
Mason geeft haar een aspirientje en een glas water. Ze legt de aspirine op haar tong en drinkt hem weg met het water. Mason houd haar stevig vast terwijl ze wachten tot het beter gaat. Na een tijdje begint haar hoofdpijn langzaam weg te trekken. Als het bijna voorbij is gaat Wendy voorzichtig liggen. Mason trekt de deken voorzichtig over haar heen en geeft haar een kus op haar voorhoofd. Maar als hij weg wil lopen pakt Wendy hem bij zijn pols.
"Wil je alsjeblieft bij me komen liggen?"
Hij kijkt haar even bedenkelijk aan.
"Tuurlijk, als dat is wat je wilt."
Wendy kijkt hem dankbaar aan. Mason gaat voorzichtig naast haar liggen en slaat zijn arm om haar middel. Ze legt haar hoofd op zijn borst. Daarna duurt het niet lang voor ze in slaap valt.

Als Wendy wakker wordt is het eerste wat ze merkt dat ze het warm heeft. Ze draait zich met zo min mogelijke beweging om. Mason licht nog vredig te slapen. Wendy staart naar zijn gezicht. Nu hij slaapt lijkt hij heel ontspannen.
Hij moet zich veel zorgen om haar hebben gemaakt de laatste tijd. Ze raakt voorzichtig zijn wang aan en volgt met haar hand de contouren van zijn jukbeenderen. Hij wordt wakker.
"Hé.
Hé."
Hij staart haar even aan. Dan geeft hij haar een zachte kus op haar mond.
"Lekker geslapen.
Heerlijk."
Ze lacht.
"Heb je zin in luch, of wil je hier misschien nog even blijven?"
Hij knipoogt. ze lacht.
"Ik heb wel honger.
Jammer, ik hoopte dat je wat anders ging zeggen."
Wendy geeft hem een por en springt lachend het bed uit.
"Kom je nog? Ik dacht dat weerwolven sneller zijn dan gewone mensen.
Wij moeten ook even opstarten hoor."
Hij klimt uit bed.
"Hoe kun je zo makkelijk uit bed komen?"
Hij kreunt.
"Ik heb gewoon iets te veel energie, denk ik. Kom, ik heb honger.
Wedstrijdje?
Willen jongens echt overal een wedstrijd van maken?
Ja."
Hij loopt de gang op.
"Klaar? Af!"
Hij rent de gang door.
"Hee, dat is een valse start."
Ze rent achter hem aan, ze komt al snel gelijk met hem te lopen. In de bocht glijdt ze bijna uit, maar vlak voor dat ze bij de keuken zijn trekt ze een sprint. Ze haalt hem in en knalt bijna tegen de deur aan omdat ze niet snel genoeg kan afremmen.
"Hoe kom jij, hijg, zo snel.
Oh, hijg, ik zei toch dat ik, hijg, te veel energie heb.
Nou dat kun je, hijg, wel zeggen. Je bent al sneller dan ik en je bent nog niet eens verandert. Dat wordt straks moeilijk voor me om je bij te houden."
Hij slaat zijn arm om haar middel en ze lopen samen de keuken in.
"Hoi jongens, waar ging al die drukte op te gangen om?
Hoi mam, we hielden een renwedstrijdje.
En ik heb gewonnen.
Goed zo meid, girlpower hé."
Ze lachen.

Na het ontbijt besluiten ze een wandeling in het bos te maken. Ze lopen naar het veldje waar ze hun eerste date hadden. Wendy kan Mason gemakkelijk bijhouden terwijl ze door de bossen banjeren. Ze loopt zelfs af en toe een tijdje voorop, tot ze Mason wel voor moet laten omdat alleen hij de weg weet. Zodra ze op het veldje zijn gaan ze in het midden in het gras zitten. Een tijd lang doen ze niets anders dan grappen maken en luieren. Dan vliegt er ineens een grote groep vogels over hun hoofden heen. Wendy voelt hoe er iets op haar hoofd terecht komt.
"Wat was dat?"
Mason barst in lachen uit.
"Hij heeft op je hoofd gepoept."
Hij lacht nog harder.
"Dat is niet grappig!!! Stop met lachen!!!"
Wendy krijgt de neiging hem te slaan.
"Rustig maar, je hoeft niet te schreeuwen.
Ik schreeuw niet!!!"
Even kijken ze elkaar zwijgent aan, maar dan barsten ze alle twee in lachen uit.
"Sorry, dat was nogal overdreven.
Oh, maak je geen zorgen. Het kan gebeuren. Eigenlijk was ik even bang dat je me zou slaan.
Ik overwoog het.
Gelukkig was dat alleen maar een kleine woedeaanval.
Huh? Bedoel je dat dat kwam doordat ik een weerwolf wordt?
Ja, ik denk niet dat je anders zo boos was geworden, of wel?
Ik denk het niet."
Ze lachen weer.
"Kunnen we nu terug gaan? Ik loop liever niet de hele dag rond met vogelpoep op mijn hoofd.
Tuurlijk, kom."
Lachend lopen ze terug naar het huis.

De schrijver hier. Ik ben nu op vakantie maar hier heb ik niet altijd internet. Ik zal dus iets minder vaak hoofdstukken publiceren maar ik hoop er dan wat meer tegelijk te kunnen publiceren.
Sorry voor het ongemak en bedankt voor het lezen van mijn boek.

Het wolvenbosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu