De date

66 4 1
                                    

Even later gaat de deurbel. Wendy roept "daag!" Tegen haar moeder, trekt snel haar jas aan en rent naar de deur, ze zwaait hem open. daar staat Mason, blond haar,goeden ogen en, in plaats van een grijns, een prachtige glimlach. Wendy staart hem een tijdje aan. Dan merkt ze dat hij iets tegen haar zegt.
"Wendy? WENDY!
Huh? Oh, sorry.
Waarom staar je me zo aan? Heb ik misschien iets tussen mijn tanden?"
Hij vraagt dit met zo'n serieus gezicht dat Wendy het niet kan helpen. Ze schiet in de lach.
"Wat is er?
Ben je echt zo bezorgt over of er iets tussen je tanden zit?" Vraagt Wendy lachend. Mason krijgt een blos op zijn wangen.
"Nee, ik was alleen... ik dacht dat...
Laat het maar zitten Mason." Zegt Wendy lachend. "Laten we gaan."
Mason kijkt haar even aan en zegt dan:
Tja, als je er zo graag met mij vandoor wil."
Wendy geeft hem een por.
"Op je woorden letten hé." Zegt ze terwijl ze een zo serieus mogelijk gezicht probeert te trekken.
"Oké, oké, ik zal me gedragen.
Hij pakt haar hand en leid haar naar de motor aan het begin van de oprijlaan.
"Mooi ding." zegt ze. En dat was het ook, een mooie motor met een glanzende zwarte lak.
"Veel beter dan die vuilnisbelten op wieltjes die altijd op het schoolplein staan.
Dus het lijkt niet op een vuilnisbelt, een prachtig compliment." Mason lacht.
"Kom, ik laat je zien hoe je opstapt."
Hij deed voor hoe het moet.
"Nu ben jij aan de beurt."
Wendy stapt klungelig op, zodra ze er op zit klemt ze zich vast aan Mason's middel. Ergens in haar achterhoofd vraagt ze zich af of ze niet te hard knijpt, maar Mason lijkt er geen last van te hebben.
"Zit je goed?
Ik denk het." Wendy drukt haar hoofd tegen Mason's rug en doet haar ogen dicht.
"Ik beloof dat ik voorzichtig zal rijden."
Hij geeft gas. Terwijl ze rijden houdt Wendy de eerste paar seconde haar ogen stijf dicht, maar dan gluurt ze er voorzichtig doorheen. Al gouw kijkt ze met open ogen om haar heen. De motor gaat redelijk rustig en alles ziet er grappig uit op die manier waarop het voorbijflitst. Maar toch blijft ze zich stevig vastklampen aan Mason.

Ze rijden over het pad langs het bos.
Ineens slaat Mason af, ze rijden over een zandweggetje die Wendy nog nooit eerder is opgevallen.
"Waar gaan we heen?
Zoals ik al zei, dat is een verassing.
Wendy voelt hem zachtjes lachen.
Na een tijdje stopt Mason.
Wendy kijkt om zich heen.
Het zandweggetje stopt hier en loopt over in bos. verder is er niks bijzonders te zien.
"Zitten we hier wel goed?
Ja hoor, we moeten alleen een stukje door het bos lopen."
Mason bint de ketting van zijn motor vast aan een grote boom.
"Kom, ik wijs je de weg."
Ze lopen een tijdje door het bos, Terwijl Mason takken voor haar opzij houdt en haar over boomstammen helpt.

Na een tijdje ziet Wendy dat het bos minder dicht wordt. Mason zegt geruststellend:
"We zijn er al bijna hoor."
Wendy vraagt zich af wat daar in hemelsnaam kan zijn. Dan stappen ze door de laatste bomen. ze terecht gekomen op een open veldje. hij staat vol met prachtige blauwe bloemen en aan de andere kant van het wieland stroomt een riviertje met zulk helder water dat de zonnestralen ervan af kaatsen in alle kleuren van de regenboog. Wendy staart er een tijdje zwijgend naar. Dit is verreweg het mooiste dat ze ooit heeft gezien.
"En wat vind je ervan?"
Mason kijkt haar vragend aan.
"Het is geweldig."
Ze zegt het fluisterend, want ze is nog steeds een beetje verbluft door de schoonheid van het veldje.
Mason lacht weer en pakt haar hand.

Wendy en Mason zijn al een tijdje op het veldje. Mason had blijkbaar de vorige dag al wat te eten verborgen bij het veldje, dus ze zaten nu te genieten van allerlei zoetigheden die hij had meegenomen, en natuurlijk van het prachtige uitzicht die ze hier hadden.
"Hoe heb je dit ooit gevonden?"
Mason kijkt haar aan en glimlacht.
Die glimlach, zijn grijns is best sexy, maar van die glimlach smelt ze vanbinnen, zo schattig is die.
"Ik hou heel erg van het verkennen van het bos.
Oh.
...
Wanneer ben je hier eigenlijk komen wonen?"
Mason kijkt haar even bedenkelijk aan.
"Ik woon hier al mijn hele leven in de buurt, maar ik ben pas net naar jouw school gegaan."
Wendy kijkt verbaast.
"Had je dan eerst thuis les?
Zoiets ja."
Wendy kijkt hem even aan.
Waarom ben je dan toch naar school gegaan?
Mijn ouders vonden dat ik daar meer kan leren, en het leek ze handig voor mij om een echte diploma te hebben.
Das best logisch."
Daarna praten ze vooral nog over koetjes en kalfjes.

Na nog een paar uur op het veldje merkt Mason op dat het nu langzaam donker begint te worden. hij zegt dat ze nu dus beter terug moeten gaan, als ze op de terugweg naar de motor tenminste nog iets willen zien.
Als ze terug zijn bij de motor is het inderdaad al donkerder geworden. Ze stappen snel op de motor (wat de tweede keer een stuk sneller gaat dan de eerste keer.) en gaan terug naar Wendy's huis. Nu ze al een keer op een motor heeft gezeten durft ze ook meteen haar ogen open te houden. En ze denkt dat haar grip nu misschien net iets minder wurgend is. Hoewel het nu echt donker begint te worden lijkt Mason alles prima te kunnen zien. Wendy vraagt zich af hoe dit komt, aangezien zij zelf nauwelijks een hand voor ogen kan zien.
"Dat komt natuurlijk door zijn koplampen."
Denkt ze.

Als ze weer bij haar thuis zijn loopt Mason heel lief helemaal met haar mee naar de deur.
"Ik vond het heel leuk met je vandaag."
Mason lacht terwijl hij dit zegt.
"Ik ook, bedankt dat je me mee vroeg.
Graag gedaan."
Mason kijkt haar even zwijgend aan, dan buigt hij zich langzaam naar Wendy toe en geeft haar een zacht kus op haar voorhoofd. Als antwoord hierop geeft Wendy hem een kus op de lippen. Mason lijkt helemaal te stralen. Wendy zegt: "Ik zie je morgen." en ze geeft hem een kushandje. Hij grijnst weer naar haar en zegt: Dat zul je zeker." Hij geeft haar een knipoog en verdwijnt de nacht in.

Het wolvenbosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu