Het gevecht deel 1

38 2 0
                                    

Terwijl ze verder rent voelt Wendy bij iedere stap haar mes tegen haar been slaan. Tijdens het rennen transformeert ze. In haar wolvengedaante kan ze veel beter ruiken. Haar riem zit nu iets strakker om haar middel. Het voelt niet verkeerd maar ze is er niet echt aan gewend. Ze herkend de meeste wolven wel, maar er is er een die er echt uitspringt. Mason. Door de herkenning krijgt ze een steek in haar maag. Wat als hij gewond is? Ze zou het haarzelf nooit vergeven als dat zo was en ze hem niet had kunnen helpen.
"Waarom moest ik ook in slaap vallen."
Moppert ze hardop tegen zichzelf. Ineens verstijft ze. Ze ruikt de bekende geur van bloed. Ze kijkt om zich heen. Ze ziet een rode veeg op een van de bomen. Bloed van een vriend of van een vijand? Ze weet het niet, maar het is nog niet opgedroogd dus het is niet lang geleden gebeurt. Ze rent verder. Ze begint zich net af te vragen hoe ver het nog is als ze naast haar geluid hoort. Snel kijkt ze opzij. Ze kan nog net opzij springen om te voorkomen dat ze omver gelopen wordt door een grijze wolf. Hij kijkt niet naar haar om maar sprint gewoon verder. Twee seconde later snapt ze waarom. Een grote licht bruine wolf rent achter hem aan, hij stopt als hij Wendy opmerkt. Meteen krult hij zijn lippen op en laat zijn tanden zien. Wendy doet hetzelfde. Met een woeste grouw springt hij naar haar toe. Met een harde tik van haar voorpoot weet ze hem in zijn sprong opzij de gooien. Hij klapt met een harde kreun tegen een boom op. Maar dat is niet genoeg om hem buiten westen te krijgen. Hij staat voorzichtig op. Wendy wil net op hem af springen als de grijze wolf zijn tanden in de flank van het licht bruine beest zet. De wolf slaakt een hard jankgeluid en zet het op een lopen terwijl het bloed door zijn vacht stroomt. De grijze wolf knikt naar Wendy ten wijze als groet en rent dan achter de wolf aan. Als snel kan Wendy ze niet meer horen of zien. Dit moet betekenen dat ze niet ver meer is van het grote gevecht. Ze begint verder te rennen. De adrenaline klopt door haar aderen en haar oren lijken ervan te suizen. Ze neemt steeds grotere stappen zodat ze er eerder is. Maar ze let niet goed op. Ze loopt hard tegen de flank van een bruine wolf aan. Ze zet zich schap voor een gevecht.
"Hee, waarom zo vijandig? Ik heb toch niks misdaan?
Shit, Ashton, ik herkende je niet.
Zoiets had ik al gedacht ja."
Hij lachte.
"Ik ben blij dat je er bent jonkie. ik was al bang je niet meer zou komen. Waarom duurde het eigelijk zo lang?
Ik was in slaap gevallen.
Das handig. maar dat maakt niet echt uit. Ben je er klaar voor?
Ik denk het.
Mooi zo. Ik zie je wel weer.
Wacht, weet je waar Mason is?
Hij was net daar."
Hij wijst met zijn snuit naar rechts.
"Oke, bedankt."
Ze rent verder. Ze hoort hoe in de verte een hoop gegrom klinkt. Bij iedere stap die ze zet klinkt het harder. Dan rent ze een zandvlakte op. De vlakte is ongeveer zo groot als drie voetbalvelden en verschillende delen zijn rood gekleurd door het bloed. Verscheidene wolven proberen elkaars hals te verscheuren. Overal klinken geluiden van woede en pijn. Ze kijkt om zich heen maar ziet de blonde kleur van Mason's vacht nergens. Ze staat een poosje nutteloos om zich heen te kijken waneer ze in haar ooghoek iets ziet bewegen. Ze kan op tijd opzij springen om niet te ernstig verwondt te worden maar de andere wolf weet wel een lange snee in haar linkerpoot te snijden. Ze voelt hoe een straaltje bloed over haar poot begint te glijden. De geur van het bloed brengt haar weer bij zinnen. Snel draait ze zich om naar de wolf maar deze valt alweer aan. Wendy duikt weg en ze laat een diepe grom uit haar keel ontsnappen, maar ze valt niet aan. Iets aan deze wolf komt haar bekend voor. De andere wolf lijkt ook te twijfelen.
"Die ogen..."
Ineens weet ze het. Snel verandert ze zich in een mens.
"Anne, wat doe jij nou hier?"

Het wolvenbosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu