Het was een rustige avond in Sherwood Forest, de lucht koel en verfrissend na een warme dag. Quin en Henry hadden een rit door het bos gemaakt en stopten nu bij het vertrouwde meer, waar Quin als kind vaak had gespeeld. De stilte van de natuur om hen heen gaf hen een moment van rust, een welkome afwisseling van de drukte van het hof. De maan weerkaatste op het kalme water, terwijl de schaduwen van de bomen zich langzaam in de nacht verspreidden.
"Dit is een mooie plek," zei Henry, zijn stem rustig en bewonderend. Hij keek naar het meer, de stilte om zich heen voelend. "Ik had geen idee dat het zo dicht bij het kasteel lag."
"Er zijn veel verborgen plekken in Sherwood Forest," antwoordde Quin met een glimlach. "Maar dit is er zeker een van de mooiste." Ze keek naar de maan en voelde zich even helemaal los van de verplichtingen die haar leven als prinses met zich meebrachten. Dit was een moment van vrijheid, als een meisje dat gewoon op avontuur ging.
Op dat moment hoorde Quin geritsel achter zich, vlak bij de rand van het bos. Ze draaide zich snel om en herkende meteen de wildere, meer ongetemde energie van haar jongere broer, Robin. Hij was twaalf, maar zijn wilde haren, gescheurde kleding en onbewogen houding gaven hem een uitstraling die veel ouder leek. Ondanks dat hij haar jongere broer was, had hij altijd iets mysterieus, iets van een ander soort natuur, dat haar aantrok.
"Robin!" zei Quin met een glimlach, terwijl ze haar broer door het struikgewas zag verschijnen. "Wat doe jij hier?"
Robin keek haar een moment aan, zijn blik snel van haar naar Henry, die nu verbaasd stond te kijken. "Ik... ik was gewoon aan het wandelen," zei hij nonchalant, maar zijn ogen gleden al snel naar Henry. "En jij, Quin? Ben je echt met deze prins hier in het bos?"
Quin glimlachte, maar haar blik ging naar Henry, die ongemakkelijk stond. "Dit is Henry," zei ze zacht. "Mijn man."
Henry stak zijn hand uit, maar Robin negeerde deze en keek alleen maar naar Quin, zijn ogen nog steeds niet overtuigd. "Dus jij bent de prins die mijn zus heeft beloofd?" zei hij met een spottende toon. "Je denkt dat je haar zomaar kunt veranderen, dat je haar in je wereld kunt trekken?"
Henry stond even stil, niet helemaal zeker hoe hij hierop moest reageren. "Ik wil alleen maar goed voor haar zijn," zei hij zacht, zijn stem beheerst. "We willen samen een toekomst opbouwen."
Robin haalde zijn schouders op. "De wereld buiten is niet zo eenvoudig, prins," zei hij, met een bittere ondertoon in zijn stem. "Je hebt geen idee wat het is om echt vrij te zijn."
Quin voelde zich ongemakkelijk. Dit gesprek ging niet zoals ze had gehoopt. Ze had Henry graag willen voorstellen aan haar broer, maar Robin had iets in zich dat hen beiden op hun hoede hield.
"Robin, dat is genoeg," zei Quin, haar stem harder dan ze wilde. "Stop ermee."
Robin keek haar een moment aan, maar zijn blik verstrakte. "Je kunt me niet zomaar dwingen, Quin," zei hij met een uitdagende toon. "Jij hebt geen idee hoe het is om ergens gevangen te zitten."
In dat moment van spanning gebeurde het onverwachte. Robin, die zijn frustratie niet langer kon verbergen, duwde Henry plotseling in het koele water van het meer. Henry, die niet snel genoeg had kunnen reageren, viel met een plons in het water en worstelde even met de schok van de val. Het water was ijskoud, en hij kwam snel naar de oppervlakte, sputterend en druipend van zijn kleding. Zijn haar kleefde aan zijn gezicht, en de shock was duidelijk zichtbaar op zijn gelaat.
Maar terwijl Henry zich naar de oever strompelde, viel ook Robin in het water. De onhandige duw die hij aan Henry had gegeven, had zijn eigen balans verstoord, en hij gleed zelf het water in.
"Nou, het lijkt erop dat jij ook een duik hebt genomen," zei Quin met een glimlach, maar haar ogen waren scherp. Robin sputterde even, maar kwam uiteindelijk naar de oever, zijn ogen nog altijd fel en vol uitdaging.
"Dat was niet de bedoeling," zei Robin, met een glimlach die zijn verontschuldiging niet helemaal verstond. "Maar hij kan wel een beetje afkoelen."
Quin stak haar hand uit naar Henry, die zich op de oever hees, het water druipend van zijn kleding. Hij keek Robin een moment aan, maar er was iets in zijn ogen dat de onenigheid tussen hen niet helemaal wegnam. "Je hebt gelijk," zei hij, zijn stem zacht, maar met een vleugje humor. "Het was inderdaad koud."
"Robin, dit is niet het moment om grappen te maken," zei Quin, maar ze was toch een beetje opgelucht. Dit was misschien niet hoe ze het had gewild, maar het had hen allebei even uit hun comfortabele cocons gehaald.
Robin keek hen beiden aan, en zijn blik verzachtte een beetje. "Als je me zou helpen om mezelf eens goed schoon te maken, zou dat ook wel eens handig zijn," zei hij plotseling, zijn stem een stuk minder uitdagend. "Ik denk niet dat ik ooit echt een kans heb gehad om mijn huid goed te wassen."
Quin keek naar Henry, die een beetje opzij stapte. "Dat moeten we dan maar eens goed aanpakken," zei Quin vastberaden, terwijl ze naar haar tas greep en wat zeep tevoorschijn haalde. "Kom, we zorgen ervoor dat je gewassen wordt, Robin."
Henry keek verbaasd, maar knikte. "Als dat is wat nodig is."
Robin bleef zich onophoudelijk krabben, zelfs nadat Quin hem voorzichtig had gewassen. Het was duidelijk dat het niet zomaar voorbij ging. Zijn handen gleden weer naar beneden, terwijl hij een geïrriteerde zucht liet ontsnappen.
"Robin, als je nu niet stopt, gaan we naar het kasteel," zei Quin, haar stem half streng, half vermakelijk. "Je kunt jezelf niet blijven krabben zoals een wild dier."
Robin keek haar met een frons aan, zijn blik van een jongere, ongegeneerde jongen naar een lichte vorm van verlegenheid verspringend. "Het jeukt gewoon overal," bromde hij, zijn handen al weer op zoek naar een plek die meer verlichting zou bieden.
Quin keek even naar Henry, die zichtbaar verward was over wat hij moest zeggen of doen, en schudde toen haar hoofd. "Kom, we gaan naar het kasteel. Dit is geen manier om je te gedragen."
Henry zuchtte, maar voelde ook een soort medelijden met Robin. "Dat is misschien een goed idee," zei hij zacht, terwijl hij zich ongemakkelijk een beetje van het geheel distantieerde.
Robin keek naar de grond en zuchtte diep. "Ik wil niet naar het kasteel. Waarom moet ik daar zijn? Iedereen zal me uitlachen."
Quin stak haar hand uit, haar ogen zacht. "Omdat je het nodig hebt. Je kunt jezelf niet blijven krabben als een bezetene, en ik wil je geen hele week zo zien lopen." Ze trok hem lichtjes bij zijn arm. "Dus kom op, Robin. Het is beter als je nu mee komt."
Robin keek haar een moment aan, twijfelend, maar gaf uiteindelijk toe. "Goed dan, maar dit is echt niet mijn idee van plezier," mopperde hij, terwijl hij haar volgde, zijn bewegingen nog steeds ongemakkelijk door het krabben.

JE LEEST
Het Zwarte Water
Ficción históricaIn de schaduw van Sherwood Forest woedt meer dan alleen strijd tegen de Sheriff van Nottingham. Hier, te midden van ruisende bladeren en heimelijke ontmoetingen, verbergen Robin Hood en Lady Marian geheimen die branden als het kampvuur in de nacht...