Everything About You

Chapter Fourty-Three

MELODY

"Zozo je hebt je grot al ingericht zie ik" grijnst John. Ik word achterover getrokken en ruw vastgehouden. Die andere persoon. Mijn shirt wordt stuk getrokken en mijn bh is al snel weggegooid. Ik voel vier handen over mijn borsten gaan. Ik sluit mijn ogen met volle kracht en beland in een soort trans. Ik voel en hoor niks meer maar het is net alsof ik alles kan zien ondanks dat ik mijn ogen dicht heb. De tijd verstrijkt en volgens mij zijn John en die andere gast weg. Ik kom rillend van de kou uit mijn trans en ik zoek naar mijn kleren. Ik trek mijn ondergoed aan en mijn broek. Mijn shirt kan niet want die is helemaal kapot. Ik sta op met veel pijn in mijn buik en benen. Ze hebben me verkracht. Ik begin te huilen en zoek mijn aansteker. Als ik hem eindelijk gevonden heb steek ik het overgebleven hout aan. Ik ga er naast zitten en probeer wat op te warmen, wat moeilijk lukt zonder shirt. Ik hoor iets wat klinkt als een motortje en dan gaat het langzaam weg. Mijn telefoon trilt en ik kruip er op af. 'Harry' staat in beeld. Ik druk hem weg. De tranen stromen nogsteeds langs mijn wangen. Weer trilt mijn telefoon. Ik neem op. 'Luke, alsjeblieft.. jullie moeten me snel komen halen' snik ik. 'Oke maar ik vind dat we de anderen op de hoogte moeten brengen' zegt hij. Net als ik mijn mond open doe om te reageren valt mijn mobiel uit.

LUKE

Haar mobiel is vast leeg want ik kan haar niet meer bereiken. Ik bel Liam want hij neemt altijd op. 'Jo Luke wassup?' Vraagt hij. 'Kom met de rest naar het vliegveld! Snel' Zeg ik en ik hang weer op.

Een paar uur later is iedereen bij het vliegveld. "Guys we moeten praten" probeer ik rustig te zeggen. "John heeft Melody, ze zit op Ameland, een eiland bij Nederland. Haar telefoon is leeg maar de gps doet het nog wel." Vervolg ik mijn verhaal. Ik zie Liam en Harry elkaar aankijken. "Wat doen we hier nog?" Vraagt Ashton dan. Ik glimlach even. "We moeten ons vliegtuig in" beantwoord ik zijn vraag. We lopen het vliegtuig in en ik zie Harry met zijn handen door zijn haar gaan. "Hazz, we vinden haar wel" zeg ik geruststellend. Hij knikt en we gaan naar onze plaatsen.