7. Een nieuwe kans ~ Milan

607 35 0
                                    

Ze ziet er al zoveel beter uit dan gisteren. Veel blijer en gezonder. Er staan nog wel lichte wallen onder haar ogen en ze heeft nog wat blauwe plekken, maar ze ziet er nog steeds uit als mijn Elle. Vrolijk en spontaan met haar mooie, bruine krullen en blauwe ogen.

De eerste keer dat ik haar zag, ben ik verliefd geworden op haar ogen. Er zit een twinkeling in haar ogen, alleen ontbrak die twinkeling gister. 

“Ik weet alleen niet of ik wel bij jou thuis kom slapen.” zegt Elle dan.

Boem. Dat slaat in als een bom.

“Oh. Waarom niet?” vraag ik.

Domme vraag, denk ik dan. Natuurlijk wil ze voorlopig niet bij mij blijven slapen. Voor haar ben ik een wildvreemde. Ook al zijn we al ruim vijf jaar samen, voor haar zijn dat weggegooide jaren. Lars heeft ze ontmoet toen ze zeventien jaar was en hem herinnert ze nog wel. Wij hebben elkaar daarentegen ontmoet toen ze achttien was, maar mij herinnert ze niet meer. Het is maar een jaar verschil, maar precies dat ene jaar doet het hem. Mij herinnert ze gewoon niet meer. Het doet pijn, maar ze kan er niets aan doen.

“Ik ken je niet meer, sorry.” fluistert Elle verdrietig.

Ik knik en ik merk dat het haar ook pijn doet. Het is alsof ze een stuk uit haar puzzel mist, terwijl ze die nog aan het maken is. Het is er niet meer, maar ze kan er nog wel aan herinnert worden. Alles moet haar opnieuw verteld worden. Hoogte- en dieptepunten zal ze opnieuw beleven. Jammer genoeg de dood van haar ouders, maar hopelijk zal ze ook de liefde tussen ons herbeleven. Ik hoop zo dat het nog goed komt tussen ons. Het is akelig stil in de kamer.

“Nou eh, ik ga maar weer eens naar huis. Ik hoor het wel wanneer je weer naar huis toe mag en of je hulp nodig hebt.”

Elle knikt. “Dank je wel voor de spullen.”

“Graag gedaan. Doei.” Ik loop de kamer uit en loop naar de balie toe.

“Is dokter Van Zamelen er?” vraag ik de verpleegster achter de balie.

“In zijn kantoor, heeft u een afspraak?”

“Nee, maar ik zou hem graag wat willen vragen.”

“Natuurlijk, ik zal even kijken of hij tijd heeft.” De verpleegster loopt naar  het kantoortje van dokter Van Zamelen en even later komen ze samen terug.

“Hallo, ik ben dokter Van Zamelen, waar kan ik u mee helpen?”

Ik stel mezelf voor en al gauw lopen we naar zijn kantoor.

“Is het mogelijk dat Elle haar geheugen weer terug krijgt?” Ik zie hem een betrekkelijk gezicht trekken.

“In sommige gevallen is het mogelijk, maar in andere blijft het geheugen helaas weg.”

Ik knik. Verdomme. Zou ik ooit mijn Elle nog terugkrijgen? “Oké, bedankt.”

“Sterkte.” zegt hij.

Ik knik weer en sta dan op van de stoel.

Ik loop naar de parkeerplaats en ga in mijn auto zitten. Wat had ik dan verwacht? Dacht ik werkelijk dat door Elle een tas met spullen te brengen, ze zich alles weer zou herinneren en dat ze dan vrolijk met mij naar huis toe zou gaan? Dat alles weer gewoon zou zijn? Nee, natuurlijk niet. Wat een stommeling ben ik toch ook. Ik draai de autosleutel om in het slot. De radio springt meteen aan en Bruno Mars galmt met ‘When I was your man’ door de auto. Hoe toepasselijk? Het eerste couplet geeft precies aan hoe ik me voel.

Pas wanneer het nummer afgelopen is, merk ik dat ik zit te huilen. Ik haal mijn neus op. Oké Milan, genoeg gehuild. Het is klaar nu. Raap jezelf bij elkaar en ga knokken voor die meid. Niet zelf gaan zitten huilen alsof je een klein meisje bent. Elle heeft het zelf al moeilijk genoeg. Ik moet haar steunen en niet zelf het slachtoffer uit gaan hangen. Zij is tenslotte degene die het ongeluk heeft gehad, niet ik.

Een klein stukje verwijderd van...Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu