Ik probeer mijn ogen open te doen, maar het lukt niet. Waarom lukt het niet? Ik probeer het nog een keer en weer mislukt het. Mijn hoofd voelt raar. Het is alsof er een natte, zware handdoek op mijn voorhoofd ligt. Ook lijkt het alsof er iemand met een hamer op mijn hoofd aan het timmeren is. Ik hoor stemmen, onbekende stemmen. Waar ben ik? Mijn ademhaling versnelt, niet in paniek raken nu. Kom op, eh wie ben ik ook al weer? Ik raak in paniek. Wie ben ik? Waarom weet ik niet wie ik ben? Er schieten allemaal vragen door mijn hoofd heen. Rustig aan, het komt goed. Goed nadenken en dan je weet je het vast. Ik ben…ik ben… Kom op, Elle, je weet toch wel wie je bent! Ja, ik heet Elle. Ik ben opgelucht dat ik weer weet wie ik ben en kalmeer langzaam.
Ik probeer nog een keer mijn ogen open te doen. Deze keer lukt het en valt er een felle lichtstraal in mijn ogen. Het felle licht doet pijn aan mijn ogen. Ik knipper een paar keer totdat ik gewend ben aan het felle licht. Ik kijk om me heen. Het is een lichte, witte kamer. Dit is niet mijn huis, toch? Ik mag hopen van niet. Er staan allemaal enge apparaten, van die apparaten die je ook altijd in ziekenhuizen ziet staan. Ben ik in het ziekenhuis? Wat is er met me gebeurd dan? Ik hoop niks ernstigs.
Ik kijk verder de kamer rond en mijn oog valt op een jongen, of eerder een jonge man. Hij zit op een stoel en steunt vermoeid met zijn hoofd tegen de muur. Er staan wallen onder zijn ogen en het lijkt wel alsof hij dagen niet geslapen heeft. Hij ziet er niet verkeerd uit, als je die wallen weg denkt. Helemaal niet verkeerd zelfs. Het is best een lekker ding, maar wie is hij? Ik herken hem helemaal niet. En waarom zit hij bij mij in de kamer? Ik probeer hallo te zeggen, maar in plaats daarvan komen er alleen maar rare geluidjes uit mijn keel. De jongen schiet overeind en komt naar me toe.
“Elle, meisje, hoe voel je je?” vraagt hij bezorgd en hij pakt mijn hand vast. Het enige wat ik op dit moment voel is pijn en verschrikkelijke dorst.
“Water.” zeg ik heel zacht.
De jongen pakt een glas water met een rietje en brengt het naar mijn mond. Ik zuig aan het rietje en laat het koude water in mijn mond stromen. De jongen drukt daarna op de rode knop naast mijn bed en al gauw staan er een heleboel artsen en zusters aan mijn bed. Ik hoor de jongen iemand bellen en zeggen dat ik wakker ben. Daarna word ik meegenomen voor allemaal onderzoeken.
Wanneer ik weer teruggebracht word naar mijn kamer, zijn er nog veel meer mensen. Wat is dit allemaal? Dan zie ik een blonde vrouw en ik ben blij dat ik iemand herken.
“Yentl!” probeer ik te roepen, alleen komt het er zacht uit.
“Elle, lieverd! Wat heb je ons laten schrikken.” Er stromen tranen over haar gezicht en ze geeft me een knuffel.
Een onbekende jongen knuffelt en kust me, wanneer Yentl me losgelaten heeft. Waarom kust hij me op mijn mond? Ik ken hem niet eens. De jongen kijkt me vragend aan alsof hij niet begrijpt dat ik niet weet wie hij is. De andere onbekende jongen kijkt me ook al vreemd aan. Even later hoor ik Lars zijn stem.
“Lars?” vraag ik. “Wat is er gebeurd?”
“Je hebt een auto-ongeluk gehad, Elle. Je was onderweg naar het bedrijfsfeest, die je georganiseerd had, en toen heb je een ongeluk gehad. Waardoor je met je auto en al in het water bent beland. De brandweer heeft je uit de auto gehaald en toen ben je met spoed naar het ziekenhuis vervoerd. Je hebt bijna een week in coma gelegen.”
Ik schrik bij alles wat ik te horen krijg. Ik…, ik heb een ongeluk gehad? Yentl ziet aan me dat ik moe ben en alles wil verwerken.
“Jongens gaan jullie maar naar huis toe.” zegt ze tegen Lars en de twee onbekende jongens. “Zal ik vannacht bij je blijven?” vraagt ze aan mij.
Ik knik alleen maar en het lukt me nauwelijks nog om mijn ogen open te houden. Terwijl ik langzaam wegzak, hoor ik Yentl nog praten. Er zit angst in haar stem. Ik ben te moe om erover na te denken en val in slaap.
JE LEEST
Een klein stukje verwijderd van...
RomanceJe kent het wel: je hebt het gevoel dat je leven op rolletjes loopt. Je woont samen met je grote liefde, je hebt een topbaan, je maakt plezier met je vrienden. Samengevat: je bent gelukkig. Zo ziet het leven van Yentl, Elle, Milan en Ruben er ongeve...